V2 - 35e les - 11 de febrero de 2021

VWO 2 - español
timer
0:30
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

VWO 2 - español
timer
0:30

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

¿Cuántos años tiene tu madre/tu padre? Een hele zin en schrijf het getal uit!
timer
1:00

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

En la clase de hoy:
La clase anterior
Los interrogativos
Los verbos regulares
Evaluación
Los deberes para la próxima clase

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke 'interrogativos' ken je al in het Spaans?
timer
1:30

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleep het Spaanse woord naar de juiste vertaling!  
wanneer?
waarom?
waar vandaan?
hoeveel
welke?
waar?
waarheen?
hoe?
wat?
wie?
¿Cuánto?
¿Cómo?
¿Qué?
¿Quién?
¿Cuándo?
¿Cuál?
¿Adónde?
¿Dónde?
¿De dónde?
¿Por qué?

Slide 5 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

      Vragende voornaamwoorden: apunta en tu cuaderno 
¿Qué?

Wat?
¿Quién (es)?
Wie?
¿Cómo?
Hoe?
¿Dónde?
Waar?
¿Cuándo?
Wanneer?
¿Cuál (es)?
Welk(e)?
¿A dónde?
Waarheen?
¿De dónde? 
Vanwaar?
¿Por qué?
Waarom?
¿Cuánto/a/os/as?
Hoeveel?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de  vraagwoorden naar de juiste zin.
¿... te llamas?
¿... años tienes?
¿... están mis llaves?
¿... es tu número de teléfono?
Cómo
Cuántos
Dónde
Cuál

Slide 7 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk vraagwoord past in deze zin?

¿ _____________ hermanos tienes?
A
Cómo
B
Qué
C
Cuántos
D
Dónde

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk vraagwoord past in deze zin?

¿ _____________ se llama tu mejor amigo?
A
Cómo
B
Qué
C
Cuánto
D
Dónde

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk vraagwoord past in deze zin?

¿ _____________ te llamas?
A
Cómo
B
Qué
C
Cuánto
D
Dónde

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk vraagwoord past in deze zin?

¿ _____________ está tu escuela? - En la Beethovenstraat.
A
Cómo
B
Qué
C
Cuánto
D
Dónde

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak de juiste combinaties: sleep het blauwe bolletje op rode!
vosotros
nosotros
elllos
yo
ustedes
él
usted
ella
zij
jij
ik
hij
u (meervoud)
zij (meervoud)
jullie
wij
u (enkelvoud)

Slide 12 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

PRONOMBRES PERSONALES - 
persoonlijke voornaamwoorden
In het Nederlands:
ik
jij
hij / zij / u
wij
jullie
zij
En:   u meervoud

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

VOY
VAS
VA
LAURA
YO
IK GA
JIJ GAAT
LAURA  GAAT

Slide 14 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf in het Spaans:
ik zoek, jij zoekt, hij zoekt

Slide 15 - Open vraag

buscar = zoeken
VWO 2 - español
timer
0:30

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SER = ZIJN
SOMOS
SOIS
SON
ELLOS
VOSOTROS
NOSOTROS

Slide 17 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

BUSCAR =  ZOEKEN
BUSCAMOS
BUSCÁIS
BUSCAN
ELLAS
VOSOTROS
NOSOTROS

Slide 18 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

ESTAR =  ZICH BEVINDEN
ESTAMOS
ESTÁIS
ESTÁN
ELLOS
VOSOTRAS
NOSOTROS

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

HABLAR =  PRATEN
HABLAMOS
HABLÁIS
HABLAN
LOS SEÑORES
VOSOTRAS
NOSOTROS

Slide 20 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

LLAMARSE =  HETEN
NOS LLAMAMOS
OS LLAMÁIS
SE LLAMAN
LOS CHICOS
VOSOTROS
NOSOTROS

Slide 21 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

VIVIR =  WONEN
VIVIMOS
VIVÍS
VIVEN
JUAN Y PEDRO
VOSOTROS
NOSOTROS

Slide 22 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

IR =  GAAN
VAMOS
VAÍS
VAN
LAURA Y ELENA
VOSOTROS
NOSOTROS

Slide 23 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf in het Spaans:
ik ben, jij woont, wij praten

