Yuverta

Het zal me een biet zijn - Les 1. Groei van gewassen - onderdeel AOOL

Welkom bij de gezonde wereld!
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
VoedingMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom bij de gezonde wereld!

Slide 1 - Tekstslide

Gezonde wereld
Introductie gezonde wereld
Werken met 4 thema's in leerjaar 3

- Het zal me een biet zijn          - De pop-up store
- Heel Zone bakt                           - Ik voel me kip-lekker

Slide 2 - Tekstslide

Thema: het zal me een biet zijn


Uitleg I.O. 

Zie magister.me

Slide 3 - Tekstslide

Het zal me een biet zijn

Lessenreeks met 8 lessen
1. Groei van gewassen                                    5. Verpakking ontwerpen
2. Bemesten en gewasbescherming      6. Voedselverspilling
3. Telen                                                                  7. Voorbereiden I.O. 
4. Oogsten, verpakken en bewaren         8. I.O.

Slide 4 - Tekstslide

Eerst kennismaken - Wie zijn jullie?
Wie: in tweetallen. Je stelt je buurman/buurvrouw voor
Hoe: Pak je telefoon, laat je laatste 10 foto's in je telefoon zien aan je buurman/buurvrouw en leg uit wat je ziet. Je stelt de ander voor aan de klas.
Hulp: je buurman/buurvrouw of de docent
Tijd: 5 minuten
Uitkomst: je kan iets over de ander vertellen. 
Klaar? Na 5 minuten stelt iedereen iemand aan de groep voor

Slide 5 - Tekstslide

Telefoonbeleid...

Slide 6 - Tekstslide

Wat weet je al?
Een klein testje om er achter te komen wat je al weet...


Opties:
- invullen via laptop 
- strek je benen! Loop naar het juiste antwoord, in elke hoek van het lokaal vind je een antwoord. 

Slide 7 - Tekstslide

Wat is een grondsoort?
A
Kenmerken en samenstelling van de bodem
B
Bodemleven waarin verschillende organismen voorkomen
C
Kunstmatig mengsel dat je in je tuin gebruikt
D
Uitputting van de bodem

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van biologische gewasbescherming?
A
Gif gebruiken om onkruid weg te halen
B
Handmatig schoffelen
C
Lieveheersbeestjes inzetten die luizen vangen
D
Ploegmachine inzetten

Slide 9 - Quizvraag

Wat mag NIET bij biologische landbouw? (meerdere antwoorden mogelijk)
A
Gebruik van chemische middelen
B
Aandacht voor dierenwelzijn
C
Aandacht voor de natuur
D
Gebruik van kunstmest

Slide 10 - Quizvraag

Wat is gesloten teelt?
A
Teelt van gewassen in een kas
B
Bedrijf waar zowel landbouw als veeteelt is
C
Gewassen worden geteeld en verkocht op het bedrijf
D
Een bedrijf waar 1 soort gewas geteelt wordt

Slide 11 - Quizvraag

Wat is de functie van het verpakken van voeding? (meerdere antwoorden mogelijk)
A
Bescherming tegen bacteriën
B
Aandacht trekken
C
Bescherming tijdens transport
D
Informatie voor de klant

Slide 12 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een bouwstof die je lichaam nodig heeft om spieren op te bouwen?
A
Vetten
B
Koolhydraten
C
Vitaminen
D
Eiwitten

Slide 13 - Quizvraag

Wat is een fust?
A
Verpakking die de aandacht trekt
B
Groente- en fuit-afval
C
Verzamelwoord voor allerlei verpakkingen
D
Klaar om geoogst te worden

Slide 14 - Quizvraag

En, hoe ging het?

Slide 15 - Tekstslide

Planning theorie
Leerdoelen
Theorie
Groepsquiz over theorie, wie weet het meeste over de theorie?
Opdracht 1: Grondonderzoek doen
Opdracht 2: Kweken van champignons
Evaluatie

Slide 16 - Tekstslide

Het belang van deze les
Onderwerpen van vandaag:
- Grondsoorten
- Groeifactoren van planten

Waarom denk je dat het belangrijk is om iets over deze onderwerpen te weten? 



Slide 17 - Tekstslide

Leerdoelen - na de les kan je...
...vijf groeifactoren benoemen die planten nodig hebben om te groeien.
...uitleggen waarom je de grond moet bewerken voor het zaaien en poten.
...de vijf meest voorkomende grondsoorten benoemen.
...minstens één voorbeeld van teeltmedia benoemen.
...de pH-waarde en EC-waarde van grond bepalen.
...op basis van pH-waarden en EC-waarden de juiste beoordelen welke maatregelen genomen dienen te worden. 


Slide 18 - Tekstslide

Groeifactoren

Slide 19 - Tekstslide

5 groeifactoren
Groeifactoren hebben invloed op de groei van de plant

Voeding
Water
Licht
Lucht
Temperatuur 

Slide 20 - Tekstslide

Grondbewerking
Een akkerbouwer bewerkt elk voorjaar zijn grond voor het zaaien/poten. 
Redenen om grond te bewerken: 
- verse grond naar boven te halen
- mest, groenbemester of stoppels onder de grond te brengen
- water beter vast te houden in de grond
- grond los maken en gelijk maken, zonder gaten en hobbels

De manier van grondbewerking is afhankelijk van de teelt, doel, grondsoort en weersomstandigheden.

