NEPNIEUWS

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

LESDOELEN:
Aan het einde van deze les:
  • Weet je hoe je feiten van meningen kunt onderscheiden
  • Kun je uitleggen wat een aanname is.
  • Kun je nepnieuws herkennen

Slide 2 - Tekstslide

Waar ging vorige week de les over?

Slide 3 - Open vraag

Welke waarde had deze les voor jou?

Slide 4 - Open vraag

Lesson up "Nepnieuws" 
In deze lesson up krijgen de studenten een aantal stellingen over Nepnieuws die of waar of niet waar zijn:

Denk je dat de stelling waar is? kies je JA
Denk je dat de stelling niet waar is? kies je NEE

Slide 5 - Tekstslide

Nepnieuws en desinformatie betekenen precies het zelfde!
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 6 - Quizvraag

Antwoord:
Nepnieuws verwijst meestal naar opzettelijk verzonnen nieuws, terwijl desinformatie breder kan zijn en ook half waarheden of misleidende informatie omvat die mensen verkeerd informeert.

Slide 7 - Tekstslide

Nepnieuws wordt vaak verspreid via sociale media.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 8 - Quizvraag

Antwoord:
Sociale mediaplatforms zoals Facebook, Twitter, instagram enzovoorts worden vaak gebruikt om nepnieuws snel en breed te verspreiden.

Slide 9 - Tekstslide

Nepnieuws kan niet schadelijk zijn.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 10 - Quizvraag

Antwoord:
Nepnieuws kan ernstige gevolgen hebben, zoals het aanzetten tot haat, politieke onrust veroorzaken of mensen misleiden over gezondheidsinformatie, zoals vaccinaties.

Slide 11 - Tekstslide

Een artikel met veel likes en reacties is waarschijnlijk waar.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 12 - Quizvraag

Antwoord:
Populariteit op sociale media is geen garantie voor de waarheid van een artikel. Likes en reacties kunnen ook gemaakt worden door bots of door emotionele reacties van mensen op valse informatie

Slide 13 - Tekstslide

Factcheckers helpen bij het bestrijden van nepnieuws.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 14 - Quizvraag

Antwoord
Factcheckers onderzoeken claims (beweringen)
en verhalen om de waarheid vast te stellen en helpen daarmee het publiek te beschermen tegen desinformatie.

Slide 15 - Tekstslide

Nepnieuws kan geen invloed hebben op verkiezingen.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 16 - Quizvraag

Antwoord:
Nepnieuws heeft in meerdere gevallen politieke gevolgen gehad, bijvoorbeeld bij verkiezingen, doordat het de publieke meningen kan beïnvloeden.

Slide 17 - Tekstslide

Je kunt altijd zien of een nieuwsbericht nep is aan de hand van de bron.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 18 - Quizvraag

Antwoord:
Sommige nepnieuwssites lijken erg op echte nieuwsbronnen en gebruiken professionele opmaak en taal.
Het is belangrijk om de bron goed te controleren en verder onderzoek te doen.

Slide 19 - Tekstslide

Het herkennen van nepnieuws is makkelijker geworden door technologische ontwikkelingen.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 20 - Quizvraag

Antwoord:
Hoewel er meer technologie beschikbaar is om nepnieuws te bestrijden, hebben technologische ontwikkelingen het moeilijker gemaakt om te onderscheiden wat echt of nep is.

Slide 21 - Tekstslide

Opdracht: Mediabronnen
Opdracht mediabronnen maken 30 minuten.

Slide 22 - Tekstslide

LESDOELEN:
Aan het einde van deze les:
  • Weet je hoe je feiten van meningen kunt onderscheiden
  • Kun je uitleggen wat een aanname is.
  • Kun je nepnieuws herkennen

Slide 23 - Tekstslide

LES EVALUEREN
  •                               Hebben wij de doelen behaald?
  • Weet je hoe je feiten van meningen kunt onderscheiden?
  • Kun je uitleggen wat een aanname is?
  • Kun je nepnieuws herkennen?

Slide 24 - Tekstslide