SPA 2A 2021-09-30 WOE

OBJETIVOS (DOELEN)
Na deze les...

1. ...beheers ik de werkwoorden poder, saber, salir, volver en encontrar (U6)
2. ...beheers ik ook de werkwoorden querer en preferir  (U5)
3. ...ken ik meer werkwoorden die gaan zoals querer en poder

1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

OBJETIVOS (DOELEN)
Na deze les...

1. ...beheers ik de werkwoorden poder, saber, salir, volver en encontrar (U6)
2. ...beheers ik ook de werkwoorden querer en preferir  (U5)
3. ...ken ik meer werkwoorden die gaan zoals querer en poder

Slide 1 - Tekstslide

¿Qué tal los deberes?
- LE p. 48/49 ej. 5, 7, 8a, 9 
- LT p. 200

Slide 2 - Tekstslide

Repaso: verbos
e > ie: querer, preferir
o > ue: poder, volver, encontrar
onregelmatige ik-vorm: saber, salir

En wat betekenen deze werkwoorden?

Slide 3 - Tekstslide

LT p. 75(1): Je wil zeggen dat Elena niet kan lezen in het donker. Gebruik je 'no sabe' of 'no puede'?

Slide 4 - Open vraag

LT p. 75(2): Je wil zeggen dat Elena erg mooi kan zingen. Gebruik je 'sabe' of 'puede'?

Slide 5 - Open vraag

LT p. 75(6): Je wil zeggen dat jouw papegaai alleen het woord 'hola' kent en dus niets anders kan zeggen. Gebruik je 'no sabe' of 'no puede'?

Slide 6 - Open vraag

LT p. 75(2): Je wil zeggen dat Elena niet kan zingen, omdat ze verkouden is en keelpijn heeft. Gebruik je 'no sabe' of 'no puede'?

Slide 7 - Open vraag

Haced LT p. 75 ej. 7b
También traduce las frases. 
En 6-8 minutos, corregirmos.

Slide 8 - Tekstslide

Verbos como querer (e>ie)

pensar (denken)

cerrar (dichtdoen)

empezar (beginnen)

+preferir
Verbos como poder (o>ue)

dormir (slapen)

contar (vertellen/tellen)

recordar (herinneren)

+volver, encontrar

Slide 9 - Tekstslide

Escucha el texto y elige el resumen correcto

LT p. 73 (rosa, amarillo o naranja)

Slide 10 - Tekstslide

Deberes
- estudiad: LT p. 201

- haced: LT p. 76 ej. 12

Voor opdracht 12 werk je in tweetallen. Bedenk een gesprekje:
El padre de Clara: ...
Clara: ....
El padre de Clara: ...     enzovoort

Slide 11 - Tekstslide