Slide 24 - Open vraag

ser = zijn
vivir = wonen
hablar= praten
BUSCO
BUSCAS
BUSCA
BUSCÁIS
ÉLLA
YO
IK ZOEK
JIJ ZOEKT
HIJ ZOEKT
JULLIE ZOEKEN
VOSOTROS

Slide 25 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

VIVO
VIVES
VIVE
VIVEN
JUAN
YO
JUAN WOONT
IK WOON
JIJ WOONT
ELLOS
ZIJ WONEN

Slide 26 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

LLAMARSE =  HETEN
ME LLAMO
TE LLAMAS
SE LLAMA
NOS LLAMAMOS
EL CHICO
YO
NOSOTROS
DE JONGEN HEET
JIJ HEET
IK HEET
WIJ HETEN HEET

Slide 27 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

00:51
¿Cómo se llama su hermano?
¿Cuántos años tiene?

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

00:59
¿Qué lenguas habla Laura?
¿De dónde es la madre de la chica?

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

01:11
¿Cómo se llama el oso de peluche?

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

01:24
¿Cómo se llaman las dos amigas de Laura?

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

02:04
¿Cómo es tu casa?
En grupos de 2 explica:
¿Cómo te llamas?
¿Cuántos años tienes?
¿Cómo se llaman tus amigos/amigas?
¿Cómo es tu habitación? 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Los verbos regulares 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

VERBOS regulares
Op de volgende slides komen vragen
over de werkwoordsvervoegingen.

Weet je nog? 
er zijn 3 regelmatige vervoegingen:  
werkwoorden met infinitief op -ar, -er, - ir

Eerst krijg je een uitlegfilmpje, dan de vragen ...

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Video

Deze slide heeft geen instructies

yo
ella
nosotros
vosotros
ustedes
bailan
bailas
baila
bailamos
bailáis
bailo

Slide 36 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Weet jij de betekenis van deze Spaanse regelmatige werkwoorden? 
Zet de juiste bij elkaar.
comer
bailar
hablar
vivir
cantar
ir
vender
escuchar
escribir
compartir
beber
tocar
schrijven
gaan
dansen
drinken
praten
leven, wonen
luisteren
eten
instrument bespelen, aanraken
delen
zingen
verkopen

Slide 37 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

SOY
ERES
ES
ÉL
YO
IK BEN
JIJ BENT
HIJ IS

Slide 38 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

BUSCO
BUSCAS
BUSCA
ÉLLA
YO
IK ZOEK
JIJ ZOEKT
HIJ ZOEKT

Slide 39 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

ME LLAMO
TE LLAMAS
SE LLAMA
EL CHICO
YO
IK HEET
DE JONGEN HEET
JIJ HEET

Slide 40 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

VIVO
VIVES
VIVE
JUAN
YO
JUAN WOONT
IK WOON
JIJ WOONT

Slide 41 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies de juiste vervoeging:
Alberto _______________ en Madrid.
A
vivo
B
vives
C
vive
D
vivir

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

7

Slide 43 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:00
Mira el video
y contesta las preguntas

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

00:37
¿De dónde es la chica?

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kies de juiste vervoeging:
Mi padre no _______________ español.
A
hablar
B
habla
C
hablara
D
hablamos

Slide 46 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies de juiste vervoeging:
¿Vosotros _______________ tomates?
A
comer
B
come
C
comemos
D
coméis

Slide 47 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik ken de vragende voornaamwoorden goed in het Spaans
😒🙁😐🙂😃

Slide 48 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Ik kan de de regelmatige werkwoorden op AR ER en IR toepassen in het Spaans
😒🙁😐🙂😃

Slide 49 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Uit Unidad 1 & 2 moet ik hier nog aandacht aan besteden:

Slide 50 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies