Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
Yuverta
‹
Terug naar zoeken
les 4 vermogen
les 4 vermogen.
1 / 9
volgende
Slide 1:
Tekstslide
na
Middelbare school
vmbo lwoo, b
Leerjaar 3
In deze les zitten
9 slides
, met
tekstslides
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
les 4 vermogen.
Slide 1 - Tekstslide
vermogen
het vermogen is de elektrische energie per seconde die een apparaat gebruikt.
de eenheid van vermogen is
watt
Slide 2 - Tekstslide
grootheden en eenheden
Slide 3 - Tekstslide
stroom uitrekenen.
op een lampje staat 12 V en 6 W.
de stroom door de lamp bereken je met de formule:
stroom= vermogen : spanning
stroom= 6 W : 12 V = 0,5 A
Slide 4 - Tekstslide
huis spanning
in Nederland komt uit elk stopcontact in huizen een spanning van 230 V
Je moet dus onthouden als spanning niet benoemd wordt in een vraag maar wel gezegd wordt dat het in een huis gebruikt wordt dan spanning 230 V is.
Slide 5 - Tekstslide
formule driehoek
Slide 6 - Tekstslide
vermogen berekenen
Als je wel weet wat de spanning is en de stroomsterkte kan je het vermogen berekene.
noteer eerst de formule
vermogen= spanning x stroomsterkte
maak een rijtje met waardes die je hebt
vermogen =?
spanning = 230 V
stroomsterkte = 3.9 A
vul de formule in en reken uit. Vergeet de eenheid niet!
230V x 3,9A = 897 W
Slide 7 - Tekstslide
groot en klein vermogen
een vermogen groter dan 1000 watt is meestal aangegeven met kilowatt (kW)
1 kilowatt= 1000 Watt
Slide 8 - Tekstslide
oefenen
Slide 9 - Tekstslide