Yuverta

DESIGN: Een zitobject

EEN BIJZONDER ZITOBJECT 

DESIGN 
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
Beeldende vormingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Introductie

Aan het eind van deze les kun je in een zitobject ontwerpen en maken.

Onderdelen in deze les

EEN BIJZONDER ZITOBJECT 

DESIGN 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het einde van deze les weet je meer over:
  • Design
  • Hoe  je een bijzonder zit-obect ontwerpt.


Slide 2 - Tekstslide

Inhoud
  • Wat is design
  • Vooronderzoek
  • Zelf vormgeven
  • Schaalmodel maken
  • Reflectie

Slide 3 - Tekstslide

Wat is design?
  • Bij design bepaal je de vorm van een object. 
  • Alle gebruiksobjecten zijn vormgegeven; 
  • Iemand heeft er over nagedacht voordat het is geproduceerd. 
  • Design is overal om je heen. Denk aan tijdschriften, logo's, meubels, auto's, gebouwen, kleding, websites enzovoorts.

Slide 4 - Tekstslide

Doel van de designer
Een designer geeft een bestaand product een nieuwe vorm/kleur/toevoeging/functie waardoor het product aantrekkelijker wordt om aan te schaffen voor een bepaalde doelgroep.  

Een ontwerp kan bedoeld zijn voor kinderen, tieners, bejaarden. Maar het kan ook specifieker: bijvoorbeeld voor liefhebbers van Disney of speciaal iets voor sporters etc. 

Slide 5 - Tekstslide

Functie of Kunst?


Een designer moet altijd kiezen tussen hoe handig en hoe bijzonder het product wordt.

Bij kunst gaat het om bijzondere ontwerpen. Hoeft niet altijd functioneel te zijn.

Voorbeelden functioneel: is het stapelbaar? Is het goedkoop te produceren? Is het materiaal licht? Is het hufterproof?
Een bijzondere vorm is vaak minder functioneel.
 

Slide 6 - Tekstslide

Functie of Kunst
Hier zie je hoe een bankje heel functioneel, maar ook heel kunstzinnig kan worden vormgegeven. Door te schetsen en uit te proberen kan vormgeving tot heel bijzondere en creatieve objecten leiden.

Slide 7 - Tekstslide

Keuzes van de designer
Een designer maakt voortdurend keuzes over 
de vorm van het product dat hij ontwerpt.
  • Recht of krom? 
  • Groot of klein? 
  • Eén materiaal of meerdere materialen? 
  • Ronde of hoekige vormen?

Bij het bepalen van de vorm houdt de designer de doelgroep
in gedachten: wat zou degene die dit product koopt 
of krijgt mooi/stoer/gaaf/passend vinden? 

Slide 8 - Tekstslide


Rechte wiskundige (geometrische) vormen geven een meer strakke zakelijke indruk. Bovendien oogt het product minder comfortabel.
Een organische vorm ziet er vloeiender en speelser uit. 
Beide opties kunnen dus een goede keuze zijn afhankelijk van de doelgroep. 
Hier heeft de designer een combinatie gemaakt van geometrische en organische vormen. Dit zitobject is haast meer een kunstwerk dan een meubel. 
Geometrisch of organisch?

Slide 9 - Sleepvraag

Organische vormen
Geometrische vormen

Slide 10 - Sleepvraag

Een designer kan besluiten een open vorm of een gesloten vorm te gebruiken. Bij een open vorm kun je er doorheen kijken. Bij een gesloten vorm niet. 

Een open vorm maakt een lichtere en speelse indruk, terwijl een gesloten vorm een zwaardere zakelijke indruk wekt. 



Maradona, ooit een wereld beroemde voetballer, had  deze stoel speciaal laten maken. De grote gesloten vorm straalt macht en aanzien uit.
Open of gesloten vorm

Slide 11 - Sleepvraag

Open vorm
Gesloten vorm

Slide 12 - Sleepvraag

Als de vorm van van het object bepaald is, kiest de designer voor passend kleurgebruik. Dit zijn kleuren die de doelgroep kan waarderen. 
Voor producten die bedoelt zijn voor kinderen worden vaak zuivere felle kleuren gebruikt. Wanneer een product een stoere uitstraling moet krijgen worden kleuren vaak verdonkerd.
Voor dit product koos de designer voor verdonkerde kleuren. Op deze manier wordt geprobeerd een meer stoere uitstraling te geven aan het product. In de hoop dat de doelgroep, de man, dit product daardoor eerder koopt. 
welke kleuren?

