Past Simple

• Engels
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Welcome!

Don't forget to open the 'Live chatten' Google Doc so your teachers can help you while you work!

Today's goal

At the end of the lesson you know how to form and use the past simple in positive sentences.

Agenda

Unit 5: Lesson 4, pagina 194

Exercises 8 to 13

Fill in the answers in your digital book after going through the explanation

In de vorige lessen hebben we de present simple (altijd, vaak of nooit) en de present continuous (aan het doen zijn) geleerd.

Vandaag komt er een nieuwe tijd bij: de past simple.

Wanneer gebruik je de past simple?

Je gebruikt de past simple als iets in het verleden gebeurd is en afgelopen is. 

In het Nederlands: De verleden tijd

Signaalwoorden om de verleden tijd te herkennen:
Last year, yesterday, in 2019, an hour ago

Examples

- I talk everyday -> Present simple
- I talked to my sister yesterday -> Past simple

- I always finish my homework before I go play -> Present simple

- I finished my homework an hour ago -> Past simple

Hoe maak je deze tijd?

De past simple heeft iets bijzonders: Er zijn twee verschillende sets regels. Een voor normale werkwoorden en een voor werkwoorden die de normale regels niet volgen. (onregelmatige werkwoorden) 

In de eerste klas behandelen we alleen de normale werkwoorden. Volgend jaar komen daar de onregelmatige werkwoorden bij. Let goed op, want we bouwen hier volgend jaar op verder.

Zoals jullie al geleerd hebben zijn er drie soorten zinnen:
+ (positief), - (negatief) en ? (vraagzin)

In deze les behandelen we alleen de + zinnen, volgende week komen 

de - en de ? erbij.

Let op: Voor de - en ? tijden heb je een ander trucje nodig, deze leren jullie volgende week.

De regels

De basis: WW + -ed, voor alle vormen (I, you, he, she, it, we, you, they)

She walked to school yesterday.

My sister liked tennis when she was young.

My best friend wanted a dog five years ago.


Maar..

Uitzonderingen in spelling

Eindigt het WW op een -e?
Dan: Alleen -d
I danced with him yesterday.

Eindigt het WW op een medeklinker + y? 
Dan: Word de y een i + -ed
She cried after her boyfriend broke up with her earlier.

Eindigt het WW op een klinker + -y?
Dan: Komt er gewoon -ed achter
She played football with me yesterday.

Eindigt het WW op een klinker en een medeklinker? (Behalve bij een w, x of y)
Dan: Verdubbelt de laatste letter in de past simple voordat je -ed toevoegt.

He admitted that he lied.

Eindigt het WW op een klinker + l?
Dan: Verdubbelt de laatste letter in de past simple voordat je -ed toevoegt.

We travelled to Japan two months ago.

Aan de slag!

In de volgende dia's krijg je een werkwoord, waarbij je de juiste spelling van de verleden tijd moet kiezen.

Daarna krijg je open vragen waar je zelf het werkwoord (in haakjes) in moet vullen.

play

1. playyed
2. plaied
3. played

marry

1. married
2. marryed
3. marred

train

1. trained
2. trainned
3. traind

breathe

1. breathied
2. breathed
3. breathhed

trap

1. traped
2. trapied
3. trapped

I ... (walk) to school two months ago.

Elias ... (bake) a cake yesterday.

My dog ... (behave) very well.

My brother ... (skip) school a lot as he was in high school.

Thomas ... (try) to dance.

My parents ... (travel) to Africa last year.

We ... (boil) the meat.

Agenda

Unit 5: Lesson 4, pagina 194

Exercises 8 to 13

Fill in the answers in your digital book after going through the explanation

In the morning I ... (brush) my teeth.

Yesterday, I ... (walk) to the store.

Boekopdrachten

Maak in je digitale boeken Van Unit 5, Lesson 4 

exercises 8 t/m 10

Als laatste opdracht voor vandaag moeten jullie zelf zinnen maken. Deze moet je achter je naam zetten in de Google Doc. 

Kies uit deze werkwoorden 

(je moet ze nog wel in het verleden zetten): 

brush, call, borrow, clean, shower, play, talk

Today's goal

At the end of the lesson you know how to form and use the past simple in positive sentences.