H1 Nigeria §2 les 2

Hoofdstuk 5: Nigeria
§2 Les 2
Lesplanning:
  • Terugblik vorige les
  • Instructie
  • Aan de slag!
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 5: Nigeria
§2 Les 2
Lesplanning:
  • Terugblik vorige les
  • Instructie
  • Aan de slag!

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen §2
  • Je kunt omschrijven wat het belang van de olie-industrie is voor het bnp, de export en de overheidsinkomsten.
  • Je weet welke nadelen de olie-industrie voor Nigeria heeft.
  • Je kunt omschrijven waarom er in Nigeria, ondanks de olie, veel armoede is.
  • Je kunt uitleggen op welke manier de Nigeriaanse overheid de afhankelijkheid van olie wil verkleinen.

Slide 2 - Tekstslide

§2: 
Olie-industrie 
Vloek of zegen? 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Slide 5 - Tekstslide

Noteer een specifieke gebeurtenis waardoor de wereldwijde olieprijs daalde

Slide 6 - Open vraag

Wat wordt ook al weer bedoeld met 'diversificatie'?

Slide 7 - Open vraag

Pak je Basisboek er even bij
  • BB 29: Waarderen
  • BB 206: Diensten
  • BB 232: Werken in de industrie
  • BB 251: Neokolonialisme

Slide 8 - Tekstslide

BB 29: waarderen?
Bij aardrijkskunde betekent 
waarderen dat je je mening 
geeft over een 
aardrijkskundig probleem.

Slide 9 - Tekstslide

'vergeten' bb nr (193)
Er zijn grofweg drie verschillende beroepsgroepen
Primair: Producten komen uit de natuur
vb.:Landbouw,visserij
Secundair: Producten (uit de natuur) worden verwerkt
vb.: industrie, bouw
Tertiair: Maken geen echte producten, maar leveren een dienst.
vb. banken, scholen, ziekenhuizen, politie, winkels

Slide 10 - Tekstslide

BB 206
De diensten sector kun je opsplitsen in twee groepen:
#Tertiare sector: commerciële dienstverlening zoals: winkels, banken,transport en horeca.
#Quartaire sector: dienstverlening die NIET commercieel is, zoals: scholen, ziekenhuizen, brandweer, leger.

Slide 11 - Tekstslide

BB 232 Werken in de industrie
Een kenmerk van een ontwikkelingsland is dat er weinig industrie is. De meeste mensen werken in de landbouw. Ook zijn er nog veel ambachtelijke bedrijven. Ze verweken grondstoffen met de hand tot een eindproduct. 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

BB 251 Neo-kolonialisme
Neo=Na
Kolonialisme=het bezetten van een land.
Neokolonialisme=ook al ben je dan niet meer de baas in een voormalige kolonie, beiden zitten nog in de oude (ongelijkwaardige) rol vast.

Slide 14 - Tekstslide

BB 251 Neokolonialisme
Veel oud koloniale landen exporteren veel grondstoffen:
-Levert meestal weinig werk op
-Best betaalde banen zijn voor de buitenlanders
-Prijzen van de grondstoffen zijn laag. 
De waarde aan de grondstof wordt elders toegevoegd.
--> hoe blijkt neokolonialisme
uit de tabel? 

Slide 15 - Tekstslide

Iemand die bij de politie werkt, werkt in de... sector
A
primaire
B
secundaire
C
tertiaire
D
quartaire

Slide 16 - Quizvraag

Stappenplan
  1. Download het samenvattingsschema (hier in het team bij bestanden) en sla het bestand slim op zodat je het makkelijk kan terugvinden!
  2. Lees eerst hoofdstuk 5 §2 en de basisboeknummers door.
  3. Maak de samenvatting met behulp van het vierkanten schema: vier vakjes
  • Puntsgewijs antwoord geven: dit is overzichtelijk en makkelijk te leren
  • Alleen de belangrijkste informatie komt erin
  • Gebruik de dikgedrukte begrippen (allemaal)
--> De eerstvolgende aardrijkskundeles op school bekijk ik jouw samenvatting en geef ik feedback.

4. Klaar? Maak de digitale opdrachten bij paragraaf 2: 7, 8 en 9 (dat is geen huiswerk)

Slide 17 - Tekstslide

timer
15:00

Slide 18 - Tekstslide

Leerdoelen §2 
  • Je kunt omschrijven wat het belang van de olie-industrie is voor het bnp, de export en de overheidsinkomsten.
  • Je weet welke nadelen de olie-industrie voor Nigeria heeft.
  • Je kunt omschrijven waarom er in Nigeria, ondanks de olie, veel armoede is.
  • Je kunt uitleggen op welke manier de Nigeriaanse overheid de afhankelijkheid van olie wil verkleinen.

Slide 19 - Tekstslide