Slide 13 - Sleepvraag

Verhelderde kleuren (gemengd met wit) 
Verdonkerde kleuren (gemengd met zwart)
Zuivere kleuren 

Slide 14 - Sleepvraag

Je eigen design
Bepaal je  doelgroep voor jouw zitobject. Met andere woorden: wie zou jouw zitobject willen hebben? Voor welke plek zou jouw zitobject moeten zijn?

Bijvoorbeeld: Voor de eigenaar van een casino. Voor iemand die houdt van dieren. Voor een boswachter. Voor een kapper, voor een make-up artist. Voor iemand die woont in een tiny house etc.
Let op: het wordt een kunstzinning zitobject. Functie staat niet voorop (je moet er wel op kunnen zitten).
Voor dit zitobject koos de vormgever waarschijnlijk als doelgroep de eigenaar van een zwembad. 

Slide 15 - Tekstslide

Je eigen design
Maak een collage met afbeeldingen die passen bij de door jou gekozen doelgroep. Bovenaan schrijf je op wat de doelgroep is. Voeg tenminste 20 afbeeldingen toe die passen bij de doelgroep.


De afbeeldingen zijn geen zitobjecten maar algemene dingen die te maken hebben met jouw doelgroep. Deze dienen later als inspiratiebron. 
De doelgroep is duidelijk. De afbeeldingen passen bij de doelgroep. De afbeeldingen hoeven niks met zitobjecten te maken te hebben. 

Slide 16 - Tekstslide

Je eigen design
Nu je de doelgroep hebt bepaald ga je schetsen maken. 
Je maakt 3 verschillende schetsen voor het door jou ontworpen zitobject.

In ieder van deze drie schetsen doe je een andere vormgeving. 
Het zijn dus drie heel verschillende ideeën. Ze passen wel alle drie bij de door jou gekozen doelgroep.
Gebruik voor ideeën je collage!
Voor dit zitobject koos de vormgever waarschijnlijk als doelgroep de eigenaar van een zwembad. 

Slide 17 - Tekstslide

Schetsen
Maak drie schetsen:

  • Zorg ervoor dat alle schetsen duidelijk zijn.
  • Zorg ervoor dat je ontwerpen passen bij de door jou gekozen doelgroep.
  • Kleur  je schetsen in met passende kleuren.
  • Zet er zo nodig met pijlen bij wat iets voorstelt. 
Deze schetsen zijn van verschillende personen. Je ziet dat ze gebruik hebben gemaakt van pijlen om de tekeningen te verduidelijken. 

Slide 18 - Tekstslide

Schaalmodel
Nu je schetsen hebt gemaakt ga je één ontwerp in het klein maken. Op deze manier maak je jouw 2D schets nu 3D. Dit schaalmodel is jouw eindproduct.

Formaat: ongeveer 15 tot 20 cm
Materiaal: eigen keuze. Denk aan afvalmaterialen, karton, zelfhardende klei etc.
Tijd: schatting 5 weken.

Slide 19 - Tekstslide

Beoordeling

Waar wordt je op beoordeeld:
  • Het moet een kunstzinnig zitobject zijn.
  • Het past bij de gekozen doelgroep.
  • Je ziet dat je hebt nagedacht over de vormen.
  • Je ziet dat je hebt nagedacht over de kleuren.
  • De collage is duidelijk en voldoet aan de afspraken
  • Je zitobject (schaalmodel) is netjes afgewerkt en stevig.

Slide 20 - Tekstslide

Reflectie

Hoe heb je het proces doorlopen: 
Wat heb je gedaan en hoe heb je dat aangepakt? Vertel over
problemen die je tegen bent gekomen en welke oplossingen je bedacht hebt

Slide 21 - Tekstslide

Reflectie
Geef aan waar je goed in bent en waar je minder goed in bent. En hoe je dat beter kunt doen.

Slide 22 - Tekstslide

Reflectie
Heb je voldaan aan de eisen van de opdracht? Leg uit.

Slide 23 - Tekstslide