20MR/OR Sales Les 4 Afsluiten + Oefenen

20MR/OR Sales
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
RetailMBOStudiejaar 1,4

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

20MR/OR Sales

Slide 1 - Tekstslide

Wat maakt een goed verkoopgesprek?

Slide 2 - Woordweb

Samenvatting
  • Een verkoopgesprek is in vijf fasen.
  • Oefenen van verkoopgesprek voorkomt omzetverlies en goed verkopen geeft concurrentievoordeel. 
  • Vooroordelen bestaan aan alle zijden.
  • Door te luisteren en vragen te stellen prik je daardoor heen. 
  • Weerstanden tegen verkoop zijn te structureren en dus te voorspellen.
  • Productkennis is de basis voor alle overtuiging.
  • Gebruik maken van eigenschappen van sociale neigingen van mensen in het algemeen.

Slide 3 - Tekstslide

5 Fasen

Slide 4 - Tekstslide

Wat gaan we leren?
  • VOCATIO
  • Fase 5: Afhandelen
  • Examen inhoud

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Gesprek afsluiten
  • Doel 1: klant met goed gevoel laten vertrekken
  • Doel 2: bijverkoop/cross-selling! 

Slide 7 - Tekstslide

Bijverkoop
  • Complementaire artikelen: Bijv. tas bij laptop. Headset bij telefoon.
  • Follow-up artikelen: navullingen, opzetborstels, etc.

Slide 8 - Tekstslide

Les 4: Samenvatting
  • Bijverkoop en positief gevoel bij klant zijn de doelen van de afsluiting van het gesprek.
  • Examen: achterhaal koopwens, pas LSD toe, bereid overtuiging voor op basis van de weerstanden, probeer bijverkoop te realiseren.

Slide 9 - Tekstslide

Oefenen examen
  • Tot 16:30: gebruik document procedure examen.
  • Voer 3 gesprekken, wissel van rol.
  • Oefen je eigen verkoopgesprek, maar ook je rol als klant en beoordelaar.

Slide 10 - Tekstslide

Overtuigen: Cialdini
  • Reciprociteit of wederkerigheid: De behoefte van de mens om iets terug te doen voor een ander;
  • Consistentie: De behoefte om vast te houden aan een bepaald soort gedrag of mening wanneer deze eerder is vertoond of gehouden;
  • Autoriteit: De behoefte om autoriteiten te gehoorzamen (bijvoorbeeld iemand in een witte laboratoriumjas);
  • Schaarsheid: De behoefte om dingen te hebben die schaars en moeilijk te verkrijgbaar zijn;
  • Sociaal bewijs: De behoefte om datgene te doen wat anderen ook doen (bijvoorbeeld omhoog kijken als mensen omhoog wijzen of het volgen van anderen bij het uit de trein stappen; vooral bij twijfel optredend);
  • Voorkeur: De behoefte om te doen wat mensen zeggen die je aardig vindt.

Slide 11 - Tekstslide