voorzetsels 4e naamval pers.vnw.

voorzetsels en 4e naamval
Beantwoord in de volgende slides de vragen.

1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

voorzetsels en 4e naamval
Beantwoord in de volgende slides de vragen.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Vertaal: "durch"

Slide 3 - Open vraag

Vertaal: "für"

Slide 4 - Open vraag

Vertaal: "gegen"

Slide 5 - Open vraag

Vertaal: "ohne"

Slide 6 - Open vraag

Vertaal: "um"

Slide 7 - Open vraag

Vertaal: "bis"

Slide 8 - Open vraag

1e of 4e naamval?
vul bij de volgende zinnen de juiste vorm in van het persoonlijk voornaamwoord

Slide 9 - Tekstslide

(ik) Warum spielt ihr ohne ............ ?

Slide 10 - Open vraag

(hij) Das hat ........ nie gesagt!

Slide 11 - Open vraag

(jij) Was haben sie gegen .......... ?

Slide 12 - Open vraag

(wij) Er hat für ........ nichts gekauft.

Slide 13 - Open vraag

(hij) Alles dreht sich immer um .......!

Slide 14 - Open vraag

(jullie) Durch ......... habe ich die Wahrheid erfahren.

Slide 15 - Open vraag

(zij) Warum hat....... das nicht gehört ?

Slide 16 - Open vraag

(het) ......... ist egal was er sagt.

Slide 17 - Open vraag

(hij) Das hat ........ nie gesagt!

Slide 18 - Open vraag

Vertaal NL - D
vertaal de volgende woorden naar het Duits

Slide 19 - Tekstslide

woensdag

Slide 20 - Open vraag

zaterdag

Slide 21 - Open vraag

de docenten

Slide 22 - Open vraag

het rooster

Slide 23 - Open vraag

opletten

Slide 24 - Open vraag

want

Slide 25 - Open vraag

Frans

Slide 26 - Open vraag

vriendelijk

Slide 27 - Open vraag

wiskunde

Slide 28 - Open vraag

de leerling

Slide 29 - Open vraag

de les

Slide 30 - Open vraag

het proefwerk

Slide 31 - Open vraag

de havo

Slide 32 - Open vraag

de oefening

Slide 33 - Open vraag

de school

Slide 34 - Open vraag

het uur

Slide 35 - Open vraag

de hersenen

Slide 36 - Open vraag

kloppen

Slide 37 - Open vraag

leren

Slide 38 - Open vraag