3.1 en 3.2. vraag en aanbod

Marktevenwicht
Wanneer vraag en aanbod aan elkaar gelijk zijn is er marktevenwicht.
Dus  => Qv=Qa

De prijs in het marktevenwicht kunnen we uitrekenen door de vergelijking Qv=Qa op te lossen
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Marktevenwicht
Wanneer vraag en aanbod aan elkaar gelijk zijn is er marktevenwicht.
Dus  => Qv=Qa

De prijs in het marktevenwicht kunnen we uitrekenen door de vergelijking Qv=Qa op te lossen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdstuk 3 
Hoe werken markten? 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Markt?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat willen jullie betalen voor deze smartphone?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zou jij maximaal voor
dit product betalen?
€2
€4
€6
€8
€10

Slide 9 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

     Tot nu toe bij economie:
  • H1- Geld moet rollen
  • H2- Omgaan met geld
  • H4- Hoe ondernemend ben je
  • Nu starten Hoofdstuk 3
  • Hoe werken markten?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Abstracte markt

Het geheel van alle vraag en aanbod naar een bepaald product (bijvoorbeeld de telefoonmarkt)

Markten






Concrete markt 
Deze kun je bezoeken. 


Abstracte markt 
Alle vraag en aanbod naar een bepaald product.
Kopers en verkopers komen bij elkaar.
Kopers en verkopers komen niet bij elkaar.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

         Betalingsbereidheid
Niet alles is voor iedereen evenveel waard, niet iedereen heeft evenveel geld. Wat een persoon voor een product of dienst wil betalen noemen we zijn of haar betalingsbereidheid.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Het consumentensurplus is het verschil tussen de betalingsbereidheid en de marktprijs. Wat mensen bereid zijn extra te betalen.
Consumentensurplus

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aanbodoverschot
Vraagoverschot

Slide 21 - Tekstslide

Uien overschot (aanbodoverschot)

https://www.rtlnieuws.nl/editienl/artikel/5254455/boer-uit-zeeland-bedenkt-actie-om-uien-te-verkopen

Playstation tekort (vraagoverschot)

https://www.manners.nl/playstation-5-kopen-bcc-ps5-loting/




Vraag
  • Een Nederlander eet gemiddeld 19,1 kilo kaas per jaar.
  • 53% van de Nederlanders eet maandelijks vleesvervangers.
  • In Nederland gaan we gemiddeld 8 keer per jaar naar de kapper.
  • Bijna 60 procent van de Nederlandse gezinnen heeft een abonnement op Netflix.
  • De meeste middelbare scholieren willen graag een smartphone.






Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aanbod
  • In Nederland zitten veel kaasproducenten.
  • In de supermarkten zijn steeds meer vleesvervangers te vinden.
  • Er zijn in Nederland meer dan 30.000 kapsalons.
  • Er is een divers aanbod van verschillende video streamingsdiensten, zoals Netflix, Videoland, HBO, Amazon Prime en Disney+.
  • In Druten zijn er verschillende plekken om fastfood te kopen.






Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
0:45
De winkelende mensen
De winkels
Wie zorgen voor het aanbod?
Wie zorgen voor de vraag?

Slide 24 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

timer
0:30
vraag
aanbod

Slide 25 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vraag
Aanbod
Bedrijf die kaas verkoopt
Nederlanders gaan graag op vakantie
Meneer Klarenbeek koopt aandelen van Tesla op Wallstreet
De school verzorgt het onderwijs aan leerlingen
Op vrijdag wordt er een festival georganiseerd
Leerlingen van het Pax kopen vaak een broodje in de kantine

Slide 26 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Oefensom

Gegeven is het volgende marktmodel:

qv = -100p + 600

qa = 50p - 150

a) Bereken evenwichtsprijs en evenwichtshoeveelheid

b) Controleer of er in beide gevallen dezelfde evenwichtshoeveelheid uitkomt.

c) Is er bij een prijs van € 4,- sprake van een aanbod- of vraagoverschot?

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zal er gebeuren als er een vraagoverschot is?
A
De prijs zal stijgen
B
De prijs zal dalen

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Stel: de vraag naar euro's is $ 13 miljard, het aanbod $ 10 miljard. Er is dus sprake van een vraagoverschot. Als gevolg van dit overschot ...
A
stijgt de wisselkoers en worden producten goedkoper
B
daalt de wisselkoers en worden producten goedkoper.
C
stijgt de wisselkoers en worden producten duurder
D
daalt de wisselkoers en worden producten duurder

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit wat de aanbieders van tomaten zullen doen bij een aanbodoverschot.

Slide 31 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Bereken de evenwichtsprijs 
en de evenwichtshoeveelheid.

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Qv = - 30P + 700 en Qa = 20P – 100
Bereken de grootte van het aanbodoverschot bij
P = 18

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Bereken het overschot.
Bereken het overschot bij P = 200
Qv = -P + 900
Qa = 3P - 100
Is dit een vraag- of een aanbodoverschot?

Slide 34 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Zijn er vragen???

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maken opdrachten 
Je hebt 10 minuten de tijd voor het maken van 
opdrachten 21 en 22



timer
10:00

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bespreken opdrachten 21 en 22

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk volgende les
Maken opdrachten par 3.2:
23, 24 en 25


Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reflectie: Zijn de lesdoelen behaald?
  • Je kunt de evenwichtsprijs en evenwichtshoeveelheid uitrekenen
  • Je kunt benoemen wanneer de markt niet in evenwicht is en aangeven of er sprake is van vraag- of aanbodoverschot

Probeer de volgende vragen te beantwoorden zonder het boek te gebruiken


Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies