1. Een gebeurtenis die gaande was in het verleden
2. twee gebeurtenissen die gaande waren in het verleden, de een onderbreekt de ander. Één duurt langer dan de andere.
- He was typing a text message.
- She was reading a book when her mother called.
- To be + stam werkwoord + ing
- Tweede gebeurtenis krijgt Past Simple: Stam werkwoord + ed