6.1 Alkanen en Alkenen

6.1 Alkanen/alkenen
  • Je leert koolwaterstoffen herkennen en indelen op basis van hun structuur.
  • Je leert wat isomeren zijn.
  • Je leert namen van alkanen en alkenen en de bijbehorende structuurformules.
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 16 min

Onderdelen in deze les

6.1 Alkanen/alkenen
  • Je leert koolwaterstoffen herkennen en indelen op basis van hun structuur.
  • Je leert wat isomeren zijn.
  • Je leert namen van alkanen en alkenen en de bijbehorende structuurformules.

Slide 1 - Tekstslide

Organische chemie
Koolstofchemie

Slide 2 - Tekstslide

koolwaterstoffen
Simpele moleculen, bevatten alleen koolstof en waterstof

kraken van aardolie --> alkanen/alkenen

Slide 3 - Tekstslide

Verzadigde en onverzadigde koolwaterstofmoleculen
Verzadigde koolwaterstofmoleculen zitten vol met waterstof en er komen daardoor alleen maar enkele bindingen tussen c-atomen voor
Bij onverzadigde koolwaterstofmoleculen komen er een of meer dubbele bindingen tussen C-atomen voor.

Slide 4 - Tekstslide


A
verzadigd
B
onverzadigd

Slide 5 - Quizvraag

Vertakt en onvertakte koolwaterstofmoleculen
In een onvertakt koolwaterstofmolecuul is elk C-atoom met maximaal 2 andere C-atomen verbonden.


In een vertakt koolwaterstofmolecuul is er minstens één C-atoom dat met drie of vier andere C-atomen is verbonden

Slide 6 - Tekstslide


A
verzadigd/vertakt
B
verzadigd/onvertakt
C
onverzadigd/vertakt
D
onverzadigd/onvertakt

Slide 7 - Quizvraag

Is dit molecuul vertakt/onvertakt en verzadigd/onverzadigd?
A
Vertakt, verzadigd
B
Vertakt, onverzadigd
C
Onvertakt, verzadigd
D
Onvertakt, onverzadigd

Slide 8 - Quizvraag

Alkanen:

  • Altijd verzadigd: geen dubbele binding
  • Algemene formule: CnH2n+2
  • bv: propaan C3H8

Alkenen:

  • Altijd onverzadigd: een dubbele binding
  • Algemene formule:    CnH2n
  • bv: propeen

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

wat is de naam van deze stof?

Slide 12 - Open vraag

isomeren
soms heeft een stof dezelfde structuur formule, maar tekenen we hem anders. C5H10, kent bijvoorbeeld 2 isomeren:




deze stoffen kunnen heel anders reageren

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

systematische naamgeving
Om stoffen van elkaar te kunnen onderscheiden geven we ze hun systematische naam. Hiervoor gebruiken we de regels van 
Interational union of pure and applied chemistry

Deze moeten bijvoorbeeld ook de namen van nieuwe elementen goedkeuren

Slide 15 - Tekstslide

naamgeving alkenen
Het is dus belangrijk om aan te geven wáár de dubbele binding in een alkeen zich bevindt.




Je geeft dus met een nummer aan op welke plek de binding zit

Slide 16 - Tekstslide

let op!
Je geeft de dubbele binding altijd een zo laag mogelijk nummer, je begint dus met tellen aan de kant van de binding.




Dit is dus: But-1-een

Slide 17 - Tekstslide

geef de systematische naam

Slide 18 - Open vraag

uitwerking
hoofdketen: 
3 C-atomen = propeen
plek binding = 1
dus,
prop-1-een

Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag!
optioneel:
Vertakt/onvertakt/verzadigd/onverzadigd --> opgave 3
iedereen:
alkanen/alkenen --> 8 en 9 
naamgeving --> 11 en 12

volgende week: naamgeving vertakte alkanen/alkenen

Slide 20 - Tekstslide