4.3 Steden in de wereld

Steden in de wereld
deel 1
Cursus 4.3
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Steden in de wereld
deel 1
Cursus 4.3

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Onderdeel
Herhaling
Vorige lessen (4.1 en 4.2)
Leerdoelen
deel 1
-Je kunt beschrijven en uitleggen wat de kenmerken van een stad zijn
- Je kunt het begrip urbanisatie uitleggen en/of beschrijven
Uitleg
4.3
Werktijd
Keuzetijd
Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Schout
Schepenen
Burger
Bestuurders en rechters van de stad
Inwoner van een stad of staat met bepaalde rechten
Burgemeester

Slide 3 - Sleepvraag

1. In 1095 riep de Paus ________________________ op om gewapend naar Jeruzalem te trekken om de _____________________ te verdrijven. 

2. De Paus beloofde iedereen die meehielp een plek in de ________________.

3. Deze tochten van gewapende mensen worden ____________________ genoemd. 
Sleep de blauwe hokjes naar de goede plaats. Let op: er blijven woorden over.
Kruistochten
Hemel
Hel
Moslims
Joden
Christenen

Slide 4 - Sleepvraag

Leerdoelen deel 2

Slide 5 - Tekstslide

Welke kenmerken zouden steden hebben?

Slide 6 - Woordweb

Kenmerken van steden
Voorbeelden zijn veel mensen, veel gebouwen, verkeersdrukte, veel dingen te koop, enz. 

Diensten waar mensen gebruik van maken = voorzieningen. Voorbeelden zijn scholen en ziekenhuizen. 

Vervoer en communicatie samen noem je infrastructuur. Voorbeelden zijn goede wegen en internet. 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Leg in het kort uit wat urbanisatie is.

Slide 9 - Open vraag

Steden in de wereld 
deel 2
Cursus 4.3

Slide 10 - Tekstslide

Onderdeel
Herhaling
Cursus 4.3 (deel 1)
Leerdoelen
- Soorten steden
- Zakencentrum, voorsteden, krottenwijken
Uitleg
Werktijd
Reis gewonnen / Ontwerp je eigen stad
Afsluiting
Wat heb je geleerd?

Slide 11 - Tekstslide

Wat is urbanisatie?

Slide 12 - Open vraag

Leerdoelen

Slide 13 - Tekstslide

Megastad, wereldstad of hoofdstad?
Megastad
Wereldstad
Hoofdstad
Een stad met meer dan tien miljoen inwoners.
Een stad waar meestal de regering van een land zit.
Een stad met veel inwoners en veel invloed op de wereld.

Slide 14 - Tekstslide

Mumbai ligt in India en telt 20 miljoen inwoners. Het is de grootste stad in het land, maar niet belangrijk voor de wereld. De regering van India zit in Delhi.

Wereldstad, megastad of hoofdstad?
A
Wereldstad
B
Megastad
C
Hoofdstad

Slide 15 - Quizvraag

Zakencentrum, voorsteden of krottenwijken?
Zakencentrum
Krottenwijk
Voorsteden
Centrum van de stad met kantoren en dure winkels. 
Woonstad rond de grote stad met laagbouw. 
Wijk met zelfgebouwde huizen, vaak zonder waterleiding/elektriciteit.

Slide 16 - Tekstslide

Reis gewonnen :)
1. Op vakantie naar een stad

In deze opdracht ga je een programma maken voor een reis die je gewonnen hebt.
Wat ga je doen?
• Je maakt een reisprogramma voor een stad die je zelf uitkiest. De reis duurt drie dagen en je maakt een planning tussen 10.00 en 18.00. Je hoeft alleen voor de lunch te zorgen want het ontbijt en diner is in het hotel.
• Wat wil je graag zien en waarom is dit zo leuk om naar toe te gaan.
• Hoe kom je op bestemming? Maak het zo duidelijk mogelijk. Jij bent de gids en degene die naar deze stad komt is er echt nog nooit geweest.


timer
1:00

Slide 17 - Tekstslide

Ideale wijk
2. Teken je ideale wijk.

Je tekent de wijk van je dromen. Wat maakt deze wijk zo bijzonder en wat kun je allemaal vinden?
Wat ga je doen?
• Je maakt een duidelijke plattegrond van een door jou te ontwerpen wijk.
• Ook maak je een legenda wat alles precies betekent.
• Elke wijk heeft wegen, winkels en woningen, maar hoe zijn ze in jouw wijk verdeeld?
• Werk netjes.



Slide 18 - Tekstslide

Onderdeel
Wat ga je doen?
Na de instructie :
-Kruistocht opdracht inleveren
-Opdrachten 4.2 afmaken
-Topografie opdracht maken
Keuzeopdracht: Reis gewonnen / Ontwerp je eigen stad

Vrijdag:  maken opdrachten 4.3
+het bovenstaande keuzeonderdeel
Afsluiting
Wat heb je geleerd?

Slide 19 - Tekstslide