Epistula 47

Epistula 47
Seneca
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Epistula 47
Seneca

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Seneca geeft in deze passage vier denkbeeldige tegenwerpingen. De antwoorden bevatten vier punten die verderop in de brief nader worden toegelicht.
Welke vier punten zijn dat?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

Welke verklaring geeft Seneca voor het feit dat slaven in de regel niet met hun meesters mogen eten?
Geef bij wijze van antwoord de Latijnse woorden.

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Tekstslide

de domino loquantur
Geef (in het Nederlands) een voorbeeld van wat een slaaf zou kunnen zeggen.

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

in tormentis tacebant (r.18)
Wat bedoelt Seneca hiermee?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

praetereo
Doet Seneca inderdaad wat hij met dit woord zegt? Verklaar je antwoord.

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Tekstslide

Leg uit waarom Seneca vindt dat degene die docet ellendiger is dan hij die discit.

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

in cubiculo vir est, in convivio puer est
Welke kritiek op de meester bevatten deze woorden?

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Tekstslide

Welk punt uit het begin van de brief licht Seneca in deze passage toe?

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

Wie is ipse?

Slide 19 - Open vraag

Slide 20 - Tekstslide

Welk punt uit de inleiding op deze brief licht Seneca hier toe?

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

De voorbeelden die genoemd worden maken duidelijk dat iemand op hoge leeftijd nog slaaf kan worden.
Wat moeten deze voorbeelden nog meer benadrukken?

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Tekstslide

Noem zoveel mogelijk stijlmiddelen in deze passage.

Slide 27 - Open vraag

Slide 28 - Tekstslide

regum
Hier worden meesters en slaven vergeleken met koningen en hun onderdanen.
Welke punten van overeenkomst worden genoemd?

Slide 29 - Open vraag

Slide 30 - Tekstslide