Eigen regie en zelfredzaamheid 2

Eigen regie en zelfredzaamheid 2e bijeenkomst
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 2,3

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 180 min

Onderdelen in deze les

Eigen regie en zelfredzaamheid 2e bijeenkomst

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

welke onderwerpen zijn er vorige week aan bod gekomen?

Slide 3 - Open vraag

8 domeinen van schalock
Zelfredzaamheidmatrix
draagkracht---draaglast
zelfredzaamheidsradar
kwaliteit van leven

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is mantelzorg?



Wie heeft er al mee te maken?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mantelzorg
Mantelzorg is de zorg voor chronisch zieken, gehandicapten en hulpbehoevenden door naasten: familieleden, vrienden, kennissen en buren. 
Kenmerkend is de reeds bestaande persoonlijke band tussen de mantelzorger en zijn of haar naaste. Daarnaast gaat het om langdurige zorg die onbetaald is​

Mantelzorgers worden vaak overvraagd, met name jonge mantelzorgers​
Een kwart van de jongeren (16-24 jaar) zorgt voor een zieke naaste. 70% van de jonge mantelzorgers komt op latere leeftijd bij de GGZ terecht.​

-> Versterking van het netwerk​
Voordelen cliënt: netwerk wordt groter, cliënt wordt uitgedaagd nieuwe contacten aan te gaan, cliënt blijft beter in beeld​
Voordelen mantelzorger: minder overvraging, tijd voor eigen leven, cliënt hangt minder vast aan één persoon





Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

‘Moeders aan de lijn’
https://www.2doc.nl/documentaires/2018/10/moeder-aan-de-lijn.html
Aan de slag in tweetallen:
*Wat zie je in de video? 
*Welke mensen zijn er betrokken rondom oma?
*mantelzorg/netwerk
Herkenbaar?
Klassikaal bespreken
oma

Slide 8 - Tekstslide

draagkracht/draaglast
verschillende soorten netwerken
*Informeel netwerk​;  zorg die niet als werk gezien wordt en hier ook niet voor betaald worden. Ze hebben een persoonlijke band met de client (vriendschap, familie, buren)


*Formeel netwerk: hier valt alle betaalde zorg onder wat uitgevoerd wordt door beroepskrachten



Hoe maken we dat inzichtelijk?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen een ecogram, sociogram en genogram?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Genogram
een stamboom over meerdere gene­raties

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Levenslijn
Een levenslijn is een eenvoudige tekening of schema waarop je belangrijke gebeurtenissen uit iemands leven kunt zetten. Het helpt om het leven van iemand beter te begrijpen.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ecogram
Een ecogram is een overzichtelijke tekening of schema dat laat zien welke mensen, groepen of instanties belangrijk zijn in iemands leven. Het wordt vaak gebruikt om te begrijpen hoe iemands sociale netwerk eruitziet en hoe sterk de relaties zijn.

Een ecogram kan helpen om te ontdekken waar iemand steun kan vinden of waar misschien extra hulp nodig is.

Een ecogram zoomt in op het sociale netwerk van één persoon en zijn/haar omgeving,
het draait om één persoon en zijn/haar netwerk.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

voorbeeldvragen bij het maken van een ecogram
  • Met wie praat je makkelijk als je het moeilijk hebt?
  • Met wie heb je contact uit de buurt?
  • Hoe is het contact met je familie leden?
  • Ga je wel eens uit logeren, zo ja, bij wie?
  • Met wie ga je wel eens naar buiten?
  • Wie komt er op je verjaardag?
  • Naar welke verjaardagen ga jij?
  • Aan wie heb je de laatste tijd iets uitgeleend?
  • Zijn er personen belangrijk voor je die je nu nog niet benoemt hebt?

Per persoon, per doelgroep etc zijn de vragen natuurlijk verschillend

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociogram
In groepen krijg je altijd te maken met mensen waarmee je heel goed overweg kunt en mensen waarmee je wat minder op één lijn zit. 
Dit zie je ook terug in groepen waar je mee werkt in de jeugdhulp. 
Met behulp van een sociogram kun je de groepsdynamiek in kaart brengen en zo mogelijk ook verbeteren.
Een sociogram draait om hoe mensen in een groep met elkaar omgaan.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In tweetallen:​
Welke problemen analyseer je in de groep?​
Welke interventie(s) zou je kunnen ondernemen?​

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

samengevat netwerk
Het genogram: dit is een stamboom over meerdere gene­raties (waarop wordt aangegeven hoe de relaties kwalitatief ervaren worden).​
 

De levenslijn: in chronologische volgorde worden ingrijpende levens­gebeurtenissen opgeschreven (wie was wanneer belangrijk voor jou).​

Het ecogram: inventariseert alle sociale contacten van de cliënt.​

Het sociogram: is een verdieping van het genogram en het ecogram waarbij dieper wordt ingegaan op de betekenis en inhoud van de contacten. Het maken van een socio­gram kost veel tijd en wordt daarom minder gebruikt.

Een sociogram laat zien hoe een hele groep met elkaar verbonden is.
Kan veel tijd kosten om te maken




Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mantelscan
https://www.movisie.nl/sites/movisie.nl/files/publication-attachment/MantelScan%20%5BMOV-177655-0.2%5D.pdf



Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke technologische hulpmiddelen gebruik jij en/of jouw cliënten?

Slide 19 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Zet de volgende sites klaar:
www.hulpmiddelenwijzer.nl ​
www.zorgvannu.nl ​

​Vijf casussen op volgende slide​
Zoek per zorgvraag het juiste technologische hulpmiddel



Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Analyseren

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Analyseren van informatie
6 stappen om een advies op te stellen door je opgedane informatie te ordenen, analyseren en vertalen naar een (concrete) aanbeveling:

1. Informatie verzamelen
--> gedaan
2. Informatie analyseren --> 
Wat is het probleem?: Identificeer wat de belangrijkste zorgen of behoeften zijn.
Wat zijn de oorzaken?: Zoek naar achterliggende factoren, zoals fysieke, psychische, sociale of omgevingsfactoren.
Wat zijn de mogelijkheden?: Kijk naar wat er goed gaat, welke steun beschikbaar is, en waar verbetering mogelijk is



Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Analyseren van informatie
3. Doelen stellen: wat wil je bereiken en is dit haalbaar?
4. Advies opstellen--> maak een plan wat passend is bij de client
Stel voor, bijvoorbeeld:
*Extra hulp inschakelen (bijv. een fysiotherapeut, maatschappelijk werker).
*Aanpassingen in huis of dagelijkse routines.
*Werken aan persoonlijke vaardigheden of steun vanuit het sociale netwerk.
5. Terugkoppeling--> Bespreek het advies met de cliënt en/of betrokkenen. Leg het duidelijk uit en vraag of ze zich erin kunnen vinden
6. Uitvoeren en evalueren-->  Voer het plan stap voor stap uit.
Blijf controleren of het advies werkt en pas het aan als dat nodig is.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig aan de slag 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgende week
Online vragenuurtje
volgende keer is een online vragenuurtje.
Niet verplicht
aanmelden --> uitnodiging via teams

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies