V4 - P1 - Week 5 - Lesson 1 - Grammar - Past Simple/continuous + Wasp

V4 - Week 5 - Lesson 1
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

V4 - Week 5 - Lesson 1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesson Goals
- You will have refreshed your grammar knowledge and practised it. 
- You will have practised your listening skills
- You will worked on your vocabulary knowledge

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Today's lesson
- Check homework

- Grammar: Past Simple + Past Continuous
Refresher
Explanation
Practise time
- Listening

- Vocabulary

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Refresher: past simple
  1. It ____________(be) great. 
  2. I _____________(travel)
    around by car with two friends. 
  3. We _____________(visit)  lots of interesting places. 
  4. In the evenings we _____________(go)
    to a pub. 
  5. We ______________ (be) very lucky with the weather. 
  6. But we ________________ (see)  some beautiful rainbows.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Put the answers to the Refresher here:

Slide 8 - Open vraag

It ____________(be) great.
I _____________(travel) around by car with two friends.
We _____________(visit) lots of interesting places.
In the evenings we _____________(go) to a pub.
We ______________ (be) very lucky with the weather.
But we ________________ (see) some beautiful rainbows.
Refresher: adjust your answers
  • I ______ 1 (sit) in a cafe when you _______ 2 (call) .
  • When you _______ 3 (arrive) at the party, who ______ 4 (be) there?
  • Susie ______ 5 (watch) a film when she _______ 6 (hear) the noise.
  • We _______ 7 (play) tennis when John ______ 8 (hurt) his ankle.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Put the answers to the Refresher here:

Slide 10 - Open vraag

I ______ 1 (sit) in a cafe when you _______ 2 (call) .
When you _______ 3 (arrive) at the party, who ______ 4 (be) there?
Susie ______ 5 (watch) a film when she _______ 6 (hear) the noise.
We _______ 7 (play) tennis when John ______ 8 (hurt) his ankle.
Wanneer gebruik je de Past Simple?
De Past Simple iets dat in het verleden is begonnen en ook afgelopen, het is helemaal voorbij

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe maak je de Past Simple?
De Past Simple maak je door -ed achter het werkwoord te zetten.
Voorbeeld: I looked, you kissed, we talked.


Let op! Er zijn wat uitzonderingen

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitzonderingen
Onregelmatige werkwoorden: 2e rijtje

Er zijn meer uitzonderingen >>>

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Signaalwoorden
Er kunnen woorden in de zin staan die aangeven dat het Past Simple is:
Yesterday, last night, last week, a month ago, a week ago, in 2015, when I was young, the other day, etc.

> Voorbeelden:
• He saw a Rolls Royce last week.
• She watched a horror film yesterday.
• They arrived last night.
• He met her two years ago.
• I went to England when I was young.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De vragende en ontkennende vorm van de Past Simple
Vraagvorm: did + hele werkwoord 
Did I look at the car? 
Did she know the answer?

Ontkennende vorm: did + not + hele werkwoord 
I did not look. 
She did not know.


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer gebruik je de Past Continuous?
1. Je gebruikt de Past Continuous gebruik je om aan te geven dat iets al een tijd aan de gang was, en is afgelopen.
Voorbeeld: At 6 o'clock, I was eating dinner.
2. Je gebruikt de Past Continuous als er een gebeurtenis in het verleden is begonnen, maar wordt onderbroken door een andere gebeurtenis in het verleden. De onderbrekende gebeurtenis wordt gevormd met de Past Simple.
Voorbeeld: I was watching TV when he called.
3. Je gebruikt de Past Continuous als er twee gebeurtenissen in het verleden op hetzelfde moment waren uitgevoerd.
Voorbeeld: I was eating while he was studying.



Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe maak je de Past Continuous?
De Past Continuous maak je met een vorm van ‘to be’ in de verleden tijd (was/were) gevolgd door werkwoord + ing
Voorbeeld: I was walking, she was talking, we were swimming


Let op! Er zijn wat uitzonderingen

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Signaalwoorden
Er kunnen woorden in de zin staan die aangeven dat het Past Continuous:
When, while. 

>Voorbeelden:
• While we were having a game, it started to hail.
• We were singing, when Patrick arrived.
• What were you doing while you were waiting?
• Tim was watching TV, while Bert was talking.
• I was travelling to Africa, when Julie tried to call me.


Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De vragende en ontkennende vorm van de Past Continuous
Vraagvorm: was/were + werkwoord met -ing  
Was I looking? 
Were they talking?
Ontkennende vorm: was/were + not + werkwoord met -ing  
I was not (wasn’t) looking. 
They were not (weren’t) talking.



Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Do you like cycling?
timer
0:20
A
Yes
B
No

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Do you cycle to school?
timer
0:20
A
Yes
B
No

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Do you have an electric bike?
timer
0:20
A
Yes
B
No

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Listening
Studentfile page 12

Assignment 38: 
- Read the sentences before the audio starts
- Listen to the recording and choose the correct options

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vocabulary
Studentfile page 12
Magazine page 14-15

Assignment 40: 
A: Match the words with the correct description (context in the text helps)
B: Fill in the blanks using the words from A

Finished? Study the vocabulary

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesson Goals
- You will have refreshed your grammar knowledge and practised it.
- You will have practised your listening skills
- You will have worked on your vocabulary knowledge

Well done! 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies