Yvonne Wielaard
Lessen: Natuur en Zorg - Mentor - L.O.

D1BTh8 B3 lln: Sociaal gedrag

D1BTh8 B3 
Sociaal gedrag
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

D1BTh8 B3 
Sociaal gedrag

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video


Er zijn dieren die alleen leven.
Ze leven niet in een groep.

(1 of meer antw. goed)
A
ze leven solitair
B
ze leven in een roedel
C
bijvoorbeeld een kat
D
ze leven in een kudde

Slide 4 - Quizvraag

De definitie van sociaal gedrag
Sociaal gedrag is gedrag waarbij je rekening houdt met andere leden van een groep van dezelfde soort.

Noteer dit in je schrift!

Slide 5 - Tekstslide

Voorbeelden van sociaal gedrag
  • Luisteren naar elkaar
  • Elkaar laten uitspreken
  • In een discussie rustig blijven praten
  • Iemand helpen als iemand dat vraagt en jij dat kunt
  • Tijdens sporten een tegenstander niet neerhalen/omduwen
  • Je bij de beslissing van je groep kunnen neerleggen ......

Schrijf een paar voorbeelden van sociaal gedrag in je schrift 
                                                                                                                     als je dat nodig vindt.

Slide 6 - Tekstslide


Hoe, van wie, wanneer heb jij sociaal gedrag geleerd?
A
liefdevolle aandacht van de ouder(s) / verzorger(s)
B
sociaal gedrag te zien van anderen en het daarna te oefenen. Zo kun je het later toepassen
C
te spelen met 'soortgenoten' (bijv. als peuter met andere kinderen spelen)
D
doordat je bijv. als je gezoogd wordt (borstvoeding krijgt), aandacht krijgt

Slide 7 - Quizvraag

Territorium? Territoriumgedrag?
Wat is dat en wat heeft dat met deze afbeeldingen te maken?

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Territoriumgedrag

Filmpje 1:  Van laag naar hoog

Filmpje 2: Gebied afbakenen

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Video

Territorium - Territoriumgedrag
Wat is NIET waar?

A
Een territorium is een eigen leefgebied
B
De grenzen van een territorium worden afgebakend
C
Vooral vrouwtjes bewaken het territorium
D
Het territorium wordt verdedigd door te dreigen en evt. te vechten is territoriumgedrag

Slide 13 - Quizvraag

Territorium (hoofdzaken in je schrift noteren)
Voor de soortgenoten is het duidelijk wie de eigenaar (de baas) is van het territorium. 
Dat gebied is groot genoeg voor de eigenaar en de jongen. 
Er is voldoende voedsel te vinden zodat de jongen kunnen worden grootgebracht.
Er zijn daardoor minder ruzies tussen soortgenoten. 
Als er een indringer is, wordt het territorium verdedigd door te dreigen en evt. te vechten. 
Als de indringer wint, is hij de baas in het territorium, de verliezer vlucht dan. 
Als de eigenaar van het territorium wint, trekt de indringer zich terug.

Stel je voor dat jij een vos bent met een nest jongen. Kun je dan uitleggen waarom een territorium voor jou als vos belangrijk is en hoe het werkt?
Als je dat kunt, snap je het en ken je het :).

Slide 14 - Tekstslide

Het territorium
Wat is NIET waar?

A
verdedigen door te dreigen
B
verdedigen door te vechten
C
groot genoeg voor het grootbrengen van de jongen
D
Bij elke diersoort is het territorium even groot

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Video

Slide 17 - Tekstslide

Hoe komt het dat meestal de sterkste dieren van een roedel voor het nageslacht zorgen?
(1 of meer antw. goed)
A
de grootste kans op sterke nakomelingen
B
de grootste kans op mannelijke nakomelingen
C
de grootste kans op vrouwelijke nakomelingen
D
de grootste kans op gezonde nakomelingen

Slide 18 - Quizvraag

Is de grote of de kleine hond dominant?

Slide 19 - Open vraag

Hoe zie je dat de grote hond onderdanig is?

Slide 20 - Open vraag

Hoe zie je de rangorde in een groep?

Wat is NIET waar?
A
de sterkste planten zich meestal voort
B
binnen een bedrijf neemt de baas meestal de belangrijke beslissingen
C
De dominante dieren eten eerst hun buikje vol
D
Je kunt de rangorde in een groep nooit zien

Slide 21 - Quizvraag

Soorten gedrag
Hoofdsoorten: 
Aangeleerd en erfelijkgedrag
Soorten gedrag: 
Speelgedrag
Eetgedrag
Vechtgedrag
Paargedrag (voortplantingsgedrag) 
Dreiggedrag
Verzorgingsgedrag
Noteer de voorbeelden in je schrift
Filmpje  met uitleg over voorplantingsgedrag 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Filmpje over gedrag van mensen

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Je kunt nu antwoord geven op de volgende vragen:
Wat is sociaal gedrag?
Geef 3 voorbeelden van sociaal gedrag.
Hoe ontstaat sociaal gedrag?
Wat is een territorium en wat is territoriumgedrag?
Wat is een rangorde en hoe zit een rangorde in elkaar? 
Hoofdsoorten gedrag, soorten gedrag en voorbeelden van gedrag kun je benoemen.

Slide 26 - Tekstslide

Territoriumgedrag ......
Welke andere soorten gedrag ken je?

Slide 27 - Open vraag

Welke andere norm is voor jou belangrijk?
(welke waarde hoort erbij?)

Slide 28 - Woordweb

Wat is volgens jou een territorium?

Slide 29 - Open vraag

Stel, er is een rangorde binnen een groep.
Hoe zie je dat dan?

Slide 30 - Open vraag

Geef een voorbeeld van sociaal gedrag

Slide 31 - Open vraag

Geef een voorbeeld van sociaal gedrag

Slide 32 - Open vraag

Hoe geven dieren of mensen aan wat hun territorium is?

Slide 33 - Open vraag

Wat heb je geleerd,
wat vind je nog lastig?

Slide 34 - Woordweb

Plusopdracht
Extra opdracht:
Geef informatie over een door jou gekozen dier:
- leeft het dier solitair? is het een een sociaal dier? Leguit!
- vertoont het territoriumgedrag? Hoe dan?
- hoe verdedigt het dier het territorium?
- Hoe en wanneer is het dier dominant of onderdanig?
Presentatie : film - fotocollage - prezi .... etc. overleg!).


Slide 35 - Tekstslide