P2, 3,3 Lezen: mening, argument, signaalwoorden reden, hoofdgedachte

Startopdracht: dit doe je voordat de les is begonnen. 
Ga naar:
blz. 188
Maak:
1) Maak opdracht 1 in het boek. 
2) Wat is het verschil tussen een mening en een feit?
Schrijf dit op in jouw schriftje van Nederlands.
Tijd:
 3 minuten de tijd voor
timer
3:00
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 44 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Startopdracht: dit doe je voordat de les is begonnen. 
Ga naar:
blz. 188
Maak:
1) Maak opdracht 1 in het boek. 
2) Wat is het verschil tussen een mening en een feit?
Schrijf dit op in jouw schriftje van Nederlands.
Tijd:
 3 minuten de tijd voor
timer
3:00

Slide 1 - Tekstslide

                Uitleg theorie + startopdracht

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

  1. Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een mening en een feit
  2. Je kunt uitleggen wat een argument is
  3. Je kunt een redengevend signaalwoord gebruiken bij je argument
  4. Je kunt uitleggen wat het woord subjectief en objectief betekent
     LESDOELEN
             Na de les, kan jij:

Slide 4 - Tekstslide

Schrijf de volgende zin op en maak de zin af.  Geef een reden aan waarom je minder school wilt.   Schrijf dit in jouw schriftje van Nederlands.


Ik wil minder school,..........................................

Slide 5 - Tekstslide

Signaalwoorden van reden/ (redengevend verband)

Ik wil minder school, omdat ik geen nog meer wil slapen.
Ik wil minder school, want dan kan ik meer voetballen.
Ik wil minder school,  ik vind school zo saai.

Maar ook de signaalwoorden: daarom en namelijk.
Blz.190 Talent.

Slide 6 - Tekstslide

Feit, mening of argument?
Feit: een feit kun je controleren.
Mening: een mening is iets wat iemand vindt.

Argument: een reden waarom je een bepaalde mening hebt. Je herkent een argument aan signaalwoorden van reden, zoals: want, omdat, daarom, namelijk. 

Slide 7 - Tekstslide

FEITEN OF MENINGEN?

Slide 8 - Tekstslide

Weekdoelen
Leerdoelen deze week: 3.3 lezen, 2 mavo 



Slide 9 - Tekstslide

  • Startopdracht bespreken +theorie
  • Zelfstandig aan de slag
  • Terugblik lesdoelen
  • Kahoot

  Wat gaan we vandaag doen?

Slide 10 - Tekstslide



Alles meenemen:  Talent deel A, oplader, opgeladen laptop, pen +schriftje Nederlands, oordopjes met kabel.


 Opdracht: 1,3,4, 6 t/m 8 van 3.3 lezen. 
  Staat al in Magister


       Volgende les
         Huiswerk

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag!
 Wat?
 Hoe?
 Wie?
 Hulp?
 Tijd?
Klaar?
Maak van 3.3 lezen (blz. 188 ) : opdracht: 1, 3 ,4, 6 t/m 8 
In stilte
Alleen
Eerste 5 min. geen hulp, daarna loop ik langs volgens een vaste route. 
 15 minuten
Mag je even iets voor jezelf doen. Na  15 minuten werken kijken we het samen na. 
timer
15:00

Slide 12 - Tekstslide

Nakijken: opdracht 
Verbeter jouw antwoorden en zet een krul aan de kantlijn wanneer je het goed hebt. 


Slide 13 - Tekstslide

  • Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een mening en een feit.
  • Je kunt uitleggen wat een argument is.
  • Je kunt een redengevend signaalwoord gebruiken bij je argument.
  • Je kunt meningen en argumenten herkennen in een tekst.
      Terugblik lesdoelen
              Na de les, kan jij:

Slide 14 - Tekstslide

Ga naar: www.Kahoot.it
https://create.kahoot.it/details/f758ec3c-07bf-4f9c-8295-9b5c11b49553

Slide 15 - Tekstslide



Alles meenemen:  Talent deel A, oplader, opgeladen laptop, pen +schriftje Nederlands, oordopjes met kabel.


 Opdracht: 1, 3, 4, 6 t/m 8 van 3.3 lezen 
  
Staat al in Magister


       Volgende les
         Huiswerk

Slide 16 - Tekstslide

Tot de volgende les!
  • Schuif alsjeblieft jouw stoel aan.
  • Ga achter jouw stoel staan.
  • Alles weer netjes: grond? Tafel?

Dank je wel!

Slide 17 - Tekstslide

Les 2
Leerdoelen,



Slide 18 - Tekstslide

          Terugblik vorige les
Startopdracht: dit doe je voordat de les is begonnen.

Slide 19 - Tekstslide

Startopdracht: dit doe je voordat de les is begonnen. 
Ga naar:
blz. 195
Maak:
Lees de leertekst op blz. 194  "Hoofdgedachte' en beantwoord daarna de vraag hieronder:

a)Wat is de hoofdgedachte?
b) Hoe schrijf je de hoofdgedachte op?
Tijd:
 3 minuten de tijd voor
timer
3:00

Slide 20 - Tekstslide

Hoofdgedachte
A) Wat is de hoofdgedachte van een tekst?

B) Hoe schrijf je de hoofdgedachte op?

Zie blz. 195

Slide 21 - Tekstslide

Debatteren = overtuigen
Oefening:
Kies 1 voorwerp dat je nu bij je hebt (etui, pen, telefoon etc).
Je krijgt 30 seconden de tijd om je buurman/buurvrouw te overtuigen om jouw voorwerp van jou te kopen. 

Wie is overtuigd en waarom?

timer
0:30

Slide 22 - Tekstslide

Debatteren = overtuigen
Oefening:
Kies 1 voorwerp dat je nu bij je hebt (etui, pen, telefoon etc).
Je krijgt 30 seconden de tijd om je buurman/buurvrouw te overtuigen om jouw voorwerp van jou te kopen. 

Wie is overtuigd en waarom?

timer
0:30

Slide 23 - Tekstslide


  1. Uitleggen wat de hoofdgedachte is van een tekst
  2. Uitleggen hoe je de hoofdgedachte opschrijft
     LESDOELEN
             Na de les, kan jij:

Slide 24 - Tekstslide

  • Startopdracht bespreken
  • Zelfstandig aan de slag met de opdrachten
  • Terugblik lesdoelen
  • Jeugdjournaal

  Wat gaan we vandaag doen?

Slide 25 - Tekstslide



Alles meenemen:  Talent deel A, oplader, opgeladen laptop, pen +schriftje Nederlands, oordopjes met kabel.


 Opdracht:
  Staat al in Magister


       Volgende les
         Huiswerk

Slide 26 - Tekstslide

                Uitleg theorie

Slide 27 - Tekstslide

Aan de slag!
 Wat?
 Hoe?
 Wie?
 Hulp?
 Tijd?
Klaar?
Maak van 3.3 lezen (blz. 195 ) : opdracht 14 t/m 19
In stilte
Alleen
Eerste 5 min. geen hulp, daarna loop ik langs volgens een vaste route. 
 15 minuten
Mag je even iets voor jezelf doen. Na  15 minuten werken kijken we het samen na. 
timer
15:00

Slide 28 - Tekstslide

Nakijken: opdracht 
Verbeter jouw antwoorden en zet een krul aan de kantlijn wanneer je het goed hebt. 


Slide 29 - Tekstslide

  1. Uitleggen wat de hoofdgedachte is van een tekst
  2. Uitleggen hoe je de hoofdgedachte opschrijft
      Terugblik lesdoelen
              Na de les, kan jij:

Slide 30 - Tekstslide



Alles meenemen:  Talent deel A, oplader, opgeladen laptop, pen +schriftje Nederlands, oordopjes met kabel.


 Opdracht: is af. 14 t/m 19 van        3.3 lezen
  Staat al in Magister


       Volgende les
         Huiswerk

Slide 31 - Tekstslide

Tot de volgende les!
  • Schuif alsjeblieft jouw stoel aan.
  • Ga achter jouw stoel staan.
  • Alles weer netjes: grond? Tafel?

Dank je wel!

Slide 32 - Tekstslide

Les 3
Leerdoelen,



Slide 33 - Tekstslide

Startopdracht: dit doe je voordat de les is begonnen.
Ga naar:
blz. 
Maak:
Opdracht 
Tijd:
 minuten de tijd voor
timer
3:00

Slide 34 - Tekstslide

          Terugblik vorige les
Startopdracht: dit doe je voordat de les is begonnen.

Slide 35 - Tekstslide

     LESDOELEN
             Na de les, kan jij:

Slide 36 - Tekstslide

  • Startopdracht bespreken
  • Zelfstandig aan de slag
  • Terugblik lesdoelen
  • Jeugdjournaal/ Blooket 

  Wat gaan we vandaag doen?

Slide 37 - Tekstslide



Alles meenemen:  Talent deel A, oplader, opgeladen laptop, pen +schriftje Nederlands, oordopjes met kabel.


 Opdracht:
  Staat al in Magister


       Volgende les
         Huiswerk

Slide 38 - Tekstslide

                Uitleg theorie

Slide 39 - Tekstslide

Aan de slag!
 Wat?
 Hoe?
 Wie?
 Hulp?
 Tijd?
Klaar?
Maak van 3.2 lezen (blz. ) : opdracht  t/m 
In stilte
Alleen
Eerste 5 min. geen hulp, daarna loop ik langs volgens een vaste route. 
 15 minuten
Mag je even iets voor jezelf doen. Na  15 minuten werken kijken we het samen na. 
timer
15:00

Slide 40 - Tekstslide

Nakijken: opdracht 
Verbeter jouw antwoorden en zet een krul aan de kantlijn wanneer je het goed hebt. 


Slide 41 - Tekstslide

      Terugblik lesdoelen
              Na de les, kan jij:

Slide 42 - Tekstslide



Alles meenemen:  Talent deel A, oplader, opgeladen laptop, pen +schriftje Nederlands, oordopjes met kabel.


 Opdracht: is af.
  Staat al in Magister


       Volgende les
         Huiswerk

Slide 43 - Tekstslide

Tot de volgende les!
  • Schuif alsjeblieft jouw stoel aan.
  • Ga achter jouw stoel staan.
  • Alles weer netjes: grond? Tafel?

Dank je wel!

Slide 44 - Tekstslide