5.1 Hellingspercentage

10.2 sin, cos en tang
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

10.2 sin, cos en tang

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik begrijp wat een hellingspercentage inhoudt
  • Ik kan een hellingspercentage berekenen
  • Ik kan met een hellingshoek omrekenen naar een hellingspercentage

Slide 2 - Tekstslide

Theorie A

Slide 3 - Tekstslide

Voorbeeld

Slide 4 - Tekstslide

Martijn fiets tegen de helling op. Wat is het hoogteverschil van de helling?
A
4000 m
B
325 m

Slide 5 - Quizvraag

Martijn fiets tegen de helling op. Hoeveel meter is de horizontale afstand?
A
4000 m
B
325 m

Slide 6 - Quizvraag

Martijn fiets tegen de helling op. Bereken het hellingspercentage
A
12%
B
0,08%
C
8%

Slide 7 - Quizvraag

Jans fiets tegen een helling op. Wat is het hellingsgetal van deze helling?
A
6%
B
7%
C
8%
D
9%

Slide 8 - Quizvraag

Theorie B

Slide 9 - Tekstslide

Voorbeeld 

Slide 10 - Tekstslide

Welk hellingspercentage hoort bij een hoek van
10°
A
10%
B
0,18%
C
1,8%
D
18%

Slide 11 - Quizvraag

Aan het werk!

Paragraaf 5.1 opdracht 3,6,7,8,10,11,14,15,16

Nog een filmpje bekijken met uitleg? Zie volgende dia.

Slide 12 - Tekstslide

Hellingspercentage
Bereken het hellingspercentage

a:                                                                                            b:                     
                                                                                                Bij een hellingshoek van 9o

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Tangens berekenen

Slide 15 - Tekstslide

Als je de tangens van hoek D moet berekenen, welke zijdes moet je dan door elkaar delen?
A
EF : DE
B
DE : EF
C
EF : DF
D
DF : DE

Slide 16 - Quizvraag

We gaan hoek C berekenen.
Welke berekening doen we om
de tangens van hoek C te berekenen?
A
BC:AB
B
AB:BC
C
BC:AC
D
AC:BC

Slide 17 - Quizvraag

De juiste formule voor het berekenen van hoeken met de Tangens is...
A
Overstaand/Aanliggend
B
Overstaand x Aanliggend
C
Aanliggend/Overstaand
D
Aanliggend - Overstaand

Slide 18 - Quizvraag

Als je de tangens van
hoek M wilt berekenen moet je dan KL delen
door LM?
A
Ja
B
Nee

Slide 19 - Quizvraag

2. §10.3: Hoeken berekenen met sinus, cosinus, tangens 


Om een hoek te berekenen heb je dit stappenplan nodig:
1. kies cos / sin / tan
2. vul de verhouding in 
3. vul het in je rekenmachine in 
4. rond je antwoord af 

Slide 20 - Tekstslide

Om op je rekenmachine een hoek met tangens te berekenen gebruik ik:
A
Tan
B
Tan1

Slide 21 - Quizvraag

Wat is de tangens?
A
5:11
B
11:5
C
hoek M
D
hoek P

Slide 22 - Quizvraag

Vul de formule voor de tangens in, wanneer je hoek A zou willen berekenen.
A
tanA=BCAB
B
tanA=ACBC
C
tanA=ACAB
D
tanA=ABBC

Slide 23 - Quizvraag

Gebruik je sinus, cosinus of tangens om hoek A te berekenen?
A
Sinus
B
Cosinus
C
Tangens

Slide 24 - Quizvraag

Gebruik je sinus, cosinus of tangens om hoek L te berekenen?
A
Sinus
B
Cosinus
C
Tangens

Slide 25 - Quizvraag

Gebruiken we sinus, cosinus of tangens om hoek A te berekenen?
A
sin
B
cos
C
tan

Slide 26 - Quizvraag