Lesson 4: U1D4 + adjectives and adverbs

Caregivers (U1D4)
Watch video U1D4
Grammar adjectives and adverbs
Work on exercises U1D4
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Caregivers (U1D4)
Watch video U1D4
Grammar adjectives and adverbs
Work on exercises U1D4

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Link

12

Slide 4 - Video

Grammar
U1D4 exercise 3 and 4 are about intensifiers.
We will spend a little more time on adjectives and adverbs before you start working on the exercises.

Slide 5 - Tekstslide

Bijvoeglijk naamwoord
Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord. Je beschrijft iets of iemand.
Het bijvoeglijk naamwoord plaats je voor het zelfstandig naamwoord.

I landed a profitable contract.

Slide 6 - Tekstslide

Bijvoeglijk naamwoord: uitzondering

Een gekke uitzondering vormen de zogenaamde koppelwerkwoorden. Dat zijn werkwoorden waarbij het bnw achter het ww komt. Het gaat altijd om to be of alle wwen die met je zintuigen te maken hebben (horen, zien, voelen, ruiken, proeven).

This fake fur feels realistic.



 

Slide 7 - Tekstslide

Bijwoord
Het bijwoord zegt iets over bijvoeglijke naamwoorden, bijwoorden of werkwoorden. Je omschrijft hoe of hoe sterk iets gebeurt.
Het bijwoord komt achter het ww of voor het bnw of bw.
She laughed raucously when she saw him.
We read about a very hungry caterpillar.


Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

I had a (vreselijk) day at work yesterday.

Slide 12 - Open vraag

When I was printing an (extreem) (belangrijk) document, I managed to jam up the printer.

Slide 13 - Open vraag

I could (nauwelijks) wait to get home.

Slide 14 - Open vraag

Maak hier een adverb van: pleasant - bad - good - near - strange - safe

Slide 15 - Open vraag

00:39
Heart attack =
A
Snoepjes
B
harde aanval
C
hartaanval
D
aorta die geknapt is

Slide 16 - Quizvraag

01:08
Cardiac arrest
A
Hartaanval
B
Hartstilstand
C
Blinde darm ontsteking
D
Bloeding in je hoofd

Slide 17 - Quizvraag

01:19
Medical assistance =
A
Medische assistentie
B
First aid/EHBO
C
Iemand die medisch is opgeleid erbij
D
Assistente om te bellen

Slide 18 - Quizvraag

01:30
The 4 P's
Listen carefully

Slide 19 - Tekstslide

01:50
Welke P klopt?
A
pain in the head
B
perfection
C
pain in the chest
D
pale skin

Slide 20 - Quizvraag

02:28
Wat zei hij net?
A
Voor de zekerheid bij de zelfde symptomen het behandelen als hartaanval
B
Altijd wachten op een dokter

Slide 21 - Quizvraag

02:50
"It is so important to give the medical services enough time to respond." Waarom?
A
Dan kan de persoon bijkomen tijdens het bellen.
B
Hoe eerder medische hulp, hoe beter.
C
Ze hebben het druk, dus je moet lang wachten aan de lijn.

Slide 22 - Quizvraag

03:09
"Ideally this will be on the floor with their back and knees supported." Welke positie zet je de patiënt?
A
Staande
B
Zittende
C
Stabiele zijligging

Slide 23 - Quizvraag

03:23
"checking their levels of response, breathing and pulse." Wat is pulse?
A
seintje
B
impulsie
C
polsslag

Slide 24 - Quizvraag

03:29
"If they do go unconscious remember your primary survey protocol."
A
Als ze onder water gaan moet je denken aan de eerste man.
B
Als ze bewusteloos raken, denk aan de eerste stappen (EHBO).
C
Als ze onderwater raken, denk dan aan het eerste onderzoek.

Slide 25 - Quizvraag

03:40
The four P's (heart attack)

Slide 26 - Woordweb

03:56
perspiration =
A
Benauwd
B
Transpiratie
C
Zweten
D
Zweven

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Link

Zelfstandig werken
Jullie maken zelf de opdrachten bij dit filmpje. (15 min)
NIET VERVERSEN OF AFSLUITEN
We bespreken het daarna klassikaal

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

More grammar exercises (adjectives and adverbs)

NU Engels boek 3/4
8.3 Emotions
Exercises: 3 + 4, grammar 32, extra grammar 32
Of 
Gram > grammar practice words > adjectives and adverbs

Slide 35 - Tekstslide