Producenten, consumenten, afvaleters en reducenten
Slide 2 - Tekstslide
Belangrijke termen basisstof 2: Piramiden
Piramide van aantallen
Piramide van biomassa
Energie in een voedselketen
Slide 3 - Tekstslide
Piramide van aantallen
Gaat over het aantal dieren in een schakel van een voedselketen.
Vaak neemt het aantal af naarmate je verder in de voedselketen komt maar niet altijd!
Slide 4 - Tekstslide
Piramide van biomassa
Biomassa = het totale gewicht aan organische stoffen in een organisme.
In een voedselketen wordt de biomassa in elke volgende schakel altijd kleiner.
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Belangrijke termen basisstof 3: Kringlopen
Kringloop
Koolstofkringloop
Stikstofkringloop
Slide 8 - Tekstslide
Kringloop
In de natuur worden stoffen steeds opnieuw gebruikt.
Dode organismen worden afgebroken door afvaleters. Reducenten zetten de resten van de organische stoffen om in anorganische stoffen.
Slide 9 - Tekstslide
Koolstofkringloop
Slide 10 - Tekstslide
Koolstofkringloop
Planten nemen koolstofdioxide op uit de lucht.
Bij fotosynthese wordt met de koolstof glucose gevormd.
Van een deel hiervan maakt de plant andere stoffen (koolhydraten, eiwitten, vetten).
Een ander deel wordt gebruikt bij verbranding, waarbij koolstofdioxide vrijkomt.
Via voedsel nemen planteneters organische stoffen op.
Een deel wordt gebruikt voor andere organische stoffen, een deel wordt gebruikt bij verbranding, waarbij koolstofdioxide ontstaat.
Als planten of dieren sterven voordat ze worden opgegeten, verbranden reducenten het grootste gedeelte van de organische stoffen. Hierbij komt weer koolstofdioxide vrij.
Slide 11 - Tekstslide
Stikstofkringloop
Slide 12 - Tekstslide
Stikstofkringloop
Stikstof komt in de bodem voor als nitraat.
Nitraat wordt opgenomen door planten.
Plant zet, met behulp van nitraat, glucose om in plantaardige eiwitten.
Planteneters nemen plantaardige eiwitten op door voedsel.
Een deel wordt omgezet in dierlijke eiwitten.
Eiwitten die niet worden opgegeten of verteerd (in dode organismen of poep) worden gebruikt als brandstof door rottingsbacteriën (reducenten).
Bij deze verbranding ontstaat ammonium. Andere bacteriën zetten ammonium om in nitraat.
Er ontstaat ook ammoniakgas. Dit wordt langzaam omgezet in stikstof
Stikstofbindende bacteriën zorgen ervoor dat een deel van de stikstof uit de lucht weer als nitraat in de grond komt.
Slide 13 - Tekstslide
Thuisopdracht
Maak een powerpoint van de stikstofkringloop en de koolstofkringloop. (zie teams)