Voorbereiding Toets lezen proefwerkweek 2

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

TOETS LEZEN, vrijdag 21/1 (3x)
Je beheerst de doelen van de vorige leestoets

plus:
Je weet wat hoofdvragen zijn
Je weet wat standpunten en argumenten zijn en kunt deze ook herkennen in een tekst.
Je weet wat tegenargumenten en weerleggingen zijn
Je weet welke functies alinea’s hebben en kunt deze ook herkennen.
Je kunt kernzinnen herkennen en op basis hiervan een samenvatting maken.
Je kunt figuurlijk taalgebruik herkennen en de betekenis weergeven.





Slide 2 - Tekstslide

Hoe leren?


  •  G.C. Leren voor de toets
  • Oefenen met functiewoorden (voor de kerstvakantie)
  • Opdracht voorbereiding toetsweek (hw vandaag)

+ VANDAAG GOED MEEDOEN







Slide 3 - Tekstslide

Hoofdvraag
De hoofdvraag is de belangrijkste vraag waarop een tekst antwoord geeft. Meestal staat de hoofdvraag in de inleiding....

Soms meerdere hoofdvragen.

Niet altijd letterlijk (denk na, op welke belangrijke vraag geeft dit artikel antwoord).


Slide 4 - Tekstslide

Versoepelingen voor winkels, onderwijs en sport, horeca blijft dicht

Mensen kunnen vanaf zaterdag op afspraak weer in niet-essentiële winkels terecht; ze mogen bijvoorbeeld ook weer een afspraak maken bij de kapper of andere contactberoepen. Er blijven wel beperkingen gelden in de openingstijden. Verder mogen universiteiten, hogescholen en het mbo weer fysiek les geven. NOS

Wat is de hoofdvraag?

Slide 5 - Open vraag

Hoofdgedachte
De hoofdgedachte vat de tekst samen in één zin.

Slide 6 - Tekstslide

Disney neemt afscheid van de klassieke eigenschappen van de sprookjesprinses.

Rapunzel
afscheid disneyprinsessen
onderwerp
deelonderwerp
hoofdgedachte

Slide 7 - Sleepvraag

Citeren

Slide 8 - Tekstslide

Standpunt en Stelling
In een stelling wordt een uitspraak of bewering over een onderwerp gedaan. Met een standpunt geef je je mening over die stelling. Je bent het ermee eens, of niet. (Of je hebt geen mening.)

Voorbeeld: 
Stelling: De regering heeft een goed milieubeleid. 
Standpunt: Ik vind dat de regering een goed milieubeleid voert. 

Slide 9 - Tekstslide

Standpunten herken je aan signaalwoorden als: ik vind, volgens mij, kortom, alles bij elkaar genomen denk ik dat, dus.

Slide 10 - Tekstslide

Wat is het standpunt van de schrijver?

Welke argumenten gebruikt hij?

Slide 11 - Tekstslide

Alinea
- Heeft altijd een kernzin: belangrijkste mededeling van de alinea
- Kernzin staat meestal voor- of achteraan in de alinea
- Andere zinnen zijn toelichting/voorbeelden

Slide 12 - Tekstslide

Functie van een alinea

Elke alinea is nuttig, hij heeft een bepaalde functie in de tekst als geheel.
Een alinea (of tekstgedeelte dat bestaat uit meerdere alinea's) kan verschillende functies hebben, zie toolbox Plot


Toolbox
Lange lijst voorbeelden.

Slide 13 - Tekstslide

Opsporen van alineaverbanden
1) Let op de signaalwoorden in de kernzinnen
(als het goedgebouwde alinea's zijn: 1e, 2e of laatste zin).
2) Probeer de hoofdgedachte in de kernzinnen te begrijpen.
3)Kijk naar de opbouw van de tekst. 

Slide 14 - Tekstslide

vr. 4
Wat is de functie van alinea 1?
Kies uit: argumenten, bewijs, constatering, gevolg, oorzaken, oplossing, tegenwerping, toelichting, uitleg of voorbeeld.

Slide 15 - Tekstslide

vraag 1
Wat is de functie van alinea 1?

Hier wordt een voorbeeld gegeven.

Slide 16 - Tekstslide

vraag 2
Wat is de functie van alinea 2?
Kies uit: argumenten, bewijs, constatering, gevolg, oorzaken, oplossing, tegenwerping, toelichting, uitleg of voorbeeld.

Slide 17 - Tekstslide

vr. 2
Wat is de functie van alinea 2?

De auteur doet een constatering.
"...kan geen baantje vinden."

Slide 18 - Tekstslide

vr. 3
Wat is de functie van alinea 3&4?
Kies uit: argumenten, bewijs, constatering, gevolg, oorzaken, oplossing, tegenwerping, toelichting, uitleg of voorbeeld.

Slide 19 - Tekstslide

vr. 3
Wat is de functie van alinea 3&4

De auteur somt hier oorzaken op.

Alinea 3: "Dat komt doordat..."
Alinea 4: "...is ook een oorzaak."

Slide 20 - Tekstslide

Oefenen met functies alinea
Google Classroom:
Lees toolbox functies van alinea's'
Vul de Google Forms in. 

Slide 21 - Tekstslide

Woordraadstrategieën
  • Synoniem
  • Voorbeeld
  • Tegenstelling
  • Bekend woorddeel
  • Omschrijving
  • Woordenboek

Slide 22 - Tekstslide

Een conclusie is een besluit (gevolgtrekking of slotsom) na een onderzoek of na goed nadenken.
Een conclusie trekken is de volgende denkstap die je doet na je onderzoek of je denkfase. Je hebt alle gegevens op een rijtje gezet en kunt vervolgens tot de conclusie komen dat …
Een conclusie trekken

Slide 23 - Tekstslide