Slide 21 - Tekstslide

Grondbewerkingen
Ploegen, spitten, scheuren, cultiveren, schoffelen, frezen



Bijvoorbeeld:
- een frees verkruimelt de grond
- een ploeg bewerkt de grond door deze te draaien
- een schoffelmachine haalt het onkruid tussen het gewas weg
- een spitmachine bewerkt de grond zonder om te draaien


Slide 22 - Tekstslide

Grondsoorten

Slide 23 - Tekstslide

De belangrijkste grondsoorten van Nederland                              
Zand
Veen
Klei
Rivierklei
Löss

Welke grondsoort is er in jouw buurt?


Slide 24 - Tekstslide

Watervasthoudend vermogen                             
Watervasthoudend vermogen = de hoeveelheid water die grond vast kan houden in poriën en vezels. 



De ene grondsoort houd beter water vast dan de andere


Slide 25 - Tekstslide

Teeltmedia
Teeltmedia: middelen om op te telen

Natuurlijk of kunstmatig
Kunstmatige teeltmedia = substraat

Voorbeelden: zand, klei en veen, steenwol, katoen

Slide 26 - Tekstslide

Kwaliteit van grond
De kwaliteit van grond hangt o.a. af van de zuurgraad en hoeveelheid mineralen.

Zuurgraad druk je uit in pH
Hoeveelheid mineralen in grond druk je uit in EC-waarde

Slide 27 - Tekstslide

Zuurgraad van de grond
Planten groeien bij een pH tussen de 4,5 en 7,3




Te lage pH? kalk door grond mengen
Te hoge pH? turf door grond mengen

Slide 28 - Tekstslide

Mineralen in water 
De hoeveelheid voeding die een plant krijgt
Meten van de EC-waarde
Hoe meer mineralen, hoe hoger de EC

Te lage EC-waarde? voedingszouten toevoegen
Te hoge EC-waarde? (zoet) water toevoegen

Slide 29 - Tekstslide

Hoe gebruik je een grondmeter?

Slide 30 - Tekstslide

Kennisquiz in teams

Slide 31 - Tekstslide

Kennisquiz in teams
Wat: wat heb jij onthouden van de theorie?
Wie: in teams van 3 of 4 personen
Hoe: de docent stelt een vraag, iedereen bedenkt voor zichzelf het antwoord. overleg binnen je groep wat het eindantwoord wordt. De docent wijst per groep een leerling aan die het antwoord mag zeggen. 1 goed antwoord = 1 punt. 
Hulp: je groepsgenootjes
Tijd: tot de vragen op zijn
Uitkomst: een team met de meeste punten wint!

Slide 32 - Tekstslide

Wat zijn de vijf meest voorkomende grondsoorten in Nederland?
A
Zand, veen, bosgrond, teeltmedia en klei
B
Zand, leem, klei, grind en löss
C
Zand, veen, klei, rivierklei en löss
D
Zand, veen, leem, zavel en löss

Slide 33 - Quizvraag

Wat is een teeltmedium?
A
Middelen om op te telen
B
De zuurgraad van grond
C
Het watervasthoudend vermogen
D
Poriën die tussen zandkorrels zitten

Slide 34 - Quizvraag

De pH-waarde en EC-waarde zeggen iets over...
A
het watervasthoudend vermogen
B
het aantal poriën tussen de zandkorrels
C
de groeifactoren van planten
D
de kwaliteit van de grond

Slide 35 - Quizvraag

Wat is het beste antwoord?
Welke groeifactoren hebben planten nodig om te groeien?
A
Voeding en water
B
Voeding, water en licht
C
Voeding, water, licht en lucht
D
Voeding, water, licht, lucht en temperatuur

Slide 36 - Quizvraag

Welke redenen heeft een akkerbouwer om de grond te bewerken?
(meerdere antwoorden mogelijk)
A
Verse grond naar boven te halen
B
Mest onder de grond brengen
C
Het beter vasthouden van water in de grond
D
Grond luchtiger maken

Slide 37 - Quizvraag

Welke groep is de winnaar?

Slide 38 - Tekstslide

Opdracht: grondonderzoek
Wat: pH- en EC-waarde meten van grond uit eigen tuin
Wie: Individueel
Hoe: Metingen uitvoeren, beantwoorden van de vragen, advies geven over je grond en dit uitvoeren. 
Hulp: Grondmeter, grond, werkblad
Tijd: 30 minuten
Uitkomst: Ingevuld werkblad en grond waarvan de kwaliteit verbeterd is. 
Klaar? Vorm tweetallen en ga aan de slag met de champignonkwekerij

Slide 39 - Tekstslide

Champignons kweken
Wat: zelf champignons kweken 
Wie: in tweetallen
Hoe: volgens de handleiding
Hulp: handleiding, medeleerlingen, docent
Tijd: 30 minuten
Uitkomst: kweekset met champignons, klaar om te groeien. 
Klaar? Meld het bij de docent

Slide 40 - Tekstslide

Evaluatie
- Samenwerking tijdens de groepsquiz
- Grondonderzoek



Wat ging goed? 
Wat ging minder goed? 
Wat doe je de volgende keer anders? 


Slide 41 - Tekstslide

Leerdoelen - nu kan je...
...vijf groeifactoren benoemen die planten nodig hebben om te groeien.
...uitleggen waarom je de grond moet bewerken voor het zaaien en poten.
...de vijf meest voorkomende grondsoorten benoemen.
...minstens één voorbeeld van teeltmedia benoemen.
...de pH-waarde en EC-waarde van grond bepalen.
...op basis van pH-waarden en EC-waarden de juiste beoordelen welke maatregelen genomen dienen te worden. 


Slide 42 - Tekstslide

Volgende week 
Bemesten en gewasbescherming

Slide 43 - Tekstslide