Who/which and that

The tenth of March!
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

The tenth of March!

Slide 1 - Tekstslide

Goals
At the end of this lesson...
  • You know how how and when to use the degrees of comparison
  • You know how and when to use who/which/that/whose

Slide 2 - Tekstslide

Homework

Check ex. 11 and 12 about the degrees of comparison

Slide 3 - Tekstslide

Who, which, that

Slide 4 - Tekstslide

Betrekkelijke voornaamwoorden
Als je extra info over iets over iemand wilt geven gebruik je een bijzin met een betrekkelijk voornaamwoord.

The man who stole her wallet has been found.
I want the dress which that girl over there is wearing.
This is the dog that followed me home.

Slide 5 - Tekstslide

Who
Who gebruik je bij personen

Slide 6 - Tekstslide

Which
Which gebruik je bij dingen of dieren

London, which is the capital of England, is amazing.
This tiger, which is my favourite animal, is orange.

Slide 7 - Tekstslide

That
Gebruik je bij personen, dingen of dieren

The charity that I run raised a lot of money
The boy that borrowed your bike is at the door

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Dusssss

Nooit 'that' na een komma!

Slide 10 - Tekstslide

Homework
Check ex. 25

Slide 11 - Tekstslide