Vraagwoord Quel h2

Quel, quelle, quels, quelles
Welke / wat
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Quel, quelle, quels, quelles
Welke / wat

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Quel, quelle, quels, quelles
Waarom bij de 1e zin quel en bij de 2e zin quelles? 

1. Quel camping est-ce que tu prérères?
2. Tu as visité quelles villes?

Slide 3 - Tekstslide

Vraagwoord : quel




Kijk naar het zelfstandig naamwoord:
1. mannelijk of vrouwelijk?
2. enkelvoud of meervoud?

Slide 4 - Tekstslide

Exemple




1. Quel camping est-ce que tu prérères?
2. Tu as visité quelles villes?

Slide 5 - Tekstslide

Ex. 17e page 63
1. .......... sont les plus belles plages de la région?
A
Quel
B
Quelle
C
Quels
D
Quelles

Slide 6 - Quizvraag


2. ........ est ton meilleur souvenir de vacances?
A
Quel
B
Quelle
C
Quels
D
Quelles

Slide 7 - Quizvraag


3. Le magasin ouvre à ....... heure?
A
Quel
B
Quelle
C
Quels
D
Quelles

Slide 8 - Quizvraag


4. ........ sont les acteurs principaux du film Camping 3?
A
Quel
B
Quelle
C
Quels
D
Quelles

Slide 9 - Quizvraag


As tu déjà choisi une région ?
A
Oui
B
Presque
C
Pas encore

Slide 10 - Quizvraag