SMD H1.3 Gedrag Burgerschap HC

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel

Wat gaan wij vandaag doen?
Herhalen les afgelopen week
Jullie leren wat groepsdruk en groepsgedrag is
Wat normafwijkend gedrag is en een taboe
Huiswerk uitleg en maken

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WELKE CULTUURKENMERKEN
HEB JIJ ONTHOUDEN
UIT DE VORIGE LES?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Cultuur kenmerken 
  1. Waarden en normen
  2. gewoonten en gebruiken
  3. taal
  4. godsdienst
  5. kleding
  6. kunst/muziek/dans
  7. voeding
  8. voorwerpen/gebouwen

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gedrag
  • Alles wat mensen en dieren doen is gedrag.
    Bijv. Lachen, slapen, eten, dansen, schreeuwen enz.

  • Gedrag bestaat uit handelingen. 

Slide 7 - Tekstslide

Gedrag is in essentie alles wat dieren en mensen doen. Of het nu dansen is, schreeuwen, eten of slapen. Dit is allemaal gedrag.

En gedrag bestaat uit verschillende handelingen. Denk aan eten, je moet het vinden, voorbereiden op eten en afruimen als je klaar bent.
Aangeleerd 
moet onderwezen worden
Aangeboren
is sinds de geboorte aanwezig

Slide 8 - Tekstslide

Wat we net hadden gezien is aangeboren gedrag. Gedrag dat dieren vertonen vanaf hun geboorte zonder het ooit gezien te hebben. Denk aan eendjes die inprenten op hun moeder en haar heel braaf volgen.

Daartegenover hebben we aangeleerd gedrag. En dit gedrag leren we al doende. Zoals die high five.

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Normen en waarden verschillen
  • Normen en waarden van verschillende culturen of zelfs huishoudens botsen regelmatig. Tolerantie betekent dat je mensen met andere normen en waarden accepteert.

  • Soms zijn verschillen te groot, dan vind je gedrag van anderen asociaal. Je hoeft niet alles te tolereren.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is assertief gedrag?
(voorbeeld mag ook)

Slide 13 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een voorbeeld van taboe?
(bv waar je thuis niet over spreekt)

Slide 18 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Normafwijkend gedrag kan gedrag waarbij jij je niet houdt aan de geldende normen.

Bijvoorbeeld:

Je werktijden zijn van 9 tot 16.00.
je komt dagelijks te laat en start bijvoorbeeld om 11.00 uur.

Normafwijkend gedrag kan positieve gevolgen hebben:
Bijvoorbeeld:

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vindt jij asociaal gedrag?

Slide 21 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies


Normafwijkend gedrag kan als asociaal worden beschouwd

Denk aan afval op straat
Geluidsoverlast.
Hondenpoep in een speeltuin

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




Beïnvloedbaar gedrag

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

NDE

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
  • Ga naar Deviant 
  • Studiereader
  • Niveau 2
  • Maak hoofdstuk 1 Cultuur
  • Opdracht 1 t/m 6

Succes!

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies