LOB les 1

Klaarstomen voor de arbeidsmarkt

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BeroepsoriëntatiePraktijkonderwijsLeerjaar 1,2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Klaarstomen voor de arbeidsmarkt

Slide 1 - Tekstslide

Succes met het onderzoeken naar wie jij bent! 

Slide 2 - Tekstslide

Wat wil  ik later voor werk gaan doen?
Om te weten wat je echt wilt, is het nodig dat je nadenkt over de vraag: "Wie ben ik"? Andersom helpt weten wat je wilt ook om een  beeld te krijgen over 'Wie ben ik nou eigenlijk? Als je jezelf kent, kun je keuzes maken die écht bij je passen. Zicht krijgen op wie je bent, wat je wil en wat je kan, is een hele uitdaging.

Slide 3 - Tekstslide

Loopbaan  Oriëntatie en Begeleiding (LOB)
  • Wie ben ik, wat kan ik?
  • Wat wil ik, wat drijft mij?
  • Welk werk past mij?
  • Hoe kom ik daar?
  • Wie kan mij daarbij helpen?

Slide 4 - Tekstslide

Wat is de betekenis van LOB?
A
Loopbaan organisatie en beroepen
B
Loopbaan oriëntatie en begeleiding
C
Lopende onderzoeken en belevingen
D
Loopbaan oriëntatie en beroepen

Slide 5 - Quizvraag

Wie ben ik?
Wat voor kleur ogen heb jij?
Heb jij sproeten?
Ben jij klein of groot? 
Draag jij een bril?
Heb jij een beugel?
Heb jij lange of korte haren? 
enz. enz enz. 

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht:
  • Je gaat in tweetallen het spel 'Wie ben ik' spelen.
  • Schrijf op een blaadje de naam van een bekend persoon en plak dat op het voorhoofd van een klasgenoot.
  • Stel om de beurt gesloten vragen aan elkaar om erachter te komen wie je bent.
  • Diegene die het het eerste raadt heeft gewonnen.



Slide 7 - Tekstslide



Huh wat is het verschil? 

Uiterlijk en innerlijk


Hoe iemand eruit ziet (de buitenkant) = uiterlijk

Hoe iemand denkt en zich voelt (de binnenkant)= innerlijk


Dat innerlijk noemen we ook wel karakter.


De meeste mensen kijken naar het uiterlijk van een persoon, maar eigelijk moet je naar het innerlijke kijken want dan leer je pas echt iemand kennen. 


Slide 8 - Tekstslide

Een klasgenoot van jou is behulpzaam, dit is een ...
A
uiterlijk kenmerk
B
karaktereigenschap
C
hele vervelende klasgenoot :(
D
innerlijk kenmerk

Slide 9 - Quizvraag

kleding hoort bij:
A
uiterlijk
B
innerlijk

Slide 10 - Quizvraag

Iedereen is anders
Kenmerken zijn eigenschappen waardoor mensen jou herkennen en waardoor jij andere organismen kunt herkennen. Er zijn innerlijke- en uiterlijke kenmerken.
De uiterlijke kenmerken zie je aan de buitenkant. Bijvoorbeeld de kleur van je ogen, je lengte, je haarstijl. De innerlijke kenmerken, zeggen iets over 'hoe je bent'. Het zijn karaktereigenschappen. Voorbeelden hiervan zijn bijvoorbeeld: behulpzaam, eigenwijs, betrouwbaar, geduldig. 
Ieder mens is anders, ieder mens is uniek. Uniek betekent enig. Dat betekent: jij bent de enige die is zoals jij bent. Misschien lijkt iemand meer op een van zijn ouders, of meer op een broer of zus. Jij bent een individu. Een individu is een mens met zijn eigen unieke kenmerken. Omdat je uniek bent, vind jij bijvoorbeeld bepaalde dingen heel belangrijk en kan iemand anders, bijvoorbeeld een klasgenoot, daar heel anders over denken. 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Wie ging er bij mij staan?
Vraag jezelf af: wie ging er bij mij staan en waarom?

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

timer
1:30
Wat zijn jouw kwaliteiten?
(wat kan ik?)

Slide 15 - Woordweb

Wat zijn de kwaliteiten van jouw klas?

Slide 16 - Woordweb

Een match!!!???
 
In deze LOB- lessen helpen we je om eracher te komen welke beroepen passen bij jouw kwaliteiten en karakter. 

Slide 17 - Tekstslide

Wat heb je onthouden van deze les?

Slide 18 - Open vraag