In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
7 Ecologie en milieu
Slide 1 - Tekstslide
Waar denk je aan bij ECOLOGIE?
Slide 2 - Woordweb
Leerdoelen
1. Je kunt de biotische en abiotische factoren binnen een ecosysteem benoemen.
2. Je kunt de invloed van de belangrijkste biotische factoren op organismen benoemen.
3. Je kunt veranderingen van biotische en abiotische factoren beschrijven.
Slide 3 - Tekstslide
Ecologie
Ecologie is de de studie waarbij de wisselwerking tussen organismen en hun omgeving wordt bestudeerd.
Op verschillende organisatieniveaus: Molecuul-cel-organisme- populatie-levensgemeenschap-ecosysteem-biosfeer
Slide 4 - Tekstslide
Levensgemeenschap
Populatie: een groep organismen van dezelfde soort in een bepaald gebied. Levensgemeenschap: Verschillende populaties in een bepaald gebied.
Slide 5 - Tekstslide
Invloeden uit de omgeving
Biotische factoren: uit de levende (dode) omgeving
Abiotische factoren: uit de levenloze omgeving
De gezamelijke abiotische factoren van een omgeving= Biotoop
Slide 6 - Tekstslide
biotische factoren
A-biotische factoren
Sleep de woorden naar de juiste plek
licht
gras
soortgenoten
regen
konijnen
schimmels
Temperatuur
wind
Slide 7 - Sleepvraag
Een groep konijnen die in een gebied leven en zich onderling voortplanten noemen we een?
A
levensgemeenschap
B
populatie
C
ecosysteem
D
individu
Slide 8 - Quizvraag
habitat
Levens-omgeving van een plant of dier. Plaats waar het leven van een plant of dier zich afspeelt.
Slide 9 - Tekstslide
Elk bodemdeeltje is omgeven door een dun watervliesje. Holten tussen klei-deeltjes klein, waardoor klei beter water en mineralen kan vasthouden.
Slide 10 - Tekstslide
Klei
In klei is er wel minder zuurstof dan in zand. Ook is het moeilijk om voor wortels door te dringen door klei. Humus: mengsel van organische, anorganische en micro- organismen. Hoe meer humus in de grond hoe beter.
Slide 11 - Tekstslide
Licht
- Fotosynthese: Schaduwplanten (weinig licht)
- Daglengte: voortplanting bij dieren, vorming bloemen
Slide 12 - Tekstslide
Hoe passen planten zich aan als er weinig water beschikbaar is?
Slide 13 - Open vraag
Temperatuur
Temperatuur belangrijk voor de enzymactiviteit. Geschikte temperatuur voor planten tussen 0 en 45 graden celsius. Ook geldt dit voor dieren. Sommige dieren worden minder actief als de temp stijgt of daalt.
Slide 14 - Tekstslide
Tolerantie
Het aantal guppy's uitgezet, tegen de omgevingstemperatuur.
Slide 15 - Tekstslide
Geef aan of het om een biotische of abiotische factor gaat: Een boom zonder bladeren levert geen voedsel voor bladluizen.