W22 DU 2G

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Welkom!


Liebe 2 VWO,
Deze week gaan jullie 
  •  ONLINE werken vanuit je werkboek. Zorg er dus voor, dat je ingelogd  bent   en de opdrachten maakt!
        Wij kunnen jullie dan volgen, maar bedenk hierbij altijd: 
       Je doet het voor jezelf!! (ter herinnering nog even de 2 volgende uitleg-              dia's).
  • De dia's in LessonUP  bestuderen en opdrachten maken.

Slide 2 - Tekstslide

Das Buch ---  Online  --- Das Buch
Hoe werken jullie nu eigenlijk voor Duits?
Het is voor nu en ook voor de toekomst natuurlijk heel belangrijk, dat jullie veel (genoeg!!) leren en geen achterstand oplopen. Je werkt daarvoor iedere week met:
  1. LessonUp    (je bekijkt altijd álle video's tot einde!)
  2. online met Neue Kontakte (wij kunnen jullie volgen)
  3. én met het boek !!  (voor een compleet ingevuld werkboek)

Slide 3 - Tekstslide

Das ist deutlich !
Voor velen van jullie is dat alles natuurlijk al lang duidelijk  en vanzelfsprekend, voor anderen misschien nog niet.
Je denkt misschien: maar dat is toch dubbelop?
Het is echt waar: online leer je veel, maar het is ook héél belangrijk om in een taal goed te leren schrijven !
Wij kunnen dit natuurlijk (nog) niet controlleren, maar het gaat hier om jullie eigen verantwoordelijkheid !   PAK DIE !!!!

Slide 4 - Tekstslide

B Wortschatz (1)
Je herhaalt de woorden van de Lernliste blz. 132 
----> (her)ken je ze nog??
OPDRACHT:
werkboek-oefening  :  8, 10, 12 en 13 (blz. 105-107) (in opdracht 13 staan worden uit vorige hoofdstukken, die je hopelijk nog weet).

Slide 5 - Tekstslide

E Grammatik (2)
In deze weektaak 
  • herhaal je de persoonlijke voornaamwoorden in de 3. naamval.
       Bekijk de uitlegvideo nog eens aandachtig! (op de volgende dia).
  • Maak  : opdracht 22 (blz. 115)
  • Je leert en 'dreunt' het voorzetseltijtje van de 3. naamval.                                    LET OP : Leer het in deze volgorde:   mit, nach, bei seit, von, zu, aus, außer, entgegen, gegenüber ( beginnend met de 'm' van 'mit' ----> = 'driepoot')
  • Maak : opdracht 24, 25, 26 (blz. 116-117)

Slide 6 - Tekstslide

0

Slide 7 - Video

1e naamval: het onderwerp
4e naamval: het lijdend voorwerp
3e naamval: het meewerkend voorwerp

voorbeeld: Ich habe (haar) Blumen gegeben.
aan/voor wie? -> haar -> mw +3 = ihr



uitleg
Help! Ik kan niet ontleden!
ik
jij
hij
zij
het
wij
jullie
zij
u
1e
ich
du
er
sie
es
wir
ihr
sie
Sie
mij
jou
hem
haar
het
ons
jullie
hun
u
3e
mir
dir
ihm
ihr
ihm
uns
euch
ihr
Ihr
4e
mich
dich
ihn
sie
es
uns
euch
sie
Sie

Slide 8 - Tekstslide

Voorzetsel +3 naamval

Slide 9 - Woordweb

(jij) gehst (met haar) zur Schule.
1/5

Slide 10 - Open vraag

Kannst du (mij) das Buch geben?
2/5

Slide 11 - Open vraag

(na ons) könnt ihr (naar hem)
3/5

Slide 12 - Open vraag

(ik) habe (u) eine Mail geschickt.
4/5

Slide 13 - Open vraag

Hans hat (behalve jou) der ganzen Klasse eine Karte gegeben.
5/5

Slide 14 - Open vraag

Samenvatting!
  • Het meewerkend voorwerp krijgt altijd de 3e naamval
  • na een voorzetsel uit het rijtje van 'mit' volgt óók altijd de 3e naamval
uitleg

Slide 15 - Tekstslide

Afsluiting
Voor deze weektaak heb je:
  • de grammatica geleerd en herhaald. 
  • Duitse woordkennis uitgebreid.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide