KMH1A Week 45 K2 Sehen + Lesen

Liebe Leute, das Programm für heute

  • A Sehen (al gedaan?)
  • Leesvaardigheid
  • D Lesen


1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Liebe Leute, das Programm für heute

  • A Sehen (al gedaan?)
  • Leesvaardigheid
  • D Lesen


Slide 1 - Tekstslide

LERNZIELE
  • Ik weet wat ik wel/niet goed heb gedaan in de toets
  • Ik weet wat ik de volgende keer (niet) anders ga doen
  • Ik weet of ik het so Duits wil herkansen

Slide 2 - Tekstslide

Seite 34-35
Aufgabe 1   Familienquiz

1  Im Video kommen folgende Wörter vor. Verbinde sie.....



Slide 3 - Tekstslide

Seite 34-35
1  b  Sieh dir den Film an. 

         Kreuze beim Sehen an: richtig oder falsch

        LINK VIDEO

Slide 4 - Tekstslide

We bekijken nu het filmpje over leesstrategieën:

Link leesvaardigheid tips


En een video over "gokken" examens....



Slide 5 - Tekstslide

Leesvaardigheid
Leesvaardigheid = trainen

- Net als conditie....
- Kan niet korte tijd...
- Vaak oefenen....
- Steeds iets moeilijker...
- Veel TAAL-INPUT nodig...


Slide 6 - Tekstslide

Leesstrategieën
Wat is een leesstrategie? 
= manier waarop je een tekst leest/begrijpt
= manier waarop je een antwoord kunt vinden

1.  oriënterend  en globaal lezen
     = voorspellen
     = scannen/skimmen
2.  zoekend lezen
     = informatie vinden
3.  intensief lezen 
     = alleen als je het echt niet weet

Slide 7 - Tekstslide

Woordenboek D-N
Je mag bij een leestoets een woordenboek Duits-Nederlands gebruiken, maaaaaar:

- hele werkwoorden: "magst"  = "mögen"
- Enkelvoud: "Häuser" = "Haus"
- Meerdere betekenissen
- Oefen daarmee

Slide 8 - Tekstslide

Seite 42-43 (vmbo-t/havo)
Aufgabe 15 Oma hat Geburtstag
1  a1 Sieh dir den Text an und beantworte die Fragen
    - Wat betekent de titel?

1  b  Lies den Text und bearbeite die Aufgaben

ZUSAMMEN BESPRECHEN

Slide 9 - Tekstslide

Bis Später!

Slide 10 - Tekstslide

der Hund
die Freundin
der Vater
die Bücher
die Geschwister
das Handy
die Eltern
die Mutter
die Tochter
de ouders
de hond
de boeken
het mobieltje
de vader
de moeder
de broers en zussen
de vriendin
de dochter

Slide 11 - Sleepvraag

so besprechen
TAFELS ZIJN 
HELEMAAL LEEG

Slide 12 - Tekstslide

Forms voorbereiding so
LINK VOOR FORMS-ENQUETE
TIP: wordt bewust van jouw eigen leerproces

Wie wil er herkansen? 
Vrijdag het 1e uur
Geen herkansing? Dan ben je dat uur vrij

HERKANSERS BLIJVEN HIER....

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeelden actief verwerken
- flashcards maken op papier (evt. gekleurd)
- digitaal via StudyGo, Slim Stampen of Quizlet
- woordweb maken
- schrijf een verhaal met de nieuwe woorden/zinnen.
- woorden opschrijven
- moeilijke woorden/letters kleur geven/arceren
- moeilijke woorden HERHALEN...

Slide 14 - Tekstslide

Overhoren
- Alleen als je denkt dat je de woordjes KUNT SCHRIJVEN
- Door anderen en schrijvend (bij voorkeur NIET mondeling)
- Jezelf overhoren met flitskaarten op papier en schrijven
- Jezelf overhoren met StudyGo
- Jezelf overhoren met SlimStampen in je online-boek
- Of een andere schrijvende/


Slide 15 - Tekstslide

HERHALEN en HERHALEN en..
  • Blijf woorden/grammatica steeds herhalen tot een toets
  • Om nieuwe dingen te onthouden moet je ze vaak HERHALEN
  • HERHAAL elke dag bv 5 woorden/zinnen van een taal
  • De moeilijke dingen neem je de volgende keer weer mee

Slide 16 - Tekstslide

EXTRA TIPS
- Deel de leerstof op in kleine stukken, bijv. 5 woorden per dag. 
- Verdeel de leerstof over de weken
- Gebruik de laatste dag/avond om te checken of je alle kent
- Gebruik de laatste dag/avond voor de lastige dingen/woordjes
- Wissel leren af met maak- doe werk
- Verbind leerstof  met iets wat je al kent
- Verzin ezelsbruggetjes

Slide 17 - Tekstslide

BUCH: Seite 22/31 (kgt) 
Persoonlijk voornaamwoord in het Duits 
enkelvoudsvormen
ik
ich
jij
du
hij (Max)
er
zij (Kim)
sie
het (het kind)
es
meervoudsvormen
wij
wir
jullie
ihr
zij
sie
u
Sie

Slide 18 - Tekstslide

sein


sein = zijn 

ich
bin
du
bist
er/sie/es
ist
wir
sind
ihr
seid
sie/Sie
sind

Slide 19 - Tekstslide

Oefen so
TIPS:
- Werkwoorden in de Lernliste: voltooid deelwoorden!
- Leer ook de meervoudsvormen
- Hoofdletters, lidwoorden, Umlauten
- Leer dus nauwkeurig

Slide 20 - Tekstslide

Nog even leren.....
  • 5 minuten leren
  • Lernliste Niederländisch Deutsch
  • Werkwoord "sein"
  • Persoonlijke voornaamwoorden


DAARNA BOEKEN DICHT.....

timer
5:00

Slide 21 - Tekstslide

Vertaal naar het Duits:

een

Slide 22 - Open vraag

Vertaal naar het Duits:

oud

Slide 23 - Open vraag

Vertaal naar het Duits:

hoe

Slide 24 - Open vraag

Vertaal naar het Duits:

het jaar

Slide 25 - Open vraag

Vertaal naar het Duits:

de namen

Slide 26 - Open vraag

Vertaal naar het Duits

negentien

Slide 27 - Open vraag

Vertaal naar het Duits

zeven

Slide 28 - Open vraag

Vertaal naar het Duits

wij

Slide 29 - Open vraag

Vertaal naar het Duits

jij

Slide 30 - Open vraag

Vertaal naar het Duits

u (denk aan hoofdletter)

Slide 31 - Open vraag

Vertaal naar het Duits

jullie zijn: ___________ sehr schlau!

Slide 32 - Open vraag

Vertaal naar het Duits

is: Max ___________ auch sehr schlau!

Slide 33 - Open vraag

Vertaal naar het Duits

Ben jij: _____________ heute Abend zu Hause?

Slide 34 - Open vraag

Kies je juiste vorm van het werkwoord "sein

"Karel ________ oft bei seinen Großeltern.

Slide 35 - Open vraag

Kies je juiste vorm van het werkwoord "sein

"Meine Eltern _________ nie böse."

Slide 36 - Open vraag

Kies je juiste vorm van het werkwoord "sein

Frau V., Sie __________ nicht sehr deutlich.

Slide 37 - Open vraag

Kies je juiste vorm van het werkwoord "sein

Wann __________ ihr wieder zu Hause?

Slide 38 - Open vraag

Kies je juiste vorm van het werkwoord "sein

Ja stimmt, ich ________ Morgen wieder da.

Slide 39 - Open vraag

Hoe leer ik grammatica?
VERSCHILLENDE manieren
- schrijven of typen (bijv. online boek of StudyGo of Quizlet
- losse woordjes (ik = ich)
- een schema invullen
- door het liedje te leren (wel zorgen dat je het ook kunt schrijven)
- door blokjes te leren (wij zijn = wir sind)

Slide 40 - Tekstslide

Hoe kan ik de woordjes leren
VERSCHILLENDE manieren
- leer altijd in "blokjes" van 5 à 10 woordjes
- leer niet langer dan een half uur, neem dan even pauze
- woordjes vaak opschrijven, daarna de hand op de vertaling
    en moeilijke woordjes herhalen
- woordjes vaak typen (bijv. SlimStampen of StudyGo of Quizlet)


Slide 41 - Tekstslide

ONLINE: geplande taak week 40
Lees goed in je planner wat je moet doen!!
Het staat allemaal uitgelegd.

Hou ook het leerwerk bij!

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Video

Extra tijd om te leren
1. Leer voor jezelf de getallen 0 tot 20 op blz. 30
2. maak een bingokaart met 9 getallen 0 t/m 20
3. wir spielen bingooooo, je maakt zelf de kaart
     1.    1 rij: horizontaal/verticaal/diagonaal
     2.   2 rijen: horizontaal/verticaal/diagonaal
     3.   volle kaart
timer
10:00

Slide 44 - Tekstslide