Yuverta

1.1 Stadsgroen

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BeroepsoriëntatieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3,4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Quiz terugblik

  • Welke gereedschappen herken je nog?

Slide 2 - Tekstslide

welk type vermeerderen pas je toe bij het stekken van een plant?
A
Geslachtelijke vermeerdering
B
Ongeslachtelijke vermeerdering

Slide 3 - Quizvraag

Er zijn verschillende vormen van stekken.
Sleep het plaatje naar de bijbehorende stekvorm.
bladstek
kopstek
wortelstek

Slide 4 - Sleepvraag

Wat is stekken?
A
Een plant in de grond zetten
B
Het vermeerderen van planten
C
Een ander woord voor gereedschap dat de teler gebruikt
D
Plantenvoeding

Slide 5 - Quizvraag

Wat is goede stekgrond?
A
Stevige, watervasthoudende grond met veel voedingsstoffen
B
Stevige waterdoorlatende grond met weinig voedingsstoffen
C
Luchtige, watervasthoudende grond met veel voedingsstoffen
D
Luchtige, waterdoorlatende grond met weinig voedingsstoffen

Slide 6 - Quizvraag

gereedschap om te spitten
A
schop
B
schep
C
spade
D
spitter

Slide 7 - Quizvraag

Hoe heet dit gereedschap?

Slide 8 - Open vraag

Hoe noem je
dit gereedschap?

Slide 9 - Open vraag

Hoe heet dit gereedschap?

Slide 10 - Open vraag

Sleep de naam van het gereedschap naar de goede afbeelding:
Schoffel
Heggenschaar
Bats
Spade

Slide 11 - Sleepvraag

Lesdoelen
  • Ik kan aan het einde van de les zelfstandig een stuk schooltuin onderhouden.
  • Ik kan laten zien hoe ik veilig mijn gereedschappen kan gebruiken.
  • In en om mijn tuin ziet het er verzorgd uit.

Slide 12 - Tekstslide

Les 1
Onkruiden
Een onkruid is een plant die op een plaats groeit waar hij niet gewenst is. 

Bekende onkruidsoorten:
- Brandnetel
- Zevenblad
- Knopkruid
- Kleefkruid 

Slide 13 - Tekstslide

Welk gereedschap gebruik je om onkruid te verwijderen?

Slide 14 - Open vraag

Welk gereedschap gebruik je om te spitten?

Slide 15 - Open vraag

Buiten aan de slag

1. Je krijgt van je docent een werkblad.

2. Je gaat deze opdracht individueel doen.

3. Je trekt je werkschoenen aan en jas.

4. Neem pen en papier mee naar buiten.

5. De docent wijst een plek aan waar je kan beginnen.

Slide 16 - Tekstslide

Wat is de naam van dit tuingereedschap? 
Sleep het juiste antwoord op het plaatje.
Dit is een onkruidveger
Dit is een schoffel
Dit is een stoffel
Dit is een kierenmes

Slide 17 - Sleepvraag

Wat heb je geleerd vandaag?
- Wat vond je leuk en waarom?
- Wat vond je minder leuk en waarom?

Slide 18 - Tekstslide

Moestuin en kruidentuin

Moestuinen en kruidentuinen waren functioneel, nu minder noodzakelijk.
stadstuin = tuin in stedelijk gebied

Slide 19 - Tekstslide

Balkontuin
balkontuin = tuin op een balkon

Door meer soorten dieren en planten, meer biodiversiteit.

Slide 20 - Tekstslide

Verticale tuin
Dit is een tuin aan de muur.
Planten hangen in bakken en potten met substraat aan de muur.
Verticale tuin = muurtuin of geveltuin

Slide 21 - Tekstslide

Verticale tuin
substraatpanelen met watergeefsysteem

groeizakken met potgrond

kruidenzakjes

Slide 22 - Tekstslide

Ander groen
  • park
  • perken en bloembakken
  • stadslandbouw

Slide 23 - Tekstslide

Wat was de functie van de eerste tuinen?
A
om te ontspannen
B
om bloemen te kweken
C
om dieren te houden
D
om voedsel te verbouwen

Slide 24 - Quizvraag

Wat is één van de onderhoudswerkzaamheden die doet in een balkontuin?
A
spitten
B
schoffelen
C
verticuteren
D
water geven

Slide 25 - Quizvraag

Hoe wordt een verticale tuin ook wel genoemd?
A
balkontuin
B
kruidentuin
C
muurtuin
D
moestuin

Slide 26 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van stadslandbouw?
A
een balkon met kruiden
B
een berm
C
een moestuin op een schoolplein
D
een stadspark

Slide 27 - Quizvraag