l'adjectif qualificatif

Mardi le 31 mai 2022
3Hc, cours 2 
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Mardi le 31 mai 2022
3Hc, cours 2 

Slide 1 - Tekstslide

Aujourd'hui 
- Corriger ex. 27
- Bron I 
- Faire des exercices 

Slide 2 - Tekstslide

Bron I - l'adjectif qualificatif 
De vorm van het bijvoeglijk naamwoord hangt af van het zelfstandig naamwoord. 

EV
MV
Man
-
s
Vrouw
e
es

Slide 3 - Tekstslide

Bron I - l'adjectif qualificatif
- Sommige bijvoeglijk naamwoorden hebben een onregelmatige vorm: 

Man ev. 
Man mv. 
Vrouw ev.
Vrouw mv.
Vertaling
bon
bons
bonne
bonnes
on - onne
goed, lekker
canadien
canadiens
canadienne
canadiennes
en - enne
Canadees
ennuyeux
ennuyeux
ennuyeuse
ennuyeuses
eux - euse
saai/vervelend
sportif
sportifs
sportive
sportives
f - ve
sportief
cher
chers
chère
chères
er - ère
duur/beste

Slide 4 - Tekstslide

Plaats van het bijvoeglijk naamwoord 
- In principe komt het bijvoeglijk naamwoord achter het zelfstandig naamwoord. De volgende bijvoeglijk naamwoorden komen ervoor. 
- jeune - joli(e) - beau/belle - vieux/vieille - petit(e) - gros(se) - bon(ne) - mauvais(e) - nouveau/nouvelle - grand(e) - long(ue) - haut(e)

Slide 5 - Tekstslide

Ma cousine est une (grand) fan de Stromae.

Slide 6 - Open vraag

Elle sait presque tout sur ce chanteur (belge).

Slide 7 - Open vraag

Hier, il a donné un concert (incroyable).

Slide 8 - Open vraag

Il a joué dans une (petit) salle à Nantes.

Slide 9 - Open vraag

Tous les spectateurs étaient (enthousiaste).

Slide 10 - Open vraag

Ma cousine était très (content).

Slide 11 - Open vraag

Faire des exercices 
- Faites les exercices 31cde + 32ab
- Travaillez avec ton/ta voisin(e)
- 15 minutes
- Fini? Apprendre le vocabulaire H

Slide 12 - Tekstslide