Poezie: een struingedicht maken

Les Poëzie

Een gedicht maken
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les Poëzie

Een gedicht maken

Slide 1 - Tekstslide

Planning van deze les
  • Wat is poëzie?
  • Verschillende vormen van poëzie
  • Wat zijn kenmerken van poëzie?
  • Zelf schrijven!
  • (Enquête)

Slide 2 - Tekstslide

Wat is poëzie?
A
Iets wat je leest in de krant
B
Een verhaal in een boek
C
Een plaatje van een kat
D
Gedichten

Slide 3 - Quizvraag

Poëzie
of niet?

Slide 4 - Tekstslide

Was de vorige dia poëzie of nie(t)?
A
Ja
B
Nee
C
Ik heb hier een heel speciaal antwoord op.

Slide 5 - Quizvraag

Poëzie
of niet?

Slide 6 - Tekstslide

Is muziek poëzie?
A
Ja
B
Nee
C
soms
D
Geen idee!

Slide 7 - Quizvraag

Visuele poëzie 

Slide 8 - Tekstslide

 Ook dit is poëzie -  Stiftgedicht

Slide 9 - Tekstslide

 Ook dit is poëzie -  Elfje
Hoe ziet een elfje eruit?
Een elfje bestaat altijd uit 5 regels:
Op de eerste regel staat 1 woord.
Op de tweede regel staan 2 woorden.
Op de derde regel staan 3 woorden.
Op de vierde regel staan 4 woorden.
Op de vijfde regel staat weer 1 woord 
(die het gedicht samenvat).

Slide 10 - Tekstslide

 Ook dit is poëzie -  Haiku
Wat is een haiku?
Een haiku is een kort, niet-rijmend gedicht. 
De basis van een haiku is de zintuiglijke ervaring van de dichter. 
Een haiku bestaat vaak uit drie regels van 5, 7 en 5 lettergrepen. 

Slide 11 - Tekstslide

 Ook dit is poëzie -  Limerick
Wat is een limerick?
Een limerick is een kort gedicht dat bestaat uit 5 regels. 
Bij een limerick gebruik je (eind)rijm, dat ziet er zo uit: A - A - B - B - A. 
Elke A rijmt op de andere A, en elke B rijmt op de andere B.

In de eerste regel van een limerick wordt altijd een persoon 
of dier genoemd en eindigt altijd op een plaatsnaam. 

Slide 12 - Tekstslide

Vier kenmerken poëzie
1. een gedicht heeft een eigen uiterlijke vorm

2. in een gedicht spelen (rijm)klanken, maat en/of ritme een rol; 

3. een gedicht heeft een of meer versregels met een speciale (soms ongrammaticale) zinsbouw

4. in een gedicht wordt gespeeld met betekenissen van woorden.

Slide 13 - Tekstslide

Vorm

Ondanks dat we deze tekst niet kunnen lezen, zie je toch direct dat het een gedicht is. 
Hoe komt dat? 

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht: maak nu zelf een gedicht! 

Wat heb je nodig:
- tijdschriften  
- pen en papier
- schaar en lijm 

Schrijf minimaal 4 tot 6 regels (rijm of geen rijm)
Het mag ook een haiku, elfje of limerick zijn

Slide 15 - Tekstslide

Struingedicht
Pak een tijdschrift, sla willekeurig een pagina open, scan de tekst en schrijf het eerste woord op dat je opvalt. Je mag de woorden ook knippen of scheuren. Herhaal dit tot je genoeg woorden gevonden hebt. 




Slide 16 - Tekstslide

Struingedicht
Nu komt het leukste! 
Leg de verzamelde woorden voor je neer en schuif net zolang tot 'het' op z'n plek valt. Je zult merken dat je de woorden in gedachten aanvult met eigen woorden om er zinnen van te maken.
Zodra je merkt dat er zinnen in je hoofd ontstaan, schrijf je ze op. 

Maak je nog geen zorgen over rijm of over stijl. Censureer jezelf niet!



Slide 17 - Tekstslide

Struingedicht
Kies de zinnen die je mooi vindt en zet ze bij elkaar. Voeg eventueel nog meer woorden toe om de zinnen aan te passen.

Zijn er woorden waar je achteraf niks mee kunt? Schrap ze en zoek gerust een paar nieuwe woorden.

Blijf op deze manier schuiven, associëren, schrijven, schrappen en weer schrijven, net zo lang tot je gedicht af is.

Slide 18 - Tekstslide

Laat je je gedicht zien?
Hebben we nog tijd? Dan kunnen we een paar gedichten lezen. 

Geef elkaar een compliment over het gedicht.


Bedankt voor jullie aandacht! 

Slide 19 - Tekstslide