Yuverta

3.4 negatieve getallen

Rekenen met negatieve getallen
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo, mavo, havoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Rekenen met negatieve getallen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het is 15°  het wordt 17° kouder

de som die daarbij hoort is:

15 - 17 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  6 - 7                                  
-2 + 5       

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Negatieve getallen herken je aan het min-teken!

Een getal waar niets voorstaat is dus positief!

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

los op: 10-60=
A
-70
B
-50
C
70
D
50

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

los op: 1--6=
A
-7
B
-5
C
7
D
5

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

los op: -1-6=
A
-7
B
-5
C
7
D
5

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

los op: -1--6=
A
-7
B
-5
C
7
D
5

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

los op: 1+-6=
A
-7
B
-5
C
7
D
5

Slide 14 - Quizvraag


los op: 6+2-3=
A
8
B
-5
C
7
D
5

Slide 15 - Quizvraag


los op: -6+2-3=
A
7
B
-5
C
-7
D
5

Slide 16 - Quizvraag


los op: -6+-2-3=
A
7
B
-11
C
-7
D
5

Slide 17 - Quizvraag


los op: 6 x 4 =
A
24
B
-24

Slide 18 - Quizvraag


los op: -6 x 4 =
A
24
B
-24

Slide 19 - Quizvraag


los op: 6 x -4 =
A
24
B
-24

Slide 20 - Quizvraag


los op: -6 x -4 =
A
24
B
-24

Slide 21 - Quizvraag


vermenigvuldigen met negatieve getallen


Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

A (?, ?)

C (?, ?)                                                     B(?, ?)

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke coördinaten horen bij punt A?
A
- 2, 4
B
(4, -2)
C
(-2, 4)
D
(2, -4)

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

A (?, ?)

C (?, ?)                                                     B(?, ?)

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke coördinaten horen bij punt B?
A
- 3, 4
B
(4, -3)
C
(3, 4)
D
(3, -4)

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke coördinaten horen bij punt C?

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

A (?, ?)

C (?, ?)                                                     B(?, ?)

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dit heb je nodig bij H11 van smartrekenen!
   Als laatste: 3 > 1 en dus is 1 <3

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat heb je in deze les geleerd?

Slide 31 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb je geleerd?

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie heeft nog vragen over 4.1 en/of 4.2?
Als je 4.1 en 4.2 klaar en begrepen hebt, ga je eerst H11 van smartrekenen (af)maken

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Link

Deze slide heeft geen instructies