In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Onderdelen in deze les
Regeling
Het zenuwstelsel
Slide 1 - Tekstslide
Dit ga je leren
Leerdoel:
Je kunt beschrijven uit welke onderdelen het zenuwstelsel bestaat en de functie van deze onderdelen benoemen.
Slide 2 - Tekstslide
Het zenuwstelsel
Bestaat uit:
Het centrale zenuwstelsel
De zenuwbanen
Functies:
Impulsen verwerken van zintuigen
Regelt de werking van spieren/klieren
Slide 3 - Tekstslide
Centrale zenuwstelsel:
Grote hersenen
Kleine hersenen
De hersenstam
Het ruggenmerg
Slide 4 - Tekstslide
Zenuwbanen
Zenuwbanen verbinden het centrale zenuwstelsel met alle lichaamsdelen.
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Slide 7 - Video
Werking van het zenuwstelsel
Het zenuwstelsel verwerkt de impulsen
die afkomstig zijn van de zintuigen.
Voorbeeld:
Zintuigcellen vangen lichtstralen op vanaf de sinaasappel.
Zintuigcellen neus vangen geur op vanaf de sinaasappel
(Dit zijn voorbeelden van prikkels!)
Slide 8 - Tekstslide
Welke zintuigen hebben wij?
Slide 9 - Woordweb
Zintuigen
Ogen: Zien
Oor - slakkenhuis: Horen
Neus: Ruiken
Tong: Proeven
Huid: Voelen (pijn/kou/hitte)
Evenwichtsorgaan: Evenwicht
Slide 10 - Tekstslide
Werking van het zenuwstelsel
3. Onder invloed van de prikkels ontstaan
in de zintuigcellen impulsen.
Impulsen zijn elektrische signalen die door de zenuwbanen worden voortgeleid.
4. Impulsen worden door de zenuwbanen naar de hersenen geleid.
Slide 11 - Tekstslide
Werking van het zenuwstelsel
5. Hersenen verwerken de impulsen en
reageren door nieuwe impulsen af te geven.
6. Deze impulsen worden via zenuwbanen naar speekselklieren en arm geleid.
Je pakt het stukje sinaasappel.
Slide 12 - Tekstslide
Prikkels
Invloeden uit het milieu op een organisme.
Slide 13 - Tekstslide
Masha staat met haar fiets te wachten voor een rood stoplicht. Het stoplicht wordt groen. Masha stapt op haar fiets en steekt de weg over.
Masha ziet dat het stoplicht groen wordt. Dit is een.....
A
Prikkel
B
Impuls
C
Signaal
Slide 14 - Quizvraag
Masha staat met haar fiets te wachten voor een rood stoplicht. Het stoplicht wordt groen. Masha stapt op haar fiets en steekt de weg over. Bij het groen worden van het stoplicht gaat er een signaal via de zenuwen naar de hersenen. Dit signaal is een....
A
Prikkel
B
Impuls
C
Reactie
Slide 15 - Quizvraag
Hoe snel gaat dit allemaal?
A
Zo snel als een auto
B
Zo snel als een vliegtuig
C
Zo snel als het geluid
D
Zo snel als het licht
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Video
Aandoeningen aan het zenuwstelsel
Ziekte van Parkinson
Beroerte (CVA)
Epilepsie
Multiple sclerose
Dementie
Spasticiteit
Slide 18 - Tekstslide
Zelfstandig 10 minuten
Groep 1: Ziekte van Parkinson
Groep 2: Epilepsie
Groep 3: Dementie.
Zoek uit wat de aandoening inhoud en leg dit uit aan je klasgenoten. Gebruik hiervoor de volgende vragen.
Slide 19 - Tekstslide
Wat moet je uitleggen aan je medestudenten.
1. Wat is het.
2. Wat zijn de symptomen / verschijnselen.
3. Wat zijn de adviezen.
4. Hoe wordt het behandeld.
Slide 20 - Tekstslide
Groep 1: Ziekte van Parkinson
1. Wat is het.
2. Wat zijn de symptomen / verschijnselen.
3. Wat zijn de adviezen.
4. Hoe wordt het behandeld.
Slide 21 - Tekstslide
Groep 2: Epilepsie
1. Wat is het.
2. Wat zijn de symptomen / verschijnselen.
3. Wat zijn de adviezen.
4. Hoe wordt het behandeld.
Slide 22 - Tekstslide
Groep 3: Dementie
1. Wat is het.
2. Wat zijn de symptomen / verschijnselen.
3. Wat zijn de adviezen.
4. Hoe wordt het behandeld.
Slide 23 - Tekstslide
Wat heb je geleerd?
Je kunt beschrijven uit welke onderdelen het zenuwstelsel bestaat.