Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
Yuverta
‹
Terug naar zoeken
3. Wonen en werken in een industriestad
Burgers en stoommachines
Wonen en werken in een industriestad
1 / 19
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3,4
In deze les zitten
19 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Burgers en stoommachines
Wonen en werken in een industriestad
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoel
Aan het eind van deze presentatie kun je herkennen en uitleggen op welke gevolgen de industrialisatie voor de arbeiders had.
Slide 3 - Tekstslide
Nederland industrialiseert laat (1)
Pas vanaf 1870
Handel blijft voor veel investeerders belangrijk: weinig vertrouwen in de industrie
Geen geschikte grondstoffen voor industrie
Op de afbeelding: papier maken rond 1800 en rond 1870
Slide 4 - Tekstslide
Nederland industrialiseert laat (2)
Slechte infrastructuur
Grondstoffen kopen in het buitenland was duur
Protectionisme
: landen beschermen hun eigen producten door producten uit andere landen (heel) duur te maken
Slide 5 - Tekstslide
Nederland industrialiseert...toch
Vanaf 1870 steeds meer fabrieken
Liberalen aan de macht: meer economische vrijheid
Willem 1 wil van Nederland een modern land maken met goede infrastructuur en industrie
Voldoende arbeidskrachten
Slide 6 - Tekstslide
Gevolgen van de industrialistatie
Huisnijverheid (gedaan door boeren) kan niet meer concurreren tegen de fabrieken.
Arbeiders trekken naar de stad: urbanisatie
Steden groeien erg snel
Slide 7 - Tekstslide
Werkomstandigheden
Saaaaaaaai (door arbeidsdeling/lopende band)
Lange werkdagen (14 uur per dag)
Gevaarlijk
Geen enkel recht
Lage lonen (bij fouten: loon inhouden)
Slide 8 - Tekstslide
Kinderarbeid
Goedkope arbeidskrachten
Ze zijn nog jong: je hebt er nog lang wat aan
Ze zijn goedkoper
Hun kleine handen kunnen beter op plekken tussen machines
Slide 9 - Tekstslide
Woonomstandigheden
Slechte woningen (snel gebouwd dus: haastige spoed...)
Panden die niet als woning zijn bedoeld (zoals kelderwoningen)
Dichtbij fabrieken
Slechte hygiëne, riolering en watervoorzieining
Slide 10 - Tekstslide
In delen van Noord- en Oost-Nederland was het trouwens niet veel beter...
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Noem 1 voorbeeld waaruit blijkt dat de woonomstandigheden van de arbeiders vaak zeer slecht waren.
Slide 13 - Open vraag
Noem 1 voorbeeld waaruit blijkt dat de werkomstandigheden van de arbeiders vaak zeer slecht waren.
Slide 14 - Open vraag
Welke bewering over de afbeelding is juist?
A
De bron is kenmerkend voor de tijd rond 1850, want toen waren er nog geen fabrieken die het werk van de molens overnamen.
B
De bron is kenmerkend voor de tijd rond 1850, want toen werd de windmolen uitgevonden en rond de steden neergezet.
C
De bron is kenmerkend voor de tijd rond 1900, want toen begon de industrialisatie van Nederland met het gebruik van de windmolen.
D
De bron is kenmerkend voor de tijd rond 1900, want toen stapten de fabrikanten over op goedkope en milieuvriendelijke aandrijfkracht.
Slide 15 - Quizvraag
Met welke bedoeling is deze ansichtkaart waarschijnlijk gemaakt?
A
De directie was trots op de fotografische techniek.
B
De directie was trots op de moderne fabriek.
C
De directie wilde protesteren tegen de onveilige werksituatie.
Slide 16 - Quizvraag
Begrippen uit deze les
industrialisatie
huisnijverheid
kinderarbeid
werkomstandigheden
woonomstandigheden
Slide 17 - Tekstslide
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd
Slide 18 - Open vraag
Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen
Slide 19 - Open vraag