NT2, Les 2

Wat doen we in deze les?
  • We bespreken het huiswerk.
  • We gaan een quiz spelen. 
-> Zo werken we aan jullie vaktaal.
  • We gaan naar een filmpje kijken van meneer Bijsterbosch.
-> Daarna gaan jullie in groepjes overleggen.
  • Na het overleg gaan we spreken oefenen.
-> Jullie gaan vertellen wat meneer Bijsterbosch gedaan heeft.
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2MBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Wat doen we in deze les?
  • We bespreken het huiswerk.
  • We gaan een quiz spelen. 
-> Zo werken we aan jullie vaktaal.
  • We gaan naar een filmpje kijken van meneer Bijsterbosch.
-> Daarna gaan jullie in groepjes overleggen.
  • Na het overleg gaan we spreken oefenen.
-> Jullie gaan vertellen wat meneer Bijsterbosch gedaan heeft.

Slide 1 - Tekstslide

Waarom huiswerk?
-> Wij willen van jullie weten welke woorden jullie moeilijk vinden. 
-> Geen woorden, geen woordenboek!
-> Wij willen kunnen zien op papier of jullie ook iets leren van onze lessen.

Slide 2 - Tekstslide

Wat betekent 'een interpretatie'?
A
Een brief van de belastingen.
B
Een persoonlijke uitleg van iets wat je ziet, leest of hoort.
C
Een boormachine

Slide 3 - Quizvraag

Wat is een 'autospuiter'?
A
Een verfspuit.
B
De persoon die de auto lakt.
C
Een auto die spuit.

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een 'Pictogram'?
A
Een dier
B
Een weegschaal
C

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een 'expansievat'?
A
Het is ook bekend als een drukvat. Het vangt de drukverschillen op in de ketel.
B
Het warmt het water in de ketel op.
C
Het koelt het water in de ketel af.

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

Wat betekent 'stroom' in jullie vak?
A
Een waterval
B
Een ander woord voor elektriciteit
C
Water uit de kraan

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een 'ondernemer'?
A
Iemand die alles neemt.
B
Iemand die graag loopt.
C
Iemand die zijn eigen bedrijf heeft, zoals jullie baas.

Slide 9 - Quizvraag

Wat is een 'circulatiepomp'?
A
Daarmee pomp je een fietsband op.
B
Dat is de warmwaterketel.
C
Pompt opgewarmd water van ketel naar radiatoren en het afgekoelde water terug naar de ketel.

Slide 10 - Quizvraag

Wat betekent 'volt / voltage'?
A
Dat is een automerk.
B
Dat is weerstand.
C
Dat is de elektrische spanning.

Slide 11 - Quizvraag

Wat is een 'accu'?
A
Apparaat dat elektrische stroom bewaart. Wordt ook wel een batterij genoemd.
B
De meterkast.
C
Een waterpomp.

Slide 12 - Quizvraag

Wat is een 'automatische ontluchter' in een cv ketel?
A
Laat de lucht uit cv waterleidingen ontsnappen.
B
Laat de lucht uit het expansievat ontsnappen.
C
Laat de lucht uit de gasleiding ontsnappen.

Slide 13 - Quizvraag

OPDRACHT
  1.  We bekijken samen het eerste filmpje!
  2. Daarna gaan we in groepjes werken. Bespreek in je groepje wat je gezien hebt en beantwoordt de vragen van meneer Bijsterbosch.
  3. Schrijf de oplossing op.
  4. De voorzitter van ieder groepje vertelt ons wat het antwoord is. 
  5. Daarna kijken we samen naar de oplossing.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Aan de slag!
  1. Wat heeft hij gedaan?
  2. Waarmee heeft hij het gedaan?
  3. En hoe heeft hij het gedaan? 

-> Verdeel in 3 groepjes.
-> Bespreek de antwoorden met elkaar.
-> De voorzitters schrijven jullie antwoorden op.
-> De voorzitters vertellen ons wat jullie antwoorden zijn.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Even herhalen
Hij heeft:
Een 15 mm koperbuis afgesneden 
met een snijmes, en daarna 
ontbraamd met een ontbramer.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Daar zijn we weer met huiswerk!
Mail mij 3 moeilijke woorden uit je vaktheorie! Dan maak ik een nieuwe quiz.
ccatherin@deltion.nl

Tot volgende week!

Slide 21 - Tekstslide