Ma Klas 3 2023-2024 Periode 2 les 15 - H3.2

Vorige les
Wat moet ik weten en kunnen?

Ik kan uitleggen waarom de politiek keuzes moet maken.
Ik kan uitleggen wat een algemeen belang is.
Ik kan uitleggen wat politiek is en wat de overheid doet en wat ambtenaren doen.
Ik kan uitleggen wat bezuinigen is, waarom je belasting moet betalen.




1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vorige les
Wat moet ik weten en kunnen?

Ik kan uitleggen waarom de politiek keuzes moet maken.
Ik kan uitleggen wat een algemeen belang is.
Ik kan uitleggen wat politiek is en wat de overheid doet en wat ambtenaren doen.
Ik kan uitleggen wat bezuinigen is, waarom je belasting moet betalen.




Slide 1 - Tekstslide

Wel van algemeen belang
Niet van algemeen belang
Het ontwikkelen van een nieuw medicijn tegen hooikoorts.
Zorgen voor een goed internetsignaal in Nederland
Het maken van tv-programma's.
Het bezorgen van folders.

Slide 2 - Sleepvraag

Als de overheid meer geld nodig heeft dan kan het?
A
De belasting verhogen
B
Bezuinigen
C
De belasting verhogen & bezuinigen

Slide 3 - Quizvraag

De overheid bestaat uit?
A
Politici
B
Ambtenaren
C
Politici & ambtenaren

Slide 4 - Quizvraag






Politiek
3.2 Wie heeft de macht?

Slide 5 - Tekstslide

LEERDOEL
Ik kan uitleggen wat een dictatuur is.

Ik kan uitleggen wat een democratie is.

Ik kan uitleggen wat mensenrechten zijn.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Democratie!
Nederland is een Democratie, een land waar de bevolking zelf de mensen kiest die de macht krijgen. 

Rechten = geeft aan wat je mag doen
'je mag geloven wat je wil' 

Plichten = geeft aan wat je moet doen
'Iedereen heeft leerplicht, je moet naar school' 

Dit staat in de grondwet: hierin staan de belangrijkste rechten en plichten van burgers en van de overheid

Slide 8 - Tekstslide

Een dictatuur
Niet alle landen werken hetzelfde als Nederland, er zijn ook Staten waarin alle macht in handen is van één persoon, of een kleine groep. Dit heet een dictatuur

Een bekend voorbeeld? Kim Jong-Un uit Noord-Korea, zijn familie heeft al sinds 1948 de macht!

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Een dictatuur
Kenmerken van een dictatuur; 

  1. Burgers hebben geen grondrechten
  2. Er is geen persvrijheid, maar censuur
  3. Er zijn geen onafhankelijke rechters
  4. Bij verkiezingen maar één optie
  5. Het leger / geheime politie werkt voor de dictator en helpt hem. 

Slide 11 - Tekstslide

Plichten in een dictatuur
Je moet heel veel verplicht doen in een dictatuur.

1. Verplicht naar de leider luisteren.
2. Gedragen zoals de leider dat wilt.
landen met een dictatuur:
Noord korea
Cuba
Rusland
China

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Democratie
Dictatuur

Slide 14 - Tekstslide

Democratie of dictatuur

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Mensenrechten 
 Rechten: belangrijke dingen die jij mag doen 

Staan genoteerd in de grondwet

Mensenrechten: rechten waar iedereen zich aan moet houden (ook de overheid) 

Slide 18 - Tekstslide

Weektaak: 3.1 afmaken en 
lezen 3.1


Hoe? In groepjes of tweetallen.
Klaar? 3.3 lezen

                            Tijd:

 

Doen: Maken en lezen 3.2
timer
15:00
Planning periode 1
Planning periode 1:


Slide 19 - Tekstslide

Lesdoelen: gehaald?
Wat moet ik weten en kunnen?
Ik kan uitleggen wat een dictatuur is.
Ik kan uitleggen wat een democratie is.
Ik kan uitleggen wat mensenrechten zijn.






Slide 20 - Tekstslide

Nederland is een...
A
Democratie
B
Dictatuur

Slide 21 - Quizvraag

Wie heeft de macht in een democratie?
A
de regering
B
de volksvertegenwoordiging
C
de rechters
D
alledrie

Slide 22 - Quizvraag

Burgers hebben de minste vrijheid in een:
A
dictatuur
B
democratie

Slide 23 - Quizvraag

Wat is een grondwet?
A
Een wet over de grond.
B
Een wet die voor de koning bedoeld was.
C
Een wet voor de burgers van Nederland over het besturen van Nederland

Slide 24 - Quizvraag

Nederland is een democratie.
Wat betekent democratie?
A
De koning regeert
B
Het kabinet regeert
C
God regeert
D
Het volk regeert

Slide 25 - Quizvraag

Volgende les
3.3 Op wie ga jij stemmen?

Slide 26 - Tekstslide