Grammar - Unit 3 Game Worlds

Grammar
- Onspecifieke hoeveelheden
- Gebiedende wijs
- Reflexive pronouns
- Bijwoorden
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Grammar
- Onspecifieke hoeveelheden
- Gebiedende wijs
- Reflexive pronouns
- Bijwoorden

Slide 1 - Tekstslide

Some, any, a lot of/lots of:
Some - Bij bevestigende zinnen óf vragen waar we verwachten dat het antwoord ja is.
Vb: I bought some new socks. - Can I please have some butter?
Any - Bij ontkennende zinnen óf vragen waarbij het antwoord niet (vrijwel) zeker is.
Vb: There aren't any cookies left. - Do you have any milk?
A lot of/lots of - Kun je in alle overige zinnen gebruiken om aan te geven dat er veel van iets is.
Vb: There are lots of cows in India. - Matt Stonie can eat a lot of food!

Some, any, a lot of worden altijd gevolgd door een meervoudsvorm. Let op: Sommige woorden hebben een uitzondering als meervoudsvorm. --> One moose, two moose

Slide 2 - Tekstslide

Should, must, have to
Should - Als iemand een mening geeft
Vb: (+) You should do your home work. - (-) You shouldn't drink and drive.
Must - Als iets (wettelijk) verplicht is
Vb: (+) You must wear a seat belt at all times! - (-) You mustn't go to the forbidden library Harry!
Have to - Alle andere gevallen
Vb: (+) If you have COVID you have to stay home.
(+) You have to brush your teeth if you want to avoid cavities.

Als er een werkwoord na should/must of have to komt is het altijd de infinitief (het hele werkwoord.) 

Slide 3 - Tekstslide

Adverbs
Adverbs zeggen iets over een werkwoord. Ze geven aan hoe, wat of wanneer. 
De meeste adverbs eindigen op -y.
Voorbeelden:
Quick - Quickly,
Slow - Slowly,
Poor - Poorly,
Strong - Strongly,
Uitzonderingen:
Fast - fast
Good - well
Hard - hard 

Slide 4 - Tekstslide

Wederkerende voornaamwoorden

Slide 5 - Tekstslide

Are there ...... cookies left?
A
some
B
any

Slide 6 - Quizvraag

Can I have ..... tea please?
A
some
B
any

Slide 7 - Quizvraag

I have .... spare change in my pocket.
A
some
B
any

Slide 8 - Quizvraag

He collects Pokémon cards he has .... of them.
A
some
B
any
C
a lot of

Slide 9 - Quizvraag

The law says you ..... wear a helmet on a motorcycle.
A
should
B
must
C
have to

Slide 10 - Quizvraag

My mom said I .... clean my room.
A
must
B
have to

Slide 11 - Quizvraag

I think you ..... talk to your grandma more.
A
should
B
must
C
have to

Slide 12 - Quizvraag

You .... not smoke on an aeroplane.
A
must
B
should
C
have to

Slide 13 - Quizvraag

You're here already? You arrived so ....
A
quickly
B
fastly

Slide 14 - Quizvraag

He shouted .... when he hit his toe.
A
loudly
B
quickly
C
awfully
D
poorly

Slide 15 - Quizvraag

You've done ..... today.

A
good
B
well

Slide 16 - Quizvraag

I hurt .... today.
A
myself
B
herself
C
himself
D
themselves

Slide 17 - Quizvraag

Congratulations, you played ....
A
himself
B
yourself
C
themselves

Slide 18 - Quizvraag