Ter introductie vraag ik aan de leerlingen wat een constructie is en maken we een woordweb van de verschillende constructies die de leerlingen al kennen.
Instructie:
Tijdens de instructie wordt er informatie gegeven over wat constructies zijn en welke soorten er zijn. Ook testen we het uit m.v.b. K'nex.
Begeleidende inoefening:
De leerlingen krijgen slides met quiz-vragen over de behandelde stof. Dit zorgt ervoor dat de informatie wordt herhaalt en ze dit tijdens de verwerking kunnen toepassen.
Verwerking:
De leerlingen maken in groepsverband hun eigen knikkerbaan. Ze passen de gegeven informatie toe. Dit is terug te zien in hun knikkerbaan.
Afsluiting:
De leerlingen presenteren hun knikkerbanen aan elkaar en kunnen vertellen welke constructie ze hebben toegepast en waarom ze dit hebben gedaan.
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
TechniekBasisschoolGroep 5
In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Lesplan : Vrije opdracht NT
Introductie:
Ter introductie vraag ik aan de leerlingen wat een constructie is en maken we een woordweb van de verschillende constructies die de leerlingen al kennen.
Instructie:
Tijdens de instructie wordt er informatie gegeven over wat constructies zijn en welke soorten er zijn. Ook testen we het uit m.v.b. K'nex.
Begeleidende inoefening:
De leerlingen krijgen slides met quiz-vragen over de behandelde stof. Dit zorgt ervoor dat de informatie wordt herhaalt en ze dit tijdens de verwerking kunnen toepassen.
Verwerking:
De leerlingen maken in groepsverband hun eigen knikkerbaan. Ze passen de gegeven informatie toe. Dit is terug te zien in hun knikkerbaan.
Afsluiting:
De leerlingen presenteren hun knikkerbanen aan elkaar en kunnen vertellen welke constructie ze hebben toegepast en waarom ze dit hebben gedaan.
Slide 1 - Tekstslide
Constructies
NT - groep 5A
Juf Zoë
Slide 2 - Tekstslide
Dit leer je:
Je leert wat een constructie is.
Je leert de verschillende constructies kennen.
Slide 3 - Tekstslide
Constructies
Slide 4 - Woordweb
Constructies
Constructies ontstaan door verschillende onderdelen aan elkaar te koppelen die samen een geheel vormen.
Bij het ontwerpen van een constructie wordt er nagedacht over hoe de vorm, de materialen en de verbindingen ervoor kunnen zorgen dat de constructie stevig en stabiel is.
Slide 5 - Tekstslide
De vorm
Een erg bekend voorbeeld van de piramideconstructie is de Eiffeltoren.
Wat valt je op aan deze constructie?
Slide 6 - Tekstslide
Driehoekconstructies
In veel ontwerpen, zoals bruggen, huizen en boekenkasten, kom je driehoeken tegen.
Driehoekconstructies zijn vormvast = erg stabiel en verandert niet van vorm.
Sterker dan een vierkant.
Test het uit met K'nex!
Slide 7 - Tekstslide
Waar zie je de driehoeks-constructie bij de stoel?
Waar zie je de driehoeks-constructie bij de brug?
Slide 8 - Tekstslide
Boogconstructie
Veel bogen zijn in bruggen terug te zien.
De kracht die uitgeoefend wordt op de brug wordt verdeeld.
De middelste steen = De sluitsteen.
Slide 9 - Tekstslide
Driehoekconstructie
Boogconstructie
Piramideconstructie
Slide 10 - Sleepvraag
Welke constructie is het sterkste?
A
Boogconstructie
B
Brugconstructie
C
Driehoekconstructie
D
Vierkante constructie
Slide 11 - Quizvraag
Welke constructie is het zwakste?
A
Boogconstructie
B
Brugconstructie
C
Driehoekconstructie
D
Vierkante constructie
Slide 12 - Quizvraag
Dit gaan we doen!
Slide 13 - Tekstslide
Stappenplan
Je maakt in je groepje (4 lln.) een knikkerbaan van LEGO/Duplo/K'nex.
Eisen knikkerbaan: * Er zijn verschillende hoogtes gebruikt. * De constructie is stevig. Dus wiebelt NIET. Eisen presentatie: * Iedereen van het groepje vertelt iets. * Je vertelt over de constructie van de knikkerbaan. Hoe heb je het gemaakt?
timer
15:00
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Presenteer je knikkerbaan!
* Iedereen van het groepje vertelt iets.
* Je vertelt over de constructie van de knikkerbaan. Hoe heb je het gemaakt?