Unit 3 Lesson 10

Welkom T1
Fijn dat je er bent! Om goed met de les te beginnen leg je gelijk je boeken, plenda en pen op tafel. 
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom T1
Fijn dat je er bent! Om goed met de les te beginnen leg je gelijk je boeken, plenda en pen op tafel. 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Todays goals:
1. Speaking practise: Spin the wheel
2. Practise with giving your opinion.
2. Present Simple + Present Continuous refresher
3. Zelfstandig werken Blink online

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Giving your opinion, practise
Give your opinion about the video's. I'll show you the video then you get around 5 min to write down 4 sentences about the video. Use the sentences given in your workbook (page 84-87, 93, 102)

Zachtjes overleggen, stemgeluid is niet storend 
voor een ander!

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig werken Wired
Inloggen SOM > Leermiddelen > Link Engels > Unit 3 Youtube > Opdrachten die blauw openstaan één voor één afmaken.

Zelfstandig en in rust werken. Klaar? oefen de grammatica 
met de GrammarApp.

Huiswerk. Dus niet af, zelf thuis afmaken!

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Refresher Present Simple
When do we use it?
How do make it?
Ezelsbruggetje?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present Simple t.t.



Je gebruikt de Present Simple bij:

Als iets altijd, nooit, regelmatig of een feit is. 

Signaalwoorden:
Always, usually, never, every, etc. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Shit-regel 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present simple
He never ..... (to call)his mum.
A
call
B
calls

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Present simple
It ....... (to start) in 10 minutes.
A
start
B
starts

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Present simple
We often ........... (to talk) about or holiday.
A
talk
B
talks

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Refresher Present Continuous
When do we use it?
How do you make it?
Ezelsbruggetje?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

present continuous
The present continuous tells us what's happening NOW - AT THE MOMENT - THIS EVENING / THIS WEEK / THIS SUMMER.
You use a form of to BE (am - is -are) + verb + ing.
Example: You are reading this slide now.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present Continuous:
Welke zin staat in the present continuous?
A
He was working late.
B
He is working late.
C
He are working late.
D
He works late.

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Present continuous:
Welke zin is correct in the present continuous?
A
We are eating lunch at the cafeteria.
B
They is eating lunch at the cafeteria before.
C
She eats lunch at the cafeteria.
D
He is eats lunch at the cafeteria.

Slide 14 - Quizvraag

Present continuous
1. aan te geven dat iets NU aan de gang is. Signaalwoorden zijn o.a: "now, at the moment, listen..." enz.
2. aan te geven dat je iets van plan bent. Meestal staat er bij wanneer je in de toekomst dat van plan bent.
3. irritatie aan te geven
Maak de present continuous door: vorm van 'to be' (am/is/are) + ww+ ing
Susanne is singing right now
Present Continuous:
Pick the present continuous.
A
I am going to be waiting at the crossroads.
B
I was waiting at the crossroads.
C
I am waiting at the crossroads.
D
I will be waiting at the crossroads.

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Present Continuous:

Welke zin staat in de Present Continuous?
A
David takes a shower at the moment.
B
David is taking a shower at the moment.
C
David are taking a shower at the moment.
D
David took a shower at the moment.

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig werken Wired
Inloggen SOM > Leermiddelen > Link Engels > Unit 3 Youtube > Opdrachten die blauw openstaan één voor één afmaken.

Zelfstandig en in rust werken. Klaar? oefen de grammatica 
met de GrammarApp.

Huiswerk. Dus niet af, zelf thuis afmaken!

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies