Yuverta

Sociale kwestie

Sociale kwestie
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Sociale kwestie

Slide 1 - Tekstslide

waar gaan we het over hebben
wat betekent een kwestie?
wat houdt de sociale kwestie in?
hoe staat de industriële revolutie in verband met de sociale kwestie

Slide 2 - Tekstslide

Wat is de Sociale Kwestie? (1)
  • Een kwestie is een probleem

  • De slechte woon- en werkomstandigheden van de arbeiders zijn duidelijk zichtbaar.

  • Eind 19e eeuw.

  • Vooral in de steden.

Slide 3 - Tekstslide

Wat is de Sociale Kwestie? (2)
  • ‘De rijken worden rijker, de armen worden armer’

  • Alleen ‘de rijken’ mogen stemmen

  • Hierdoor blijven ‘de rijken’ aan de macht

Slide 4 - Tekstslide

hoeveel % van de rijken zouden mee denkend zijn in de gezondheid van de arme?
1100

Slide 5 - Poll

Socialisten
  • Overheid moet er alles aan doen om arbeiders te beschermen

  • Betere arbeidersomstandigheden (o.a. meer loon)

  • Om dit te bereiken: strijd voor algemeen kiesrecht (ook met stakingen en demonstraties)

  • Links in de politiek

Slide 6 - Tekstslide

Van liefdadigheid naar sociale wetten
  • Armenwet (1854)

  • 'Kinderwetje van Van Houten' (1874)

  • Leerplichtwet (1900), 
  • Woningwet (1901),
  • Ongevallenwet (1901)

  • Let op: Meestal waren de uitkeringen erg laag en voor korte tijd

    Slide 7 - Tekstslide

    Wie helpt de arbeiders? (1)
    • Sommige fabrikanten gaven de arbeiders wél wat extra's (soms ook uit eigen belang: een fittere arbeider werkt harder...)

    • Arbeiders gaan staken: dit werkt alleen als iedereen gaat staken, en dat was moeilijk vol te houden

    • Arbeiders gaan samenwerken in vakbonden.

    Slide 8 - Tekstslide

    Vóór de Woningwet...
    ...na de Woningwet

    Slide 9 - Tekstslide

    wat betekent de sociale kwestie

    Slide 10 - Woordweb

    Let op: De weekinkomsten van een mannelijke arbeider
    was ongeveer 900 cent (9 gulden)

    Slide 11 - Tekstslide

    Confessionelen
    • Confessie=geloof (Protestant/Rooms-katholiek)

    • Ongelijkheid omdat God het zo wil

    • Goede christenen helpen elkaar

    • Werkgevers en werknemers moeten er samen uitkomen

    Slide 12 - Tekstslide

    Schoolstrijd
    'Strijd' tussen:
    • Openbare scholen
    • Bijzondere scholen (confessionelen)

    Openbaar werd betaald door de overheid, bijzonder niet.

    Oplossing: in 1917 betaalt de overheid alle soorten scholen.


    Bijzondere scholen waren scholen met een godsdienst.
    Confessionelen waren de katholieken en protestanten binnen de politiek.

    Slide 13 - Tekstslide

     de schoolstrijd
    open bare scholen
    Bijzondere scholen
    de confessionele wilde geld voor hun bijzondere scholen (1917)


    Slide 14 - Tekstslide

    Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

    Slide 15 - Open vraag

    Schrijf 2 dingen op die je deze les hebt geleerd

    Slide 16 - Open vraag

    Uitbreiding kiesrecht
    1815 --> alleen rijke mannen kiesrecht
    • Tussen 1848-1917 werd de belastinggrens verlaagd, meer mannen mochten stemmen!

    1917 --> algemeen kiesrecht mannen

    NL werd een parlementaire democratie.
    Steeds meer mannen mochten stemmen, uiteindelijk ook de arme arbeiders.

    Slide 17 - Tekstslide

    2.2 
    maken opdracht 1, 2, 3 en 4

    Slide 18 - Tekstslide