VWO Kostprijs Les 1

Hoeveel opgaven wil je per week gaan maken?
A
knallen, alles wat voorbij komt
B
een zorgvuldige selectie....
C
2 is mooi
D
0, ik wacht tot de toetsweek
1 / 22
volgende
Slide 1: Quizvraag
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoeveel opgaven wil je per week gaan maken?
A
knallen, alles wat voorbij komt
B
een zorgvuldige selectie....
C
2 is mooi
D
0, ik wacht tot de toetsweek

Slide 1 - Quizvraag

 4.4 Kostprijs - Les 1
Kostprijs
Verkoopprijs

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Welke begrippen denk je aan bij kostprijs

Slide 4 - Woordweb

Lesdoelen
  • Je kunt de kostprijs berekenen
  • Je kunt de verkoop- en consumentenprijs berekenen

Slide 5 - Tekstslide

Programma
Introductie kostprijs
Kostprijs en verkoopprijs berekenen
Maken 4.34, 4.35 en 4.36

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Integrale kostprijsberekening
Zowel de constante als de variabele kosten worden meegenomen bij de bepaling van de kostprijs van een product of dienst. 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Maken Solara Energy (4.34)
15 minuten
timer
15:00

Slide 12 - Tekstslide

De kostprijs van product X is € 15,00. De winstopslag bedraagt 25% van de verkoopprijs.
De btw is 21%. Bereken de consumentenprijs
€15 = 75%
€15 / 75 x 121 = €24,20
timer
2:00

Slide 13 - Open vraag

Verkoopprijs
   kostprijs 
+ winstopslag                  let op: percentage van de kostprijs of verkoopprijs?
= verkoopprijs
+ btw                  
= consumentenprijs

Slide 14 - Tekstslide

Uitwerking
De kostprijs van product X is € 15,00. De winstopslag bedraagt 25% van de verkoopprijs. De btw is 21%. Bereken de consumentenprijs 

   kostprijs                           € 15          (.....%)
+ winstopslag                   ........         (25%)
= verkoopprijs            =  ................. (100%)
+ btw                              +  .................. (21%)
= consumentenprijs = .................. (121%)

100/75 x € 15 x 1,21 = € 24,20

Slide 15 - Tekstslide

Uitwerking
De kostprijs van product X is € 15,00. De winstopslag bedraagt 25% van de verkoopprijs. De btw is 21%. Bereken de consumentenprijs 

   kostprijs                           € 15          (75%)
+ winstopslag                   €   5        (25%)
= verkoopprijs            =    € 20      (100%)
+ btw                              +  ..€   4,20...(21%)
= consumentenprijs =   € 24,20 (121%)

100/75 x € 15 x 1,21 = € 24,20

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Maken Kostprijs en Verkoopprijs (4.35)
timer
15:00

Slide 21 - Tekstslide

Huiswerk Kostprijs op 2 manieren (4.36)

Slide 22 - Tekstslide