Bevolking en ruimte 5.1

1 / 33
volgende
Slide 1: Link
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Link

Welke drie vormen van leeftijdsdiagrammen zijn er?

Slide 2 - Open vraag

Wat zijn kenmerken van een urn leeftijdsdiagram?

Slide 3 - Open vraag

In welke landen worden er per vrouw weinig kinderen geboren?

Slide 4 - Woordweb

Natuurlijke bevolkingsgroei betekent
A
Dat er meer mensen migreren dan immigreren
B
Dat er meer mensen sterven dan immigreren
C
Dat er meer mensen sterven dan er geboren worden
D
Dat er meer mensen geboren worden dan dat er sterven

Slide 5 - Quizvraag

Bevolking en Ruimte in Duitsland




Paragraaf 5.1

Slide 6 - Tekstslide

Sleep onderstaande elementen naar de juiste plaats in de afbeelding
Welke bevolkingsgroei zien we hier?
Aantal mannen
Aantal vrouwen
Leeftijd
bevolkingsaantal x 1000

Slide 7 - Sleepvraag

Sleep onderstaande begrippen naar de juiste plaats in de afbeelding
Ontgroening
Vergrijzing
Babyboom

Slide 8 - Sleepvraag

Bevolkingsontwikkeling van Duitsland
De Duitse bevolking:
- groeide van 1950 tot 2002 van 69 miljoen mensen naar 82,5
- nam af van 2002 tot 2011 van 82,5 miljoen mensen naar 80,5
- groeide van 2011 tot 2017 van 80,5 miljoen mensen naar 83

Slide 9 - Tekstslide

Leeftijdsopbouw van Duitsland
Sterke vergrijzing + ontgroening => hoe komt dat?
  1. Levensverwachting is gestegen, mensen worden ouder.
  2. Duitse babyboom begon later dan in NL: deze groep mensen gaat de komende jaren pas voor meer vergrijzing zorgen.
  3. Laag geboortecijfer => ontgroening.

Laag geboortecijfer door: de pil, vrouwen langer wachten met kinderen, meer vrouwen kinderloos.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Bijzondere bevolkingsopbouw
Natuurlijke bevolkingsgroei: vanaf 1972 al sterfteoverschot!

Toch groei van bevolking

Sociale bevolkingsgroei:
Duitsland trekt heel veel migranten


Slide 13 - Tekstslide

Afname natuurlijke bevolking
In Duitsland zal de bevolking sterk afnemen met 10.000.000 mensen!

De bevolkingspiramide zal breed zijn aan de top (vergrijzing)  en smal in de basis (ontgroening)

Slide 14 - Tekstslide

Demografische transitie
Demografische = wetenschap over bevolking, bijv aantal jongens, meisjes, mensen, migranten

transitie = overgang

Slide 15 - Tekstslide

Bevolkingsgroei Duitsland -> Demografisch Transitiemodel
Fase 1:
Geboortecijfer + sterftecijfer hoog
Weinig of geen natuurlijke bevolkingsgroei.

Fase 2:
Geboortecijfer hoog
Sterftecijfer daalt snel
Gevolg: snelle bevolkingsgroei.
Fase 3:
Geboortecijfer daalt
Sterftecijfer daalt langzaam
Gevolg: bevolking groeit minder snel.
Fase 4:
Geboortecijfer + sterftecijfer laag
Gevolg: weinig of geen bevolkingsgroei
Fase 5:
Geboortecijfer erg laag
Sterftecijfer laag
Gevolg: afname bevolking door sterfteoverschot

Slide 16 - Tekstslide

Demografisch transitie model
Werkblad
Plaats de stellingen in de juiste fase van het demografisch transitie model.
Klaar --> verder in het werkboek. Paragraaf 5.1 opdracht 1t/m 5.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Bij welke fase van het demografisch transitie model hoort de stelling? "hoog geboorte en sterfte cijfer"
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 20 - Quizvraag

Bij welke fase van het demografisch transitie model hoort de stelling? "dalend geboorte en laag sterfte cijfer"
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 21 - Quizvraag

Bij welke fase van het demografisch transitie model hoort de stelling? "laag geboorte en stijgend sterfte cijfer"
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 22 - Quizvraag

Welke landen zitten in fase 5 van het demografisch transitie model?

Slide 23 - Woordweb

De bevolkingsomvang in Duitsland nam eerst flink af. Tegenwoordig stijgt het weer. Waardoor komt dit?

Slide 24 - Open vraag

4 groepen migranten

Slide 25 - Tekstslide

Sleep de groep migranten naar het juiste jaartal
Vluchtelingen
Na 1945
Na 1960
Na 1990
Gastarbeiders
Volksduitsers

Slide 26 - Sleepvraag

Groep 1
Na WO II moest Duitsland veel grondgebied afstaan aan Rusland.

Hierdoor kwamen veel mensen die bij het grote Duitse Rijk hoorde (Oost-Europa) naar Duitsland.

 Het waren de zogenaamde Volksduitsers. 


Slide 27 - Tekstslide

Groep 2
Net als in NL kwamen na 1960 veel gastarbeiders. 

Voornamelijk uit Zuid-Europa
Met name uit Turkije 

Slide 28 - Tekstslide

Groep 3
Na 1990 komen veel vluchtelingen. Grotendeels economische vluchtelingen vanaf 1990 door de wetten politieke vluchtelingen. 

Denk nu ook aan Syrië.

Slide 29 - Tekstslide

Groep 4
Mensen uit andere lidstaten van de Europese Unie.

Voornamelijk uit Oost-Europa
zoals Polen.

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Link

Slide 32 - Link

Slide 33 - Video