Yuverta

Planeet in Actie Les_2

1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeBasisschoolGroep 6-8

In deze les zitten 39 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les 2

Slide 2 - Tekstslide

We gaan het vandaag hebben over onze planeet, de Aarde, hoe het verandert en hoe we actie kunnen ondernemen om goed met de planeet om te gaan.

De les van vandaag gaat over 2 thema's: Thema 1 - voeding
Thema 2 - grondstoffen

Daarna gaan we aan de slag! Dan doen we door middel van CoCreatie.

Jullie gaan in groepjes een project uitvoeren de komende 4 weken. Vandaag bedenken jullie een project en beginnen jullie met de uitvoering.

Mijn verhaal..

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Andrea Forzoni (35)
- Italiaan in Nederland
- Geoloog
- Gitaar, talen

Slide 4 - Tekstslide

Vertel iets over jezelf door middel van plaatjes. Wie ben je? Wat vind je belangrijk? Waarom ben je gastdocent voor Nemesis - Planeet in Actie?




Slide 5 - Kaart

Google maps
1: uitzoomen naar Nederland
2: inzoomen naar school waar je nu les geeft => mannetje street view - kijk naar het gebouw van de school
3: uitzoomen en gaan naar bepaalde interessante locatie waarover je wilt vertellen

Slide 6 - Tekstslide

Wat gaan we doen met Planeet in Actie?

1. Deze lessenserie nemen we jullie in vogelvlucht mee over de planeet. Dit doen we door jullie te laten kennismaken met allerlei onderwerpen. Grondstoffen, voeding, CO2 en klimaat, grond en water.

2. Dit doen we in allerlei vormen. Soms door een lesje waarin je luistert, vraagt en meedoet, maar ook door quizzes, leesteksten,  Co-Creatie (samen projecten opzetten en uitvoeren), Digital storytelling (verslagleggen van de uitvoering van je project), pitches (je eindpresentaties).

Na vandaag weet je..
  • Waarom voeding en grondstoffen belangrijk zijn.
  • Mooie oplossingen voor wereldwijde problemen rond voeding en grondstoffen.
  • Wat Co-Creatie is en hoe het werkt.
  • Dat je een project gaat doen, welk project dat is en hoe je verder gaat met je project.

Slide 7 - Tekstslide

Vertel de doelen van vandaag
Waarom zijn voeding en grondstoffen belangrijk?

Slide 8 - Tekstslide

Vragen aan de klas wat je ziet
Linker plaatje: woestijn, droge aarde.

Vragen of je hier goed groenten kunt kweken? Waarom niet? Geen water = geen vruchtbare grond.
Door klimaatverandering worden woestijnen groter. Dit betekent minder water en minder voedsel. Dit is een probleem voor mensen en dieren. Mensen sterven of migreren.

Rechter plaatje: plastic soup in indonesie. Het kind verzamelt waardevolle spullen om ze door te verkopen. Hier zien we dat onze afval, indien niet goed ingezameld, terecht komt in rivieren en zeeën. Hier zorgt het voor vervuiling, gezondheidsklachten bij mensen en sterfte van dieren. Het is ook jammer, omdat hier waardevolle spullen zijn die we makkelijk zouden kunnen hergebruiken, terwijl ze nu weggegooid worden.
Thema 1: Voeding

Slide 9 - Tekstslide

We beginnen deze les met Thema 1: voeding!
Voedsel: waar komt het vandaan?

Slide 10 - Tekstslide

Voeding. We hebben allemaal voeding nodig.
Vraag aan de klas: Waar komt eten vandaan?

Antwoord: Uit de grond in de vorm van groenten en fruit. Van dieren op het land en onderin de zee.
Meer mensen: meer voedsel, water en grond

Slide 11 - Tekstslide

Bevolking groeit en wordt rijker en heeft dus meer eten nodig.  Kijk naar de diagram links: deze toont hoeveel mensen er waren in loop van de tijd en in de toekomst.

In 1960 waren er op de aarde 3 miljard mensen, in 1985 5 miljard, nu 7 miljard, in 2050 9 miljard.

Kortom: Er is veel voedsel nodig.

Hiervoor is veel grond en water nodig, vooral voor vlees. Dit wordt bijvoorbeeld deels opgelost door de Amazone regenwoud te kappen.

Vragen aan de klas: is dit een goede oplossing? Wat zijn de gevolgen voor dieren en voor het klimaat?


Antwoord: Uiteraard niet een duurzame oplossing. Dit is schadelijk voor biodiversiteit en draagt bij aan de opwarming van de Aarde.
Watervoetafdruk bij voedsel

Slide 12 - Tekstslide

Watervoetafdruk. Moeilijk woord!

Vragen aan klas: Wat betekent het?

Antwoord: water nodig (liters) om een kilo voedsel te maken. De watervoetafdruk is laag voor groenten en hoog voor vlees.

Benoem een paar voorbeelden uit deze figuur.

Het is niet perse erg om soms vlees te eten. Maar kijk eens goed, als je een dag in de week geen rundvlees eet voor een maand (200 gram x 5 = 1 kg vlees) dan bespaar je 15.000 liters water!!!!

Vragen aan klas: Waarom is dit belangrijk?

Antwoord: Veel gebieden op de Aarde worden droger waardoor water schaarser wordt! Zelfs in Nederland. Door water te besparen dragen we een steentje bij.

Hoe kan het anders? JustDiggit

Slide 13 - Tekstslide

Dus je kunt invloed hebben! Hoe dan?!

JustDiggit geeft het goede voorbeeld.
Dit is een goed voorbeeld van Sociale innovatie. JustDiggit zag een probleem en bedacht een oplossing. Niet hier om de hoek, maar in Afrika.

Wat doet JustDiggit?
In het kort: ze graven gaten in de grond waardoor het water langer wordt vastgehouden. Dan komen er weer planten erop. Dan kunnen de boeren daar weer voedsel produceren.
De grond herstelt. Zie les 3!

Nadruk op voedsel: als er weer planten en water zijn dan kunnen we ook weer groenten kweken!

Nadruk op gemeenschap: het land blijft van de boeren

Hoe kan het anders? Dichtbij jou: Voedselbos

Slide 14 - Tekstslide

Er zijn meerdere voedselbossen in Nederland. Zelfs in sommige schooltuinen. Hier groeien bomen en planten die groenten en fruit produceren zonder dat men veel eraan moet doen, behalve plukken. Te gek he! Hier kan men zelf verschillende noten of vruchten oogsten, afhankelijk van de seizoen en met 0 km transport afstand.
hier kunnen dieren ook mooi leven. Voedselbossen dragen bij aan biodiversiteit.

Energizer

Slide 15 - Tekstslide

Energizer van maximaal 5 min. Laat de kinderen van hun stoel afkomen en in beweging.
Thema 2: Grondstoffen

Slide 16 - Tekstslide

Vraag aan de klas: Wat zijn grondstoffen?

Antwoorden: Materialen en mineralen uit de aarde, goud, zilver, olie, hout….

Alle materialen die we gebruiken om onze spullen te maken.

We gebruiken veel waardevolle mineralen in electronica, ook veel goud!

Vragen aan de klas: Waar komt je mobiel vandaan en wat gebeurt ermee nadat je het hebt gebruikt?


Slide 17 - Kaart

Google maps
1: uitzoomen naar Nederland
2: Gaan naar Ghana - laat zien waar het ligt
3: Klik door naar volgende slide. Het filmpje in de volgende slide speelt zich daar af

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat hebben we gezien?
  • Wat doet het kind? Waar is hij?
  •  Waar komen al die spullen vandaan?
  •  Zou jij hetzelfde willen doen?

Slide 19 - Tekstslide

Vragen punt per punt met de klas doornemen.

Antwoord 1: Metalen uit elektronisch afval nemen om ze terug te verkopen.

Antwoord 2: Vuilnisbelt. Van ons afval.

Antwoord 3: Nee, ongezond, water vervuild. Wat geld verdienen is het niet waard. Vuur om plastic te branden en metalen makkelijk eruit te krijgen.

Hoe werkt het nu?
Het leven van een mobieltje

Slide 20 - Tekstslide

Reis door de wereld vanaf grondstof tot vuilnisbelt.

In mijnen worden mineralen gegraven, deze worden naar fabrieken gebracht (in China bijvoorbeeld), hier worden mobieltjes gemaakt. Daarna wordt de mobiel naar Nederland gebracht, waar het verkocht en gebruikt wordt. Als we het weggooien en het niet goed ingezameld wordt, kan het zijn dat de kapotte mobiel in vuilnisbelten, zoals in Ghana, terecht komt.

Vraag aan klas: Wat betekent dit voor mens, planeet en winst?

Antwoord 1, mijnen: weinig geld voor mijnwerkers en soms geld gebruikt om wapens te kopen.
Antwoord 2: veel fabrieken beschadigen de lucht en het water door uitstoot van gassen en chemicaliën.

Antwoord 3: gebruik: we vinden het fijn en willen we ermee door.

Antwoord 4: vuilnis: slecht verwerkt afval draagt bij aan vervuiling en gezondheidsklachten.

Ten slotte raken veel waardevolle mineralen snel op. Dit betekent dat we  niet meer door kunnen gaan op deze manier. Het kan anders!



Hoe kan het anders? Fairphone

Slide 21 - Tekstslide

Fairphone = eerlijker geproduceerd mobiel.
Mineralen uit mijnen die niet in oorlogsgebieden zijn.

Mijnwerkers en mensen in de fabriek worden goed betaald.

Mobiel kan heel makkelijk uit elkaar zodat het makkelijk te repareren is. De rest kan allemaal gerecycled, hergebruikt, worden.

Hoe kan het anders? Bij jou in de buurt: E-waste race en Repair Cafe

Slide 22 - Tekstslide

E-waste race. projecten voor basisscholen. Inzamelen van oude elektronica voor recyclen. Verschillende scholen. Wie het meest ophaalt wint een reis naar Nemo.

Repair cafe = vrijwilligers die elke maand oude kapotte spullen repareren - bijna in elke stad.

Wat kan jij doen?

Slide 23 - Tekstslide

Stel de vraag: wat kunnen jullie doen?

Alle antwoorden vat je samen en koppel je aan de Piraminder.

Gebruik wat je hebt
Deel of ruil
Tweedehands kopen
Maak iets zelf
Koop
We hebben een nog een andere, speelse docent...
Deze video is niet meer beschikbaar
Welke video was dit?

Slide 24 - Tekstslide

Speel filmpje af.
Samen aan de slag
Wat
Co-Creatie lab: samen projecten verzinnen èn uitvoeren!
Wie
Jullie met je omgeving. Het Planeet Parlement!
Wanneer
De komende 4 weken
Wens
Samen aan de slag met een probleem in je omgeving.

Slide 25 - Tekstslide

Start Co-creatie Lab.

Wat gaan we doen?
We gaan samen kijken naar onze omgeving.
Er zijn heel veel fijne dingen.
En er zijn ook veel dingen die daar niet fijn zijn of goed werken voor mensen en milieu.

We beginnen met kijken naar wat er niet goed werkt en vervolgens naar hoe we dat kunnen oplossen.

Klik de 5 buttons.
@Wat: Als een laboratorium. We gaan erin, we gaan experimenteren met elkaar.
@ Wie: vandaag oefenen we met elkaar. Later kun je dit met iedereen doen!

De Co-Creatie doen we samen, stap voor stap. Volg de instructies maar en luister goed.
Je moet kiezen..
Je loopt de rest van je leven in een papieren zak

Je loopt in een kledingstuk van takken en blaadjes
OF

Slide 26 - Tekstslide

De eerste stap is: even actie in de taxi.

Zometeen MOET je kiezen.
Of het een.
Of het ander. 

Hier is een lijn, aan deze LINKERkant kies je voor het ene. Aan de RECHTERkant kies je voor het andere.

Vraag aan de klas:
Ga je dan kijken naar de ander? Of kies je voor jezelf?
Precies, je kiest voor jezelf.

Dus nu, stelling 1. Je MOET kiezen.


Je moet kiezen..
Je mag de rest van je leven 1x per maand douchen.

Je mag de rest van je leven elke dag alleen nog maar koud douchen
OF
1x

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je moet kiezen..
Je hebt een chocoladerivier in je tuin.

Alle dieren doen alles wat je zegt.
OF

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je moet kiezen..
Je mag naar een andere hele fijne planeet toe met je familie en je vrienden.

Je mag 1 wens doen om deze wereld te verbeteren.
OF

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planeet Parlement
  • Ga zitten in je groepje: het Planeet Parlement.
  • Verdeel de 3 rollen: leider, journalist en denkers.
  • Parlement openen (bord op tafel).

Slide 30 - Tekstslide

Vertel dat we nog niet gaan bewegen en praten, totdat ik helemaal klaar ben met uitleggen.

Stap 1:
Ga weer zitten in de groepjes die jullie in les 0 hebben gemaakt.

Stap 2:
Leg uit dat we elk groepje gaan indelen in rollen.
Leg uit wat de rollen zijn en leg ook uit wat elke rol doet.

Leider: houdt orde, zorgt dat iedereen aan de beurt komt
Journalist: schrijft alle belangrijke dingen op.
Denkers: Geven input en ondersteunen

Verdeel nu de rollen. Zodra jullie klaar zijn, wees dan weer stil, zodat ik weet wanneer we verder kunnen. Jullie hebben maximaal 1 minuten voor dit hele proces.

Stap 3:
Zet jullie Projectbord op tafel. We gaan aan de slag!
Plastic Whale
  • Wat is het probleem dat Plastic Whale zag?
  • Waarom is dit een probleem?
  • Wie zijn bij dit probleem betrokken?
  • Waar speelt het zich af?
  • Wanneer is het probleem?
  • Wat is hun wens?
  • Hoe lossen ze het op?
  • Wat levert het op?

Slide 31 - Tekstslide

We nemen een kijkje bij Plastic Whale. Dit is een organisatie in Amsterdam. Zij zagen een Planeet Thema (probleem wereldwijd) in een hun plaats terugkomen. Vervolgens zijn ze hun eigen bedrijf gestart. In feite hebben zijn ze begonnen met een klein project en toen werd dit een bedrijf. Dit lijkt op wat jullie de komende weken ook gaan doen.

Start het filmpje.
Na het filmpje zeg je dat we nu veel vragen gaan stellen. Waar zijn vragen goed voor?

Antwoord: vragen stellen is heel belangrijk: jullie gaan zelf ook een project opzetten. Goede vragen stellen betekent ook antwoorden vinden. Dit leidt tot:
- Beter begrip van de situatie
- Betere uitwerking van het project, wie er bij betrokken zijn enzovoorts
- Betere kans op slagen van de oplossingen die je wilt gaan uitvoeren


Vragen stellen door te klikken
Antwoorden met de klas bespreken. 1 antwoord per vraag. (max 20 sec per antwoord)

Vraag aan de klas: Wat valt je op aan de manier van vragen stellen?

Antwoord: Open vragen: vraagwoorden die beginnen met een W of H.

Nergens zie je vragen die beginnen met een werkwoord. Vragen die beginnen met een werkwoord zijn altijd ja/nee-vragen.

Dus, stel in deze fase van het project open vragen die beginnen met W of H.

Vraag aan klas: Welke initiatieven zoals Plastic Whale kennen jullie nog meer?

Antwoorde: Fairphone, JustDiggit, Dopper, Tony chocolony.
1 - Brainstorm
  • Brainstormen over alles wat met jullie missie te maken heeft.
  • Op het brainstormblad in je werkboekje.
  • Ondersteunende vragen staan op de volgende bladzijde.
timer
5:00

Slide 32 - Tekstslide

Werkboeken van de missies uitdelen aan alle groepjes.
> Vraag welke missie ze hebben gekozen (dit staat ook op hun Parlementsbord)
> Geef ze bijbehorend werkboek.


Klik door de 3 punten heen op deze slide en lees voor wat er staat.


Vraag aan klas: Hoe brainstorm je op een goede manier?
Antwoorden: elkaar vragen stellen, luisteren, naar elkaar kijken, opletten waar we mee bezig zijn, ja-zeggen, meedoen etc

Als je merkt dat de klas brainstormen wel eens moeilijk zou kunnen vinden:
1. Vertel wat brainstormen is
2. Doe goed brainstormen voor en gebruik daarvoor de namen van de kinderen in de klas.
3. Idem 2 voor fout brainstormen.
4. Benadruk dus dat ze vooral gaan samenwerken, overleggen, elkaar vragen stellen etc


Laatste 2 opmerkingen:
1. Goed de rollen blijven gebruiken!
2. Jullie hebben 5 minuten om zo veel mogelijk op de brainstormbladzijde te zetten.

Brainstorm mag maximaal 10 minuten duren. Kijk goed naar de klas en geef ze na 4 minuten nog eens 5 minuten.

2 - Kies jullie uitdaging
  • Omcirkel de problemen in jullie omgeving.
  • LET OP! Je gaat straks een probleem kiezen om daarop in actie te komen.
  • Schrijf jouw punten bij de omcirkelde problemen (6 - 3 - 1)
  • Project met de meeste punten wordt gekozen.
timer
7:30

Slide 33 - Tekstslide

Er staan nu allerlei dingen op je brainstormblad. Problemen, dingen, oplossingen en nog veel meer.


Klik punt 1 en 2 open.

Geef ze de volgende instructie: Parlementen omcirkelen problemen in hun omgeving waar ze mee aan de slag zouden willen gaan.

Jullie hebben hiervoor 1 minuut.


Klik bullet 3 en 4 open. Geef ze vervolgens de instructie:

Elk parlementslid heeft nu 1x 6, 1x 3 en 1x 1 punt om te verdelen.
- 6 punten voor het probleem dat hij/zij het belangrijkst vindt.
-3 voor de op een na belangrijkste
- 1 punt voor de minst belangrijkste, maar toch ook belangrijk (want sommige problemen geef je geen punten). 
Net als bij het songfestival heb je ze maar 1 keer te verdelen.

Tel daarna de punten op!
Het project met de meeste punten wordt gekozen.
Met dit probleem gaan jullie aan de slag.
Parlement Crisis
Keuze is gemaakt

1- Als je niet mee wilt doen met het gekozen probleem en voor je eigen probleem wilt gaan.

2- Pitch dan je keuze en zorg dat je 1 iemand mee krijgt.

3 - Conclusie: Opsplitsen of schikken in de meerderheid.
timer
1:00

Slide 34 - Tekstslide

Soms komen Parlementen er niet uit.
Gebruik alleen dan deze slide.
Normaal gesproken klik je hier door.

Komt een Parlement er niet uit en willen ze meerdere problemen kiezen?

Dan is er de mogelijkheid om op te splitsen in 2 problemen waar ze acties bij gaan verzinnen.

Gebruik in dit geval deze slide.
3- Project Start
  • Project Start invullen
  • HOE? Alsof je het uitlegt aan iemand die de taal niet spreekt.
timer
5:00

Slide 35 - Tekstslide

Jullie gaan je probleem uitwerken, zodat je daarna tot een goede oplossingsgerichte actie kunt komen.

1. Dit doe je op basis van de 5W's.
- Wat is het probleem
- Wie is er betrokken?
- Waar speelt het zich af?
- Wanneer speelt het zich af?
- Wat is jullie wens? (ideale situatie)

2. MAAR! Je gaat deze 5W's uitwerken op een speciale manier..

Stel je voor dat er iemand op bezoek is vanuit een ander land. Hij spreekt jouw taal niet, maar hij wil het wel begrijpen. Zorg door middel van plaatjes en korte steekwoorden (die begrijpt hij nog nèt aan wel) duidelijk maakt wat jullie gedachtes zijn bij elk van de W's.

3. Uitdelen werkblad "Probleemdefinitie 5W"(A3 vel)

Zeg dat ze maximaal 10 minuten hebben om een start te maken met dit formulier. Dan moet het minimaal 90% af zijn.

Zet de timer.
Zeg: 3-2-1-Go!
4 - kies de actie!
Anderen inspireren?

Aan de slag om iets moois in de wereld te zetten?

Diepgravend onderzoek doen naar het probleem en de oplossingen?


Overleg en Kies een actie op je actiekaart!
timer
3:00

Slide 36 - Tekstslide

Yes! We hebben ons probleem helder gemaakt met het Project Start formulier.

Nu gaan we aan oplossingen en acties denken.

Pak je werkboek er weer bij.
Op de laatste bladzijde zie je een actiekaart.

>> Lees nu de 3 regels voor.

>> Dit gaan jullie nu ook doen!

Overleg met je groepje.
Kijk naar de uitwerking van jullie probleem en Kies een actie op je actiekaart die jullie erbij vinden passen.

Zeg dat ze 3 minuten hebben om te kiezen en zeg dat ze, voordat ze gaan kiezen, nog even moeten meekijken naar de volgende slid.

Klik naar de volgende slide,
5 - projectplan
  • Actie gekozen?
  • Kom naar de docent en haal je actieplan op!
  • Lees het actieplan door.
  • Stel je vragen aan de gastdocent.
  • Jullie hebben 10 min. opstarttijd
timer
10:00

Slide 37 - Tekstslide

Stap 1:
spreek de slide door.

Stap 2:
1 voor 1 zijn de groepjes klaar met overleggen.
Ze komen de projectplannen ophalen.
Zorg dat je de map klaar hebt en gemakkelijk de projectplannen kunt uitreiken.

Als ze vragen wat te doen: wijs naar het bord.

Stap 3:
Zet de timer op een goed moment. Kijk naar de tijd die je over hebt in de les en overleg met de docent ter plaatse.
Afsluiting: wat ga je vanaf nu doen?
  • Les 2 en 3 door jullie eigen docent.
  • Les over Digital Storytelling: deze week nog.
  • Afsluiting les 4: Planeet Pitch of Planeet Story (zie les 2).
  • Projecttijd op school: elke week minimaal anderhalf uur. Wanneer je daarnaast op school aan je project werkt overleggen jullie met je docent.

Slide 38 - Tekstslide

Herhaal waar ze nu staan:
- Ze hebben een project gekozen. Daarmee gaan jullie aan de slag. In de laatste les komen wij terug en sluiten we deze lessenserie af. Jullie gaan je projecten dan presenteren.

Loop vervolgens de bulletpoints af (4 stuks) en leg uit hoe dit er uit ziet in de komende weken.

Slide 39 - Kaart

Deze slide heeft geen instructies