1ha chapitre 5 - source H (het bijvoeglijk naamwoord)

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Weektaak
Leren: Chap5 Vocabulaire F

Herhalen:  Vocabulaire A / B
                 Het bezittelijk vnw (155)
                 Voltooid deelwoord (43)
                 Être (158)
                 Avoir (158)


timer
5:00

Slide 2 - Tekstslide

Français en classe (Frans in de les)
  • Tu es en quelle classe?
  • Tu aimes la viande / les légumes / le fromage ?
  • Quelle heure est-il ?
  • Tu as quelles matières le lundi?
  • Quelle est ta matière préférée ?
  • Qui est ton prof de biologie / maths ?
  • Tu as passé un bon weekend ?
  • C'est quand ton anniversaire ?


timer
3:00

Slide 3 - Tekstslide

Lève-toi si ........
  • Tu es un petit- garçon
  • Tu es une petite fille
  • Tu as les cheveux blonds
  • Tu aimes les grandes pizzas


Regarde à la page 36



timer
3:00

Slide 4 - Tekstslide

Kies het goede bijvoeglijk naamwoord.

La piscine est ....
A
bleu
B
bleue
C
bleus
D
bleues

Slide 5 - Quizvraag

La piscine est bleue

Slide 6 - Tekstslide

Kies het goede bijvoeglijk naamwoord.

Les lunettes sont ....
A
noir
B
noire
C
noirs
D
noires

Slide 7 - Quizvraag

Les lunettes sont noires

Slide 8 - Tekstslide

Kies het goede bijvoeglijk naamwoord.

C'est un T-shirt ....
A
vert
B
verte
C
verts
D
vertes

Slide 9 - Quizvraag

C'est un T-shirt vert-

Slide 10 - Tekstslide

Kies het goede bijvoeglijk naamwoord.

Ma copine est....
A
petit
B
petite
C
petits
D
petites

Slide 11 - Quizvraag

Ma copine est petite

Slide 12 - Tekstslide

Kies het goede bijvoeglijk naamwoord.

Le sac à dos est ....
A
vert
B
verte
C
verts
D
vertes

Slide 13 - Quizvraag

Le sac à dos est vert-

Slide 14 - Tekstslide

Kies het goede bijvoeglijk naamwoord.

Mes amis sont ....
A
grand
B
grande
C
grands
D
grandes

Slide 15 - Quizvraag

Mes amis sont grands

Slide 16 - Tekstslide

Hoeveel had je goed?
1
2
3
4
5
6
niks

Slide 17 - Poll

5/6 Goed?
Maken: 30e, 31abcd
Klaar = Quizlet
3/4 Goed?
Maken: 30abe, 31abcd
Klaar = Quizlet
0/1/2 Goed?
Langere instructie van de docent.

Maken: 4abc blz. 127/128
Klaar = Quizlet

Slide 18 - Tekstslide

5/6 Goed?
3/4 Goed?
Formative


Klaar = Quizlet
0/1/2 Goed?
Langere instructie van de docent.

Maken: 4abc blz. 127/128
Klaar = Quizlet

Slide 19 - Tekstslide