In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
*De pv verandert van tijd.
*De pv past zich aan het onderwerp aan. (enkelvoud + meervoud)
ik stam Ik koop een Bigmac.
hij / zij / het stam+T Hij koopt een Bigmac.
wij / jullie hele ww Wij kopen een Bigmac.
'je' achter het WW stam Koop je een Bigmac?
Om te weten of je bij de PVVT van een zwak ww de(n) of te(n) moet schrijven, gebruik je dus 't ex-kofschip.