Je komt bij de bakker en bestelt hier een broodje of iets anders lekkers.
Het gesprek gaat als volgt:
Je zoekt een broodje of iets lekkers uit dat je wilt kopen.
Je zegt dat tegen de winkelier.
Die zal waarschijnlijk iets aanwijzen. Dan zeg je dat je dat niet bedoelt maar dat je een andere wilt, links of rechts ervan, met of zonder chocolade/appel…
Vraag wat het kost.
Als je het niet meteen verstaat, vraag het dan nog een keer.
Betaal met gepast geld (vooraf dus veel wisselgeld meenemen!)