Tekstdoelen

Je weet wat zoekend lezen is.

Je kunt tussenkopjes herkennen in een tekst.

Je kent de tekstdoelen en bijbehorende tekstsoorten.
Welkom

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Je weet wat zoekend lezen is.

Je kunt tussenkopjes herkennen in een tekst.

Je kent de tekstdoelen en bijbehorende tekstsoorten.
Welkom

Slide 1 - Tekstslide

Je weet wat zoekend lezen is.

Je kunt tussenkopjes herkennen in een tekst.

Je kent de tekstdoelen en bijbehorende tekstsoorten.

Slide 2 - Tekstslide

leesmanieren

Slide 3 - Tekstslide

Wat is GEEN leesmanier?
A
Zoekend lezen
B
Grondig lezen
C
Kritsch lezen
D
Kritiekloos lezen

Slide 4 - Quizvraag

Welke leesmanier hoort bij de afbeelding?
A
zoekend lezen
B
verkennend lezen
C
globaal lezen
D
studerend lezen

Slide 5 - Quizvraag

Op welk leesmanier vind je het onderwerp van de tekst?
A
Grondig lezen
B
Globaal lezen
C
Precies lezen
D
Zoekend lezen

Slide 6 - Quizvraag

Welke leesmanier hoort bij de afbeelding?
A
zoekend lezen
B
verkennend lezen
C
Grondig lezen
D
studerend lezen

Slide 7 - Quizvraag

Welke leesmanier past bij de stap 'Verkennen'?
A
Zoekend lezen
B
Grondig lezen
C
Verkennend lezen

Slide 8 - Quizvraag

Moet je de hele tekst lezen bij zoekend lezen?
A
Ja
B
Nee
C
Een beetje
D
Misschien

Slide 9 - Quizvraag

Tussenkopje
- titel midden in de tekst
- vaak vetgedrukt (soms ook iets groter lettertype)
- geeft aan waarover een tekstgedeelte gaat



Slide 10 - Tekstslide

Noem de tussenkopjes van de tekst hiernaast.

Slide 11 - Open vraag

Tekstdoelen
- titel midden in de tekst
- vaak vetgedrukt (soms ook iets groter lettertype)
- geeft aan waarover een tekstgedeelte gaat



Slide 12 - Tekstslide

Tekstdoel 
  1. Amuseren, de lezer leest voor ontspanning
  2. Informeren, de lezer krijgt informatie over een onderwerp
  3. Activeren, de lezer moet wat gaan doen
  4. Instrueren, de lezer krijgt uitleg hoe iets moet worden gedaan
  5. Overtuigen, de lezer krijgt een mening te lezen

- titel midden in de tekst
- vaak vetgedrukt (soms ook iets groter lettertype)
- geeft aan waarover een tekstgedeelte gaat



Slide 13 - Tekstslide

Amuseren
Overhalen
Overtuigen
je vermaken
Proberen iemand iets te laten doen of juist niet

Slide 14 - Sleepvraag


Tekstdoel?
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Overhalen
D
Uitleggen

Slide 15 - Quizvraag

Tekstdoelen

Een nieuwsbericht heeft als tekstdoel:
A
informeren
B
overtuigen
C
activeren
D
amuseren

Slide 16 - Quizvraag


Tekstdoel?
A
informeren
B
amuseren
C
aansporen

Slide 17 - Quizvraag


Tekstdoel?
A
Informeren
B
Overhalen
C
Amuseren

Slide 18 - Quizvraag


Wat is het tekstdoel?
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Activeren
D
Amuseren

Slide 19 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel?
A
Instrueren
B
Informeren
C
Overtuigen
D
Activeren

Slide 20 - Quizvraag