Oefentoets K5

Oefentoets

K5 Lektion 4 bis 6

1 / 45

Slide 1: Tekstslide

DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Oefentoets

K5 Lektion 4 bis 6

Slide 1 - Tekstslide

... Mann heißt Leon. (De)

Slide 2 - Open vraag

Wir werden bei ... Eltern schlafen. (jouw)

Slide 3 - Open vraag

Ihr habt ihm ... Geschenk (o) gegeben. (een)

Slide 4 - Open vraag

Kannst du ... Freundin einen Apfel geben? (jouw)

Slide 5 - Open vraag

Das beste Schnitzel macht ... Oma. (mijn)

Slide 6 - Open vraag

Ich habe es ... erzählt. (hij)

Slide 7 - Open vraag

Wir werden das mit ... machen. (u)

Slide 8 - Open vraag

Wir spielen morgen gegen ... (jullie)

Slide 9 - Open vraag

Wann habt ... Geschichte. (jullie)

Slide 10 - Open vraag

Sie hat das Buch für ... gekauft. (ik)

Slide 11 - Open vraag

aufhören

proben

aufwachsen

versuchen

oefenen, repeteren

proberen

opgroeien

stoppen, ophouden

Slide 12 - Sleepvraag

die Art

Slide 13 - Open vraag

deshalb

Slide 14 - Open vraag

ebenfalls

Slide 15 - Open vraag

ständig

Slide 16 - Open vraag

stolz

Slide 17 - Open vraag

das Thema

Slide 18 - Open vraag

der Kopf

Slide 19 - Open vraag

das Herz

Slide 20 - Open vraag

blöd

klar

günstig

schade

duidelijk

jammer

voordelig, goedkoop

stom

Slide 21 - Sleepvraag

die Miete

Slide 22 - Open vraag

die Sehenswürdigkeit

Slide 23 - Open vraag

wenn

Slide 24 - Open vraag

das Gebäude

Slide 25 - Open vraag

passieren

Slide 26 - Open vraag

die Kirche

Slide 27 - Open vraag

jemand

Slide 28 - Open vraag

in der Nähe

Slide 29 - Open vraag

uitslapen

Slide 30 - Open vraag

naar de bioscoop gaan

Slide 31 - Open vraag

tv-kijken

Slide 32 - Open vraag

met vrienden afspreken, vrienden ontmoeten

Slide 33 - Open vraag

telefoneren

Slide 34 - Open vraag

de badkamer

Slide 35 - Open vraag

de woonkamer

Slide 36 - Open vraag

de hal

Slide 37 - Open vraag

de keuken

Slide 38 - Open vraag

de wc

Slide 39 - Open vraag

Wat doe je in je vrije tijd?
Freizeit? - machst - in - du - Was - deiner

Slide 40 - Open vraag

Naar welke soort muziek luister je graag?
Musik - du - Welche - hörst - gern? - Art

Slide 41 - Open vraag

Ik ga graag uit.
gern - Ich - aus. - gehe

Slide 42 - Open vraag

We wonen in een grote stad.
Großstadt. - wohnen - einer - Wir - in

Slide 43 - Open vraag

Op de begane grond is een logeerkamer.
Erdgeschoss - Gästezimmer. - ist - Im - ein

Slide 44 - Open vraag

Het appartement is op de eerste verdieping.
Wohnung - ersten - Die - im - Stock. - ist

Slide 45 - Open